Weekblad voor VENRAY, HORST en Omstreken. Dit nummer bestaat uit twee bladen Venraysche jongens Sittard. in De Kippenhouderij op het platteland Wat zal mijn zoon worden. Het plukken van ooft. HERSCHOUW der Walerlossingen Zaterdag 30 Augustus 1924 48e Jaargang No 30 ABONNEMENTSPRIJS PER KWARTAAL: voor VENRAY 65 c. franco per post 75 c. voor het buitenland (bij vooruitbetaling) f 1,30 afzonderl. nummers 5 c. PEEL EN MAAS Uitgave van FIRMA VAN DEN MUNCKHOF, VENRAY Telefoon 81. PRIJS DER ADVERTENTIEN 1—8 regels 60 ct elke regel meer 7V» ct Advertentiën bij abonne ment groote reductie. Zondag en Maandag jongstleden zijn voor meer dan vijftig Venraysche jon gens, uit het dorp en van de gehuchten, echt schoone dagen gweest. Zij woonden te Sittard het Jeugd- congres bij der Derde Orde van Sint Franciscus. Na een gezellig reisje kwamen zij om half twee te Sittard aan, te gelijk met vele andere jongens uit alle deelen des lands. Honderden die reeds eerder waren aangekomen, stonden hen op te wachten. Het was er een levendige drukte. Onze jongens ontplooiden het schoone vaandel, waaraan de heer Hubert van Baar, leeiaar te Amster dam, even welwillend als kunstvaardig had gearbeid. En nu, begunstigd door mooi weer, trokken de honderden in langen, door vaandels en schilden ge- kleurden. stoet door de typische straten van het oude Sittard. Voorop een kranige groep van turners, leden der Derde Orde. En dan de fanfare-muziek van Venraysche jongens, die bliezen met een opgewektheid, dat heel Sittard op de been kwam, en omdat telkens weer om muziek werd gevraagd bliezen met zulk een onvermoeiden ijver dat sommigen hunner zich wel zullen hebben afgevraagdwat moet dat vandaag met de «ambesjuur" geven Bij het Missiehuis «Sint Franciscus Solanus" gekomen, splitste zich de stoet in verscheidene deelen. Onze jongens trokken, al wederom met opwekkende marsch-muziek, naar het Patronaat te Ophoven, waar aan een uitstekend middagmaal de allergrootste eer werd bewezen. Om 4 uur was de Algemeene Ver gadering, bijgewoond door vele hoeren geestelijken en meer dan vierhonderd knapen en jongelingen. Mgr. de bis schop van Roermond liet een schoonen brief voorlezen, waarin levendige vol doening werd betuigd over de groote opkomst en de beste wenschen uitge sproken voor het welslagen van het congres. De Weieerw. Heer G. Waanders uit Arnhem hield een diep-treffende rede, waarin het schrijnende wee trilde over het lot van zoovele jongens, vooral in het groote-stadsleven, die, aan groote gevaren blootgesteld, te lamlendig zijn om zich te geven aan iets schoons en edels, te lamlendig om offers te brengen voor hun Goddelijken Koning Jezus Christus Fel striemde het geeselende woord van den eerw. spreker de niets- nutters, die naar niets anders streven dan zelfzuchtige pretjes. Van de flinke vroolijke frissche jongens hoopt en verwacht onze Moeder de H. Kerk, dat zij zullen leeren zich in te leven in den geest van Sint. Franciscus om te worden «Christenstrijders". Laten dan vele ouderen achterblijven over eenige jaren vormen deze jongeren een nieuw geslacht. Deze zoo innige redevoering, komen de uit een echt priesterhart, werd luide toegejuicht. Nadat een strijk-orkest van jonge derde-ordelingen uit Watersleijde zeer verdienstelijk een nummer had gegeven besteeg Pater Lucidius Verschueren het spreekgestoelte. Dit was een rede voering zoo nobel, zoo gloedvol, zoo begeesterend als men maar zelden krijgt te aanhooren. En het kan niet anders of in vele jonge harten, ont gloeid van vereering voor Ridder Franciscus, is de vurige verzuchting geslaakt»ik wil ridder zijn als gij" Wel hebben niet alle jeugdige aan wezigen, zeker niet de allerjongste, alles begrepen wat in deze twee schitterende redevoeringen werd behandeld. Maar de ademlooze stilte, de gespannen blik, de schittering van het oog bewezen verblijdend-duidelijk dat goed begrepen werd dit voorname feitja, de Derde Orde is buitengewoon schoon en goed het is een wereld-beweginghet ver blijdt O. L. Heer als men er lid van wordtmen kan er vele andere men- schen mee redden van de