Weekblad voor VENRAY, HORST en Omstreken.
De Kabinets-crisis.
Fulco yan iern
Winter.
Aangifte lichting 1925.
Een onderbroken
Nieuwjaarsbrief
Tentoonstelling Postduiven.
Zaterdag 3 Januari 1984
48e Jaargang No 1
ABONNEMENTSPRIJS
PER KWARTAAL
voor VENRAY 65 c.
franco per post 75 c.
voor het buitenland
(bij vooruitbetaling) f 1»30
afzondert. nummers 5 c.
PEEL EN MAAS
Uitgave van FIRMA. VAN DEN MUNCKHOF, VENRAY. Tel. No. 61
PRIJS OER
ADVERTENTIEN
1—8 regels 60 c«
elke regel meer 7ct.
Advertentiën bij abonne
ment groote reductie.
De Burgemeester van Venray.
brengt ter kennis van de mannelijke
personen, die in 1905 geboren zijn, dat zij
zich voor den dienstplicht moeten aange
ven in Januari a s.
Speciaal zal hiervoor zitting gehouden
worden op Maandag 7 Januari a s. en wel:
voor hen, wier namen beginnen met een
der letters A—K van 9—1,0 uur voorm.
L—R van 10—11 uur voorm.
S-^-Z van 11 12 uur voorm.
Voor nadere inlichtingen zie men de
publicatie ten Raadhuize of wende men
zich ter Secretarie.
Venray, 18 December 1920.
De Burgemeester van Venray,
O. VAN DE LOO.
De «Standaard'' driestart:
De o.i. laatste poging om tot de
vorming van een rechtsch Kabinet te
geraken is niet gelukt.
De drie fractie-voorzitters der recht-
sche groepen hebben verzocht van
hunne opdracht ontheven te worden.
Ze hebben dus blijkbaar geen kans
gezien om een gemeenschappelijk
advies aan de Kroon té geven dat tot
de vorming van een rechtsch Kabinet
leiden kon.
Dat wij dit betreuren is niet het
minst, omdat hierdoor de parlementaire
onmacht gedemonstreerd wordt. Aange
nomen moet toch worden, dat de op-
positioneele groepen, die óp 26 October
hel Kabinet-Ruys ten val brachten, niet
in slaat waren de taak van het
demissionaire Kabinet over le nemen.
En nu ook de rechterzijde niet in slaat
bleek tot overeenstemming le geraken,
is hel eind, dat voor de fpopende
periode een parlementair Kabinet uit
gesloten 19.
De eerst opkomende vraag is thans
Wa t nu?
Het zitten blijven van het lvabinet-
Ruys zal nu wel als de eenige uitweg
aangewezen worden.
Toch komt. het ons voor, dat dit
alleen mag, indien inderdaad niets
anders mogelijk is.
De toestand, die daardoor zou ont
slaan, is toch zoo zonderling, dat men
dien zich nauwelijks indenken kan.
Ken stel practisch onafzetbare Minis
ters; die geen regeerkracht vertegen
woordigen. Hunne maatregelen kan
.men vrijelijk afstemmen. Gevolgen van
politieleen aard heeft dit niet. Immers,
ze kunnen wel hun ontslag aanbieden,
maar dat is nog wat anders dan heen
gaan. Vandaag lijdt de een nederlaag,
morgen de ander. Maar dat verandert
in den toestand niets. Dan maar niets
doen Administreeren alleen en verder
duimen draaien
Met welk recht zou men kunnen
verwachten, dat er thans in de Kamer
meer geneigdheid zou zijn tot het aan
vaarden van onaangename maatregelen
dan voor tót échec van 26 October?
De band tusschen het Kabinet en de
partijen van rechts is verbroken.
En is het Kabinet-Ruys nog wel een
Kabinet
FEUILLETON.
31
Om Gods wilwat deert u riep
Walter verschrikt, maar ook hij kon
nauwelijks zijne blijdschap, meester
blijven, toen hij Maria bemerkte.
