Tweede blad.
rrfe^s'. ïlc Weekblad voor VENRAY, HORST en Omstreken. ^iSs^a£l
Venray voorheen
en thans.
Puien van Bern
Aangifte lichting 1925.
FEUILLETON.
De Bossche Hanzebank.
Gemengd Nieuws
29 December 1923
44e Jaargang No 82
PEEL MAAS
PEK KWARTAAL
ADVEKTENTIEN
voor het buitenland Advertentiën bij abonne-
&SS'sc° Ult*av« van FIRMA VAN DEN MDNCKHOF. VKNRAT. Tel. No. 51
De Burgemeester van Venray.
brengt ter kennis van de mannelijke
personen, die in 1905 geboren zijn, dat zij
zich voor den dienstplicht moeten aange
ven in Januari a.s.
Speciaal zal hiervoor zitting gehouden
worduii op Maandag 7 Januari a s. en wel;
voor hen, wier namen beginnen met een
der letters A—K van 9—10 uur vooim.
L—R van 10—11 uur voorm.
S—Z van 11 12 uur voorm
VLor nadere inlichtingen zie men de
publicatie ten Raadhuize of wende men
zich ter Secretarie.
Venray, 10 December 1920.
De Burgemeester van Venray,
O. VAN DE LOO.
XXVII.
Er is bij ons ectie vraag binnenge
komen waarbij hot verzoek, of het
mogelijk is over opschriften van eenige
oude grafzerken van het kerkhof' te
Venray verklaring of opheldering te
geven
Dat zou voor ons a4 een heel lastig
ja niet op te lossen raadsel zijn ge'
weest, indien wij niet beschikken kon
den over de gegevens, in de vorige
eeuw door den Eerw. Heer J. M.
Janssen, nagelaten.
Aan de hand dezer geschiedkundige
mededeelingen zullen we den vrager
dan ook trachten tevreden te stellen.
Het eerste, ons opgegeven grafschrift
luidt
Hier licht begraven
Jan Henskcns starf Ao.
1642 de 28 Mert ende
Baetgen sin lluysvrouwe
starf Ao. 1628
den 1 Augus.
Bidt voor die seele.
Volgens Janssen was deze Jan Heus-
kens de broeder van den beroemden
Jezuïet-Bollandist, Godfried Hensche-
nius (in de vorige bijdrage over Ven
ray door ons beschreven).
Deze Jan II. werd geboren in \lei
1596 en "huwde Beatrix of' Baetgen
Meuss. Deze echlgenoote stierf 2 dagen
na de geboorte van haar zoonJMichaël
1 Later hertrouwde Jan met Met jen
Engelkens, zuster van den pastoor van
Geijsleren, heer Jan Engelkens, (overl.
14 Oct. 1617) uit welk huwelijk hein
twee kinderen geboren werden, Mathijs
en Beelkeu. Bij het »magescheyd" van
July '1638 waren nog in leven: Peerken
Hendrik, gehuwd met Griet van Daell,
frater Hubertus, geb. 7 Feb. 1624,
gest. als lid der Sociëteit Jezus te Cas-
sel en Peter, geb. 3 Mei 1626, trad in
Juni 1649 in de orde van St. Francis-
cus en gestorven als leokebroeder te
Tienen 1667.
33
Vervolgens deed hij eenige schreden
voorwaarts, kuchte luid, en naderde
Heer Hensberg, die door deze onver
wachte verschijning verschrikt, bijna
het licht uit de hand liet vallen.
Hoenog zoo laat op, Heer Hens-
berg? zeide hij op luchtigen toon, ter
wijl hij hem tegemoet trad, en zich
voor het licht van de lantaarn plaatste,
indien ik in uwe plaats ware, zou ik
liever in mijne warme kamer zitten,
dan door die koude gangen u met
nachtelijke wandelingen vermaken.
Wat is hiervan toch de reden
Ik zou u dezelfde vraag, kunnen
doen, hernam Hensberg, terwijl hij het
licht van cle lantaarn op het gelaat
van den onverschrokken krijgsman
liet vallen, wat voert u zoo laat op
mijnen weg?
Een mooie vraag, waarachtig Heer
Hensberg! Of ziet gij niet dat ik van
het water doorweekt ben Hebt gij
mij niet gezegd, dat ik zorg moest
dragen, da; wij dien vreemdeling in
handen kregen, en moet ik voor uwe
belangen ook niet dee nachts werk
zaam zijn?