Hel. Na zooveel ernst was eene ontspan ning wel verdiend. Er werd trouwens op het heele Congres rekening gehou den met de waarheid: jongens zijn jongens. Versnaperingen .werden rond gediend, foto's genomen, ansichten ge schreven enz. enz. Bij het avondmaal werd »schon-ge-eten," door sommigen zelfs verbazend «schon". Sittardsche jongens gaven op voortreffelijke wijze een tooneelstukje ten bestede jonge muzikanten van Walersleyde en van Venray moesten nog eens hun krach ten Loonen, en zoo was de dag omge vlogen voordat men het wist. Do Congressisten begaven zich naar de Kapel, maar de Venraysche jongens moesten nog een heele wandeling af leggen naar het Missiehuis der Duit- sche missionarissen van Leijenbroek. Gelukkig was de regen hun genadig en heerschte er na dezen onschuldigen aangenamen dag een vroolijke stem ming. Bij sommigen bleef de joligheid zelfs voortduren op de wippende spring- matrassen en toen het toch werkelijk hoog tijd was geworden om te gaan slapen. Het was feitelijk tegen de af spraak van stipte gehoorzaamheid maar, omdat de Venraysche jongens zich overigens in deze twee dagen voorbeeldig en stichtend en prettig- eendrachtig gedragen hebben, zal hun geleider het nu waarschijnlijk weer vergeten zijn en zich getroost hebben met de gedachte «jongens zijn jongens". De tweede Congresdag, Maandag, werd schoon begonnen met het bij wonen der H. Mis, waaronder alle Congressisten ter H. Tafel naderden en ook vele andere belangstellenden. Zij die de H. Mis bijwoonden in de Kapel van het Missiehuis «Sint Fran ciscus Solanus", genoten bovendien het voorrecht een allerhartelijkste be zielende toespraak aan te hooren van den Hoogeerw. Heer L. Tijssen, deken van Sittard, dien vurigen ijveraar voor de Derde Orde. Na een stevig ontbijt trokken onze Venraysche jongens wederom naar het Congres, tot het bijwonen van de Slot vergadering. «Er heerschte hier een enthousiaste en blijde stemming bij jongens", zegt de Limburger Koerier te recht. «Er klonken telkens als bewijzen van jeugdige geestdrift en onverdeeld medeleven in alles wat er gezegd werdhartelijke toejuichingen". Ja, het was een echt mooie Vergade ring! «Het viool-orkestje der Derde Orde jeugd-afdeeling te Sittard-Ophoven (aldus vervolgt de Limburger Koerier) bracht een aardig muzieknummer ten gehoore, waarna pater Petrus Nielen (uit Weert) de slotrede van het Congres uitsprak, waarin hij nogmaals samen vatte in een kort bestek, wat de jeugd beweging wil en waar deze Derde Orde beweging dus naar toe moet. In den breede betoogde de spreker hoe de jeugd kan medewerken aan het doel der Franciscaansche beweging: door zelfvernieuwing komen tot wereld- vernieuwing l Toen het lange, storm achtige applaus bedaard was, speelde de fanfare der jongelingen-tertiarissen der Derde Orde-Vereeniging te Venray onder directie van dhr. Laurensse op lofwaardige wijze een muziekstuk. Een heerlijk oogenblik was het, toen de honderden jongens het schoone Vaandellied zongen, begeleid door de muziek der Venraysche jongens. Zeer dankbaar zijn dan ook onze jongens gestemd jegens den Heer Welting, die welwillend het Vaandellied zoo schoon op muziek had gezet voor zijn jonge vrienden, van wie hij er later velen verwacht in Venray's geliefd Fanfare corps. Toen van onze jonge muzikan ten een foto was genomen, trok men weder in opgewekten, regenloozen stoet, afgewisseld door marsch-muziek, door Sittards straten. Jammer dat het voor onze jongens te laat was geworden om met de anderen mee te gaan naar hel Museum te Watersleijde. Nog eerst een stevig middagmaal en ze gingen, ongaarne, Sittard weer verlaten. De paters werden herhaaldelijk luide toe gejuicht; vooral de Venraysche paters Smitz, Ambrosius en Ariaens. Hel regende, nu voor de verandering maar de muzikanten bliezen de regendrop pels meters ver weg. Er was zóó afgesproken, dat men, indien de jongens zich waardig hadden gedragen, in Roermond drie uren zou wachtten. De heer Martin Poels, oud- Venrayer, leidde welwillend de jongens door Roermond. Eerst werd een bezoek gebracht aan de groote meelfabrieken van