Beste Fulco! geen overijling zeide
Walter, terwijl hij den jongeling be
lette het venster te openen. Herinner
u de woorden van vader Ambrosius,
en denk dat van uwe handelwijze haar
lot afhangt.
Laat mij haar maar even bij haar
naam noemen, hernam Fulco bijna
smeekendlaat ik uit haar mond
hooren, dat zij het geluid mijner stem
nog niet vergeten isdat zij mij nog
lief heeft gelijk voorheen, en het ge
lukkigste oogenblik mijns levens zal
aangebroken zijn
Indien het van mij afhing, zeide
Walter, zou ik u niet beletten, die
inspraak van uw hart te volgen maar
vader Ambrosius en de vreemde krijgs
man hebben ons gelast, niets zonder
hunnen wi! le ondernemenoordeel
nu zelf of gij goed of kwaad zoudt
handelen
Zie Walter! zij spreekt tuet den
eerwaarden vaderwat ziet zij bleek,,
ook zij schijnt veel te hebben geleden.
Wat is zij voordeelig ontwikkeld, en
hoe schoon is hare noudingZie zij
Of zijn er alleen 10 Ministers
De vragen rijzen, zonder tal.
Wij vreezen, dat uil een .''zitten blij
ven van het Kabinei nederlaag op
nederlaag het gevolg zal zijn en dat
de rechterzijde .daardoor voor goed uit
elkaar zal worden geslagen.
Maar dat alles is negatief.
Kn een positief advies kunnen wij
niet geven.
Elke andere oplossing stuit'eveneens
op groote bezwaren. Vooral als men let
op den eisch om het financieel even
wicht le herstellen. Waarvoor toch
minstens 51 leden gevonden moeten
worden die dat willen.l
Terwijl ook de defensie van Indië
om voorziening blijft roepen.
Twee vraagstukken van buitenge
meen groote be teekenis.
Zou nu eindelijk het besef dagen van
het kwaad, dat men 26 October ge
brouwen heeft?
Indien dat zoo ware, zou de toekomst
althans iets lichter zijn dan ze nu is.
Ofschoon boer en tuinder maar liefst
open weer hebben is een gewone
winter van 4 h 6 weken aan een stuk
niet in het nadeel van land- en tuin
bouwbedrijf.
De tuinier rekent op vorst met zijn
groenten in den winter. Vriest het
weinig dan brengen de wintergroenten
in den regel niet veel op. Weinig vorst
is voor den echten tuinier dikwijls niet
voordeelig.
Bij sterken vorst is een flinke
sneeuwlaag een goede en veilige dek
king voor de wintergranen. Qnder de
sneeuw is de temperatuur in den regel
0° C. ongeveer.
Een welig gewas rogge b.v. kan het
wel eens te warm krijgen onder de
sneeuw, vooral als de bovenlaag van
de sneeuw gaat bevriezen door dooi
overdag. De bovenijslaag sluit te sterk
af.
Tuiniers brengen wel eens sneeuw
uit de paden op de teere gewassen.
Gruötón last •geven* sommige grónden
door «opvriezen". Dit komt meest voor
bij de z. g. kwakkelwinters en op
humusrijke of veenachtige gronden.
Bij iederen vorst heft de bovenlaag
zich eenigszins op en de gewassen
komen ten slotte met de wortels geheel
of gedeeltelijk boven den grond. Bij
bosehaanplantingen heeft men niet.
zelden last van het opvriezen der
jonge dennen.
Opgevroren wintergraan en jong gras
land dient te worden gerold. Daardoor
dringen de wortels weer opnieuw ge
makkelijk in den grond.
Vorst bevordert zeer de goede struc
tuur van den grond. Op cursussen
leeren we, dat 10 L. water 11 L. ijs
worden. Bevriest dus gespitten of ge-
ploegden grond, dan gaan de water-
deelen zich uitzetten en daardoor komen
de gronddeeltjes ook verder van elkaar.