Gij zijt een trouwe dienstknecht
Gij zult zien dat gij uwe diensten aan
Het tweede grafinschrift luidt aldus:
Hier is begraven Antonius Geurtjens
met de huisvrou 'en Dris Geurtjens
Bidt voor de siele. Anno 1755
cn Hendrikus Meunckhof 1765
Hier is begraven Antonius Koeks
en Peternelle Meunckhof de vrou.
Over deze inscriptie vinden wij:
De Geurtjens waren smeden; eene
dochter Jacomina Geurtjens huwde met
een Duilsehen meester-smid Hendrik
van den Munckhof, die van 17591761
deken van het 9t. Eligius-gilde was,
en den 19 Mei 1765 ter aarde werd
besteld. Zijn dochter, Petronella van
den Munckhof was gehuwd met Antoon
Cox op het Volen, wier kind Pelernel
tea jare 1820 met Martin us Loonen in
den echt trad.
Een derde der toegezonden grafop
schriften bevat:
Hier ligt begraven Hendrick
Claessen, starf Ao. 1658
den 18 April ende
Peterken Groenen syne huisvrou we
ende Adoll' Claessen
starf den 21 Mert
Anno 1676.
Meergenoemde bron zegt ons
Uit deze nog te Venray beslaande
familie stamt Joannes Nicolaas Claes
sen (Xicolai) welke in de 17e eeuw
Docler in de Godgeleerdheid en pastoor
der St. Se verin us-kerk te Keulen was.
Later werd hij wijbisschop van Minis
ter en komt als zoodanig nog ten jare
1647 voor, terwijl eenige jaren daarna
een Hendrik Claes /vermoedelijk zijn
neef) als pastoor der bovengemelde
parochie optreedt.
De familienaam luidt 'nu eens Claes
dan Claessen of Claessens, of ook ge-
gelatiniseerd: Xicolaï.
De Bisschop Claessen was peetoom
van Aleff of Adolf, zoon van Hendrik
en Peterken Groenen en van Anna,
dochter van Jan en Emrneken van de
Pas, beiden werden geboren in 1641.
Boven het portaal der Loonsche
deur in de parochiekerk bevindt zich
het volgende opschrift, dat aan de
godvruchtige milddadigheid dier fa
milie herinnert
Peerken Groenen, de weduwe van
Hendrick Claes saliger heft dit Portaal
gegeven in den naeme van Janneken
(laes ha^re Nichte 1692)
Daar Knippenbergh in zijne oude
geschiedenis van Gelre over dezen
Venrayschen burger, als wijbisschop
van Munster, die tevens geboekstaafd
staat als deken van de II. Ludgerus-
kerk te Munster, als aarts-diaken van
Wolbeek enz., eene breedvoerige bio
grafie geeft, moet deze kerkprelaat
gerangschikt Worden onder de «man
nen van beteekenis", zooals Venray er
meerdere heeft opgeleverd.
Het vierde ons toegezonden opschrift
is het volgende
Re veren dus Do min us
Godefridus Groenen
Obiit 27 April is
1700.
Deze Venraysche burger bediende
gedurende elf jaren de Zon- en heilig-
dagsche vroegmis, die in het klooster
Jerusalem gesticht was door de Wel
edele Mevrouw Anna Margarelha van
der Boije, baronnes de Ketleler.
Het laatste opschrift luidt:
Hier rusten
Peter Minten
en zijne huysvrouw
Cornelia D nessen
Peter Conr.ard Esser
en zijne huysvrouw
Maria Petronella Minten.
Op don achterkant staat:
Hier rusten
Jan Theodóor Esser.
De beschrijving hiervan geeft het
volgende
Peter Minten Mathijszoon, een eer
zaam Venraysch koopman, geb. 8 Nov.
1752, had bij zijne ecntgenoote.Cornelia
eene eenige dochter, Maria Petronella,
die zich in 't huwelijk begaf met den
uit Duitschland (Erkelenz) komenden
apotheker P. Conrad Esser. Een hun
ner kinderen, Jan Theodoor stierf on
gehuwd op jeugdigen leeftijd, terwijl
een ander: Joseph Frederick Sigjsmund,
die hel stamhuis bewoonde, het ambt
van burgemeester zijner geboorteplaats
van 1817 tol aan zijn dood, 1.4 April
1.875 met lof heeft waargenomen, tevens
lid zijnde der Provinciale Staten van
Limburg.
Eene zuster, Cornelia, is gehuwd
geweest met den notaris Henricus
Reijnders.
Gerhard Krekelberg.
geen ondankbare geleend hebt. Heb!
gij iets vernomen
Het is hier de plaats niet, Heer,
om met een man die van koude beeft,
een gesprek aan te knoopen laat ons
naar uwe kamer gaan, daar zullen wij
verder over de zaak spreken.