den heer Smeets, broeder van Pater Ignatius, rector van het Pensionaat Jerusalem alhier en Visitator der Derde Orde. Onder het vriendelijke geleide van den heer Smeets, die alles op be vattelijke wijze uitlegde, konden onze jongens de reusachtige machines be wonderen. Zoo zagen zij o.a. hoe een groote magneet spijkers enz. uit de ongezuiverde tarwe trok. De heer Smeets verklaarde ook wat er allemaal te doen was eer het tarwemeel tot zulk een fijnheid en zuiverheid geraakte, dat het bestemd kon worden lot het maken van hosties. De vriendelijke heer ging in zijn minzaamheid zoo ver, dat hij ten slotte de jongens in een tuinhuis uitnoodigde en hen tracteerde op siga ren, gebak en ranja. De fanfare speelde het «Lang zal hij leven!" Vervolgens werd de groote drukkerij van de heeren van der Marck bezocht, die met de hartelijkste bereidvaardig heid van het een en ander uitlegging gaven. Sommigen konden zich verbazen over het feit, dat uit een pot kokend lood met enkele tikjes hun eigennaam en adres op een blokje kwamen te staan, dat zij mochten meenemen. Men moest zich wat haasten. De prachtige Munsterkerk werd bezichtigd, een aan bidding van het Allerheiligste Sacra ment gehouden, een bewonderende blik geslagen op het kolossale beeld van den heiligen reus Sint Christoffel, pa troon van de Venraysche Turnclub en hel was hoog tijd geworden. De wagon, waarin allen elkaar kon den zien, was een toonbeeld van de plezierigste gezelligheid enmuzikale fantasie. Maar, 'oen men in Oostrum was gekomen en nog een stukje wilde spelen, toen.... ging het haast niet meer, de «ambesjuur" was toen toch werke lijk zoowat naar de maan. Bij het binnenkomen in het Dorp was ze weer in zooverre in orde dat er een eenvou dig marschje aan kon worden ge waagd. Op de Markt werd de stoet ontbonden. Nog eens het zijn voor onze jongens waarlijk schoone dagen geweest, die zij niet spoedig zullen vergeten. -Geve de goede God, dat dit Congres, niet zonder aarzeling bijeengeroepen maar schitterend geslaagd, van on besefbaar nut moge zijn voor brave vroolijke Venraysche jongens. Mogen ook (het is haast niet anders te verwachten) de ouders enz. er zich krachtig door voelen aangespoord om er van heeler harte aan mee te werken dat hunne zoons worden en blijven ridderlijke volge lingen van Christus' Ridder Sint Franciscus. N. JOS. BOSHOUWERS te LENT. Emelten. VRAAGZijn emelten schadelijk voor de kippen Wij hadden er zeer veel in 't gescheurd grasland. Onze kippen zochten er den ganschen dag naar. Maar nu vertelde mij iemand, dat deze insecten voor de kippen schadelijk zijn. Is dat zoo W. te O. ANTWOORD In den zomer vinden de hoenders in 't weiland, vooral onder verdroogde mest, steeds emelten, zeer schadelijke dieren, die vooral op ge scheurd grasland den oogst dikwijls doen mislukken. Sommige weilanden zien er in den zomer als dood uit, doordat de emelten de wortels van de grasplantjes hebben afgevreten. Door deze schadelijke dieren te verslinden, doen de hoenders heel veel nut aan het veldgewas. En boven dien veranderen ze dit ontuig in lek kere eitjes. Dat ze nadeelig zijn voor de gezond heid der hoenders is nog nimmer febleken. Als bij uw zegsman de ippen iets mankeeren moet hij de oorzaak ergens anders gaan zoeken. Besmettelijke ziekten te voorkomen. VRAAG Op welke manier kan men het best besmettelijke ziekten voor komen W. te 0. ANTWOORD Een uitstekend middel is wel het zonnelicht. Door het directe zonlicht worden vele bacteriën of ziek tekiemen gedood. Dit middel werkt zeker en is tevens zeer goedkoop. Hoe jammer daarom, dat de zon niet beter in vele hoenderhokken tot in de uiterste hoekjes kan doordringen. Noodig is dus dal er aan den zonkant veel raamwerk in den wand wordt aangebracht, zoo mogelijk van boven tot beneden, waardoor de zon in alle deelen van 't hok kan doordringen. Een ander eveneens uitstekend mid del ter voorkoming van ziekten is, het angstvallig opruimen van alle vuil en mest. Want gewoonlijk zitten hier bacteriën in en is het vuil door de aanwezigheid van vocht eene zeer geschikte kweekplaats voor allerlei