Na dooiweer behouden de gronddeeltjes
dien stand. De grond is dus los gewor
den. Hij heeft de zoogenaamde kruimel-
structuur aangenomen, een struktuur
glimlacht, maar het is toch geen lach
die uit het hart opwelt, mij dunkt dat
zij treurig is. Zij vertrekt 1... wat moét
dat beteekenen vader Ambrosius had
mij gezegd haar hierheen te brengen
Zou hij zijne belofte niet houden
Nog stond Fulco in gedachten ver
diept aan het venster, terwijl hij met
gespannen aandacht den gang bespiedde
waarin zijne zuster verdwenen was,
toen de kamerdeur werd geopend en
vader Ambrosius binnen trad.
Fulco zag hem veelbeteekenend
aan.
Mijn zoon! zeide vader Ambrosius,
gij moet nog een weinig tijds uw on
geduld beteugelen, alvorens uwe zuster
weder te zien. Spoediger dan gij denkt
zal het gelukkige oogenblik aangebro
ken zijn, waarop gij u in vrijheid
zonder vrees met haar zult kunnen
onderhouden. Geene overhaasting, ver
zoek ik u nogmaals, dit zou de gansehe
zaak bederven. Deze dag zal voor u
rijk in gebeurtenissen zijn, maar groot
is iutusschen de vreugde, die u wacht.
Laat u, wat er ook geschieden moge,
door niets verontrusten, en volg vooral
stipt de bevelen die gij van den vreem
den krijgsman zult ontvangen. Ik moet
mij noodzakelijk nog voor eenige
oogenblikken verwijderen, daar ik nog
schikkingen te maken heb, alvorens
alles naar behooren kan plaatshebben.
Toen de deur zachtjens gesloten was,
verviel Fulco weder spoedig in zijne
vorige mijmering, die door zijn getrou
we Walter niet onderbroken werd, daar
deze insgelijks op een zetel had plaats
genomen, en zijne gedachten den vrijen
zeer bevordelijk voor den plantengroei
Vóór de winter geploegde ontginnings-
gronden, of gescheurd weiland hebben
dat doorvriezen zeer noodig. De omge
ploegde voor is er samenhangend of
taai door allerlei wortelresten. Bij
doorvriezen moeten die wortelresten
stuk, daar de grond zich uitzet. Die
taaie zoden, welke men voor den win
ter alleen met de schup of de vleugol-
eg kon verkleinen, laten zich na den
winter met den voel uit elkaar trappen
en de gewone eg is voldoende voor de
verkleining.
We hebben een ouden boer, die niets
wist van kruër.el- of korrelstruktuur,
wel eeus hooren zeggenDe winter
maakt den geplo'egden grond «mols
hoopachtig" en dat was zeer juist ge
zegd.
Minder dan vroeger dringt men er
op aan mest uit te strooien voor den
winter. Ligt mest in den bodem en we
krijgen van die echte kwakkelwinters,
dan kan heel wal stikstof, en ook kali
naar de diepte gaan. Met stikstof is dit
vooral het geval indien de temperatuur
zoo hoog is, dat de nitrifieatie in den
winter voortgaat. Het gevormde sal
peterzuur wordt niet afgenomen en
zakt naar beneden.
Soms ziet men een landbouwer nog
wel eens gieren op bevroren grond
ofwel om den gier kwijt te raken,
ofwel, omdat hij dan goed op dien
grond kan, zooals hij zegt. Dit is zeer
verkeerd. De gier bevriest. Het water
van de gier gaat in ijstoestand ver
dampen en we krijgen vervluchtiging
van ammoniak.
Aardappels zijn levende plantendeelen
Alles wat leeft haalt adem, dus ook de
aardappels. Hei zetmeel der aardappels
zet zich voortdurend om in suiker en
deze suiker wordt door de ademhaling
verbruikt. Bij lagere temperatuur wordt
de ademhaling zwakker en is bij aard
appels bij 4 a 5° C. boven nul reeds
zeer gering. De suikervorming duurt
echter voort tot zelfs bij enkeLe graden
onder nul en in de knollen hoopt zich
dan suiker op en ze krijgen den wal
gelijk, flauwen, zoeten smaak. Daartoe
behoeven de knollen volstrekt niet be
vroren le zijn. Dit gebeurt eerst bij
meer dan - 2M& cimer 't vriespunt.