ziektekiemen. Vei der heeft de kippenhouder er voor te waken, dat zijn hoenders niet door kouvatten, ongeregeldheden in het voederen, eenzijdige voeding enz. enz. vatbaar worden voor besmettelijke ziekten. Wie aan een of meer exemplaren iets bijzonders merkt, moet deze direct afzonderen en in absorvatie houden. Laat men dit na, dan verspreidt zich de eventueele ziekte spoedig onder den heelen toom en is bestrijding lang zoo gemakkelijk niet meer. Laat broeden moet men vermijden, want die late kuikens krijgen in den herfst of voorwinter doorgans het eerst de snot- en pokziekten. Hierdoor wor den dan ook de oudere dieren aange tast. Ten slotte merken we nog op, dat alle gestorven exemplaren aan de Rijksseruminrichting kosteloos worden onderzocht en dat daar gratis schrifte lijk advies wordt gegeven. Zitplanken. II. te G. 1 Die jonge hennen van 21/2 maand kunt u gerust zitstokken geven, eigenlijk zitplanken, daar ze breed en plat móeten zijn, veel breeder nog dan voor volwassen hoenders. Vroeger dacht men, dat de borst- beenen zouden indeuken bij smalle zitstokken bestaat dat gevaar inderdaad doch thans prefereert men wel zit planken boven den bodem van het hok. Want anders kruipen ze daar te veel op een hoop in den hoek bij elkaar, zitten daar veel te warm en krijgen geen versche lucht (zuurstof) genoeg. Ook uit het oogpunt van rein heid zijn breede, betrekkelijk dunne latten te verkiezen. Wie geen planken gebruikt, strooie op den bodem eene laag haksel of stroo, en vernieuwe dit gedurig. 2. Kachelkunstmoeders kunt u niet buiten plaaten. Daarvoor is een apart hokje noodig, waarvan de bodem met fijn droog zand bedekt is. In den be ginne neemt u maar geen turfmolm. Dan is hei- of rivierzand zeker zoo doelmatig. 3. Rhode Island Reds zijn moeilijk op kleur te fokken, doch op de boer derij moet dat het doel niet zijn. De kleur blijve bijzaak. Goed en mooi kunnen saméngaan, zeer zeker, maar 't is lang niet overal 't geval.! De Barneveldereieren zijn donkerder van kleur dan die der Reds. Hoeve'en zullen zich deze vraag reeds hebben gesteld, zegt de Vlaamsche Tijd. Hoevelen zullen het nog doen 1 Het lijkt ons daarom niet ondienstig juist in dezen tijd, nu er zoovele jeug dige menschen de scholen verlaten en een begin moeten maken met de ver overing eener positie, deze vraag eens te behandelen. U moet uw jongen natuurlijk geen ingenieur laten worden. Natuurlijk niet. Die zijn er bij bosjes... over. Natuurlijk ook geen dokter. Daar weten we geen raad meer mee. Een misdaad zou het zijn hem typograaf te maken. Ge zoudt hem vermoorden door tuberculose. Bouwvakarbeider, onderwijzer, dat natuurlijk heelemaal niet. Dat is ongezond en er zijn er al te veel. Bureelbediende 1 Dal leek tot nog toe wel iets. Doch sinds we dezer dagen een brochure ontvingen «Van school naar het bureel?" en daarin de noodtoestand leeren kennen die in dal beroep heerscht zou het ook een tekort zijn aan vaderlijk plichtsbesef, wan neer men zijn jongen naar het bureel liet gaan. Dus geen ingenieur, dokter, onder wijzer, typograaf, bouwvakarbeider, en ook niet genoemde «vakken," ook daarvoor hebben reeds ernstige waar schuwende woorden geklonken. Ook daar tegen zijn waarschuwende vingers opgestoken. Het is inlusschen een methode ge worden, dat jaarlijks waarschuwingen opstijgen tegen onverschillig welk be roep. Aan den eenen kant berekent men of er «geld" mee valt te verdienen, aan den anderen kant tracht men systematisch in een bepaald vak een tekort aan krachten te kweeken. Om de loonen op peil te houden. Wat te doen. Och, laat uw zoon zelf kiezen, wat hij worden wil en houdt dan op ver standelijke wijze rekening met zijn aanleg, gezondheid enz. Dit echter in de tweede plaats. En het zal u wel gaan, ondanks alle «ernstig waarschuwende woorden" en dito vingers. Nu de pluktijd der vruchten weer aanstaande is, zal het niet overbodig zijn de vraag in overweging te geven, of het plukken in den boomgaard wel altijd met de meeste zorgen geschiedt en niet dikwijls aanleiding geeft en oorzaak is van het schenden der ooft- boomen. En