Verwarmt men zulke zoete aardappels
eenigen tijd tusschen 10 en 20° C. wat
kan gebeuren in een verwarmd vertrek,
dan wordt de ademhaling aangezet, de
overmaat van suiker wordt verbruikt
en de zoete smaak verdwijnt.
Wie zijn knolgewassen goed heeft
ingekuild, gaf een gewoon winterdek
en heeft nog ruigte bij de hand om
bij le verwachten groote koude te ge
bruiken. Is het gebruik van dat tweede
dek noodig geweest, dan mag dat in
het voorjaar niet worden weggenomen
voor het openen van de kuil.
Veehouders kunnen het nog maar
dikwijls niet laten, bevroren voer toe
te dienen, wat zeer gevaarlijk is.
Een thermometer moet op iederen
stal hangen. Te warme stallen maken
de dieren week, te koude stallen kosten
voer.
Vroeger vroor het tusschen man en
vrouw, dat de eksters uit de lucht
vielen, dat de hoornen kraakten. Thans
duurt een vorst 3 dagen.
loop liet. Walter kon zich maar niet
begrijpen, dat Fulco thans in het huis
zijner vaderen wedergekeerd, zich zoo
geheel en al gan den wil van een
ander onderwierp. Heer Hensberg toch
had degenen, die Fulco dierbaar waren
slecht behandeld, en het kwam hem
voor dat de gelofte, die hij eenmaal
als jongeling had afgelegd, dooi' hem
te streng werd gehandhaafd, en dat hij
nu niet geheel en al van lafhartigheid
was vrij te spreken.
Het kwam den goeden Walter geen
zins in de gedachten, dat Fulco nu
juist het grootste bewijs van zijnen
moed gaf, door zich zeiven te overwin
nen, en zijne rechtschapenheid en recht
vaardigheid aan den wil van een
ander te onderwerpen.
Dit gevoel strookte zoo weinig met
Walter's vurige geaardheid, dat hem
daarom het geheelo gedrag van zijn
vriend als een raadsel voorkwam. Fulco
verwijlde bij het graf zijner ouders.
Met weemoed wierp hij nu en dan een
blik naar het kruis, dat zich schitte
rend op den slanken toren der kapel
verhief, en zijn oog vonkelde van liefde
toen hij dat heilig teeken onzer ver
lossing aanschouwde. Zoo zaten de
beide jongelingen sprakeloos tegenover
elkander toen zij uit dien halfdroomen-
den toestand door naderende hoefslagen
gewekt werden. Dit geluid naderde
meer en meer het kasteel, en eindelijk
zagen zij een ruiter in vollen ren ae
voorplaats opiijden. ^Y*| °f /Jat
wezen mag, zeide Fulco, die voorzich
tig het venster genaderd was ik herin
ner mij niet dien man ooit gezien te
Ingezonden Mededeelingen
Ouderdom en Gezondheid.
De oude dag verklaart niet nood
zakelijk nierzwakte, rugpijn, stijfheid
der spieren, rheumatische pijnen en
last met de urine bij menschen op
leeftijdwant terwijl sommigen jong
zijn op 80-jarigen leeftijd, zijn anderen
oud als zij 60 zijn.
Maar de oude (lag brengt gezond
heidswijsheid. Oude menscnen zijn
verstandig door de harde ondervinding,
en zij zeggen
fWees opgewekt, maar ga niet laat
naar bed. Vermijd zware maaltijden
en buitensporigheden. Neem lichaams
oefening en de noodige rust". Zoovelen
verwaarloo'zen deze eenvoudige regels
en worden bijgevolg te spoedig oud.
Foster's Rugpijn Nieren Pillen pas
sen oude menschen. Zij regelen de
urinewegen zonder de maag, lever of
ingewanden te verstoren. Zij bevrijden
bejaarde personen van rugpijn, ver
minderen de aanleg voor rheumatiek
en helpen om de kwade gevolgen van
urinezuur op het gezicht, het geheugen
en het gehoor tegen te gaan. Duizen
den danken hun goede gezondheid aan
Foster's Pillen.
Verkrijgbaar in apotheken en drogist
zaken a f 1.75 per doos. 31
(In Venloosch spraakeigen.)
Het tooneel steltvoor een eenvoudige
hoerenkamer. Vader heeft bij een zijner
buren Nieuwjaar aangekaart en is daar
om wat laat te bed gekomen. De
kleinste spruit heeft z'n wenschen zoo
ongeveer den geheelen nacht opge
dreund voorbode der komende tand
jes!—en vader heeft dus een alles-
behalven prettigen nacht gehad. Nu
zit hij achter de Iekker-snorrende
kachel in 'n grooten leunstoel te soe
zen, terwijl moeder de vrouw de koffie
gereed maakt. Klompengestommel op
den zoldertrap duidt de komst aan der
andere spruiten. De oudste, een jongen
der óe klas, treedt half verlegen met
een brief in de handen tot voor vader
en leest zijn «nieuwjaarsbrief'.
M., 1 Januari 1912.
Dierbare Ouders!
Weer is een jaar met al zijn lief en
leed verzwolgen in den Oceaan des
levens....
Waat zes te doa jong oceaan
waat is det veur 'n ding?
- Det is 'n hiel groëte ziec, heit de
meister gezaëg.
'N hiel groëte zieë, en niej joar,
waat hebben die nou mit ein te ma
ken. Joa de meister kan og waat raar
dinge liere... en een nieuw heeft zijne
intrede gedaan. Dankbaar herinner ik
mij al het goede, dot Gij, dierbare
Ouders, mij bewezen hebt....
eine nette dig....
en mijn hart is grootelijks bedroefd
waat!!! bedrufd 11 ik zoej wal 's
wille weite, woa dat bij dig zaat.....
hebben.
Mijne denkbeelden zijn een weinig
verward, hernam Walter, terwijl hij
zich over hel voorhoofd wreef, maar
ik zou durven bezweren, dat die man
mij niet onbekend is.
Och! misschien is het een der
strijdknechten van het kasteel, die yan
een tocht wederkeert.
Zijt gij dwaas Fulco Ziet gij dan
niet met welk eene achting men zijn
ros bij de teugels houdt, en hoe onder
danig men voor hem buigthij schijnt
waarachtig haast te hebben, als men
den spoed ziet waarmede hij naar
binnen ijlt.
Er zullen immers wonderlijke
zaken gebeuren, Walter! heeft vader
Ambrosius gezegd, mogelijk nemen de
gebeurtenissen met dien man wel een
aanvang
Beiden vervielen na deze korte
woordenwisseling weder in hunne
vorige houding, en wij zullen hen nog
eenige oogenblikken ongestoord hunne
gedachten laten voorzetten ora den
ruiter te volgen, die de opmerkzaam
heid der beide jongelieden tot zich ge
trokken had.
Die man, zooals de lezer reeds zal
geraden kebbeu, was niemand anders
dun Herman van Heusden. Zoodra hij
de teugels aan een stalknecht toege
worpen had, en dezen had aanbevolen
goede zorg voor het edele dier te
dragen, begaf hij zich onmiddellijk
naar de kamer van Hensberg, waar
hij zijn boozen geest reeds aanwezig
vond, die met onrustige schreden en
met een gerimpeld voorhoofd de kamer
nu ik overweeg, hoe ik al dal goede
met zooveel zwarten ondank beloonde...
de iersle waorheid... Jao, jong 1 ge
kunt 'nen elder waat verdreet aandoon
en veural dig bis 'ne ierste vleigel
noeit gedeugd....
Dierbare Ouders, ik vraag u oot
moedig vergiffenis voor dit mijn slecht
gedrag en ik beloof U plechtig mij te
zullen beteren...
't zoej wet... det hes te 'fveuwg
joar ok al belafd, maar 't is ter niks
beiter op gewaore....
en mij voortaan als een waardig zoon
te gedragen....