deze vraag is daarom te meer van beteekenis, omdat de eige naren van boomgaarden en de land bouwers in 't algemeen hun vruchten niet zelve laten plukken, maar ze op den boom 't zij publiek laten verpach ten of uit de hand verkoopen aan fruithandelaren. De laatsten moeten voor het pluk ken weer een aantal ondergeschikten gebruiken en 't ligt voor de hand, dat het eerbiedigen der hoornen voor velen dezer lieden niet de eerste nog zwaarst wegende zorg uitmaakt. Daarom is het zeker hoogst noodzakelijk dat de huur ders of eigenaars der boomgaarden een wakend oog op de plukkers houden, willen zij niet na korten tijd groote schade lijden en hunne boomgaarden onvruchtbaar zien worden. In de eerste plaats moet er op gelet worden, dat de plukkers geen te zware ladders gebruiken en deze zoo recht mogelijk tegen de boomen moeten ge plaatst worden, ten einde door haar gewicht zoo weinig mogelijk op de boomen en takken te drukken. In jonge boomgaarden is het gebruik van dubbele ladders bij voorkeur aan te bevelen deze stellen de plukkers in staat met meerdere zekerheid en gemak te werken. Vooral ook moet hun wor den "aanbevolen geen takken te breken en het ooft voorzichtig met de hand te plukken niet af te wringen ter voorkoming dat de kleine vrucht takjes beschadigd worden. Overigens is het noodig en nuttig, dat de pluk kers' een haak bij zich hebben om daarmede de vruchtdragende takken die ver uitsteken, naar zich toe te kunnen halen. Nooit moet men toestaan dat ,de boomen geschud worden, het allerminst de jonge boomen, want daardoor zou men den wortelhals, ja zelfs den wor tel kunnen losmaken, wat den dood van den boom na zich kan slepen. Eindelijk geldt het de belangen zoo wel van den boomgaard-eigenaar als die der ooftkooplieden, om de zomer en herfstvruchten eenigen tijd voor haar volkomen rijpheid te plukken met de wintervruchten mag men in tegendeel bij droge weersgesteldheid wachten tot dat de koudere nachten aanbreken, die vruchten zullen er bij winnen, zoowel in zwaarte als in smaak. Bekendmaking. Burgemeester en Wethouders der gemeente Venray brengen ter kennis van belanghebbenden, dat op den 12 September 1924, herschouw zal worden gevoerd over de waterlossing genaamd Lollebeek, voorkomende onder No. lin den legger B, voor wat betreft de over tredingen geconstateerd bij de op 18 Augustus 1924 gehouden schouwvoering; dat op den 12 September 1924 her- schouw zal worden gevoerd over de waterlossing genaamd Brukskensche beek, voorkomende onder No. 5 in den legger A, voor wat betreft de overtredin gen geconstateerd bij de op 19 Augustus 1924 gehouden schouwvoering; dat op den 12 September 1924 her- schouw zal worden gevoerd over de wa- lerlossinggenaamd de Zompgraaf, voor komende onder No. 7 in den legger A, voor wat betreft de overtredingen gecon stateerd bij de op 19 Augustus 1924 ge houden schouwvoering; dat op 13 September 1924 herschouw zal worden gevoerd over de waterlossing genaamd de Loobeeksche beek, voorko mende onder No. 3 in den legger B, voor wat betreft de overtredingen geconsta teerd bij de op 26 Augustus 1924 gehou den schouwvoering. Op de dagen der herschouwvoering en de drie daaraan voorafgaande dagen moet aan het water in genoemde beken de geheel vrije afloop gegeven worden, voor zoover te dien aanzien geeneandere bevelen zullen worden verstrekt. En zal deze op de gebruikelijke plaats aan het Raadhuis worden aangeplakt en aangekondigd in het weekblad Peel en Maas. Venray den 26 Augustus 1924. Burgemeester en Wethouders voornd. O. VAN DE LOO. De Secretaris, VAN IIAAREN. Aangeplakt op de gebruikelijke plaats aan het Raadhuis te Venray, den 26 Au gustus 1924. De Veldwachter, A. FILA. VENRAY, 30 Augustus 1924. Uitbetaling Ouderdomsrente. De vierwekelijksche uitbetaling der Ouderdomsrente heeft plaats op 2 en 3 September, Dinsdag en Woensdag middag a.s. van 14 uur. Ter gelegenheid van den ver jaardag van H. M. de Koningin, waar van de viering dit jaar op 1 September a.s. zal plaats vinden, zijn de Post-en Telegraafkantoren voor den Postdienst

Peel en Maas | 1924 | | pagina 1