We zulle.... Vader ziet toch stil;
'k weit d'n halven tied neet, wqo ik
aan bin... de meister heit 't os zoeë
veurgeschreven et deië weit 't waal
Jao! jao! de meister heit good
kalle, hij moos 't maar 's allemaol
weite....
door gehoorzaamheid, hulpvaardigheid
en toegenegenheid. Dagelijks zal ik
den goeden God in de heilige Mis bid
den, neen smeeken
Waat dig aldaag nao de mis
gaon noeit kus te oet V bed kom me
as moder dig rupt.... en nou aldaag!
Bis bliej des te lied genog in de
schoeöl bis.... Waor^ik mar mier thoes,
'k zoej der dig waal oët bezzerne, maar
moder is vuiïl te gek met ög, jongte
bidden, neen smeeken och nei, jao,
det kurnt ter van....- om u, Dierbare
Ouders, nog vele jaren voor ons te be
waren....
des te haope, angers zoej 't ög
schraol gaon....
om reeds in dit leven met wel
daden te overladen....
det hof nèët, as.... Och, vader ziet
toch* stil of ik scheij oeët....
om 1. hiernamaals in het rijk der
Hemelen een waardige plaats te schen
ken....
des 't te haope jong, ei vage veur
hebben we heej wal met og....
Aanvaardt, Jieve Ouders, deze harte
lijke wehschen van Uw liefhebbenden
zoon P.
Alia, as 't neefangers is, zullen
we det maar doön, wao, Nel.... waorum
zes tig niks
Moeder zegt, dat 't toch heel mooi
is geweest van den meester eli dat de
sj°ng" g°ed gelezen en geschreven
"heeft.
Vader moet maar 'n krentje" geven
en dit gebeurt dan ook, waarna de
«jong" met den aanhang naar buiten
stormt en vader al knorrend, langzaam
indommelt.
Zondag hield de Postduivenvereni
ging «de Zwaluw" alhier,, een goed
geslaagde onderlinge tentoonstelling in
de zaal van den heer Joh. Schaetfers,
waar als keurmeester optrad, den heer
A. H. A. Pelt, red. der Nederlandsche
Postduif, aan wien een woord van dank
toekomt voor zijn zeer moeilijke taak
die hij hier heeft gehad. De duiven
werden alle op een vast puntenstelsel
gekeurd, waarvan 't aantal 50 't
hoogste was. De indeeling bestond in
zes klassen, waarvan de uitslag was
als volgt
Klasse 1 Oude Doffers.
le prijs H. Arts; 2e prijs A. Janssen
op en neder liep, en den ridder bij
zijne binnenkomst met zijne aschgrauwe
oogen scheen te doorboren.
Hel doet mij genoegen u hier te
zien, Heer Herman, zeide hij; daar ik
op dit oogenblik meer dan ooit uwe
hulp noodig heb.
Waartoe? vraagde van Heusden
barsch.
Waartoe? een zotte vraag; weet
gij dan niet dot Fulco van Bern zich
in den omtrek van hel kasteel op
houdt.
Heer Herman verbleekte.
Wie heeft u datgezegd, Hensberg?
riep hij uit; zijt gij zeker van hetgeen
gij mij daar zegt?
Zoo zeker als of ik hem reeds
met eigen oogen aanschouwd had.
En wat is nu uw plan?
Ik heb mijne krijgslieden de
strengste bevelen gegeven, en de man,
dien ik aan hun hoofd gesteld heb, zal
alles in het werk stellen om hem in
handen te krijgen.
Maar dan hebt gij immers nog
niets gewonnen bedenk het wel, Heer
Hensberg, dat ik elke mishandeling
hem aangedaan, als eene persoonlijke
beleediging zal wreken.
Zijn leven, teerhartige Herman
zal geen het minste gevaar loopen hij.
leekent slechts een akte van afstand
en ik ben te vreden.
Maar gij vergeet dat hij éene
zuster heeft, en ik verkies niet dat gij
het onschuldige meisje, onrecht zult
aandoen.
Wordt vervolgd.