Gij hebt gelijk, zeide Hensberg,
duid mij mijne onbeleefdheid niet ten
kwade. Hierop verwijderde hij zich
met den onbekende, en toen alles lot
de vorige stilte wedergekeerd was, be
reikten de drie mannen de kamer van
vader Ambrosius, waar zij zich voor
het oogenblik in veiligheid bevonden
VIII.
De boosheid ontmaskert.
Nauwelijks had den volgenden dag
de haan met zijn schelgeluid de dage
raad aangekondigd, en vertoonden zich
eenige wolkjes in purpergloed gehuld
aan den oostelijken gezichteinder, of
reeds werd door Heer Hensberg een
bode naar Herman van Ileusden afge
zonden, om hem uit te noodigen zoo
spoedig mogelijk naar het kasteel van
Willingen te komen, daar er gewichtige
tijdingen waren aangekomen, die
buiten zijne tegenwoordigheid niet
konden beslist worden.
Heer Hensberg verscheen eenige
uren later op de binnenplaats en gaf
zijne krijgsknechten de strengste be
velen, om goed toe te zien; wie dien
dag het slot zou betreden, en verzeker
de onder eed, dat hij, die het bevel i
niet stipt zoude nakomen, voorbeeldig]
Men schrijft aan de »Msb." van
welingelichte zijde uit 's-Herlogenbosch:
Den 5en December heeft de Bossche
Rechtbank behandeld een request
tot faillietverklaring der Hanzebank,
die in Juli j.l. surséance van betaling
aangevraagd heeft en verkregen. Het
request was ingediend namens een
groep crediteuren, voor wie optrad de
nieuw op te richten Zuiderbank. Deze
heeft een groot aantal slachtoffers van
de nu zieltogende Hanzebank weten
over te halen om een deel der gelden
die zij nog zullen redden uit de Hanze-
debacle, alweer beschikbaar te stellen
voor eene nieuwe bankinstelling.
De oprichters moeten wel een groot
vertrouwen in zich zelf hebben om in
eeii tijd, dat tal van banken het afleg
gen en het vertrouwen van het publiek
ten zeerste is geschokt, weder een
nieuwe instelling iu liet leven te
roepen. In de laatste weken-schijnt
het aantal cessies zoozeer te zijn toe
genomen, dal de nieuwe Zuiderbank
vreesde dat het haar toegezegde kapi
taal tot nihil zou slinken. Vandaar de
aanvrage.
Of die cessies ongeldig zijn is nog
een groole vraag. Er is geen enkel
positief' wetsartikel, dat ze in casu ver
biedt. En juist omdat de mogelijkheid
dat die cessies toch geldig zullen
blijken, minstens even groot is dan die
van het tegendeel, hadden de bewind
voerders onmiddellijk, nadat de eerste
cessies hun werden Leteekend, faillis
sement moeten aanvragen, tenzij het
vooruitzicht bestond, dat, zooals do
direcleuren van cle Hanzebank het
zou gestraft worden. Hadden zij in
tegendeel goed hun plicht betracht, dan
konden zij op een goede belooning
rekenen. Xa deze woorden gezegd te
hebben, had hij zich in liet kasteel be
geven om ook daar zijne dienaren tot1
een nauwkeurige waakzaamheid aan
te sporen.
Fulco en Walter die den nacht in
de kamer van vader Ambrosius hadden
doorgebracht, zaten vol weemoed aan
de eikenhouten tafel, die in een hoek
van het vertrek geplaatst was. Zij luis
terden vol aandacht naar de zalvende
woorden, die over de lippen des grijzen
priesters vloeiden, en deze zag vol
aandoening hoe zijn beide kwaekelin-
gen nog steeds aan hem gehecht waren.
Met weemoed dacht hij aan dien tijd
terug, toen die beide forsche mannen,
die in het II. Land zooveel blijken van
moed en dapperheid gegeven hadden
nog als knapen in het kasteel rond
huppelden, en hem in de, onschuld
huns harten de vertrouweling hunner
kleine verdrietelijkheden maakten. Hoe
dikwijls was hij niet de deelgenoot
hunner spelen geweest, en hoe ver
heugd waren zij een blijk van goed
keuring van hem te vernemen. Maar
die lijden waren vervlogen. De jonge
lingen'hadden in de school der onder
vinding droevige en smartelijke lessen
opgedaan, veel hadden zij doorstaan en
de vroolijkheid en lichtzinnigheid van
den knaap, had voor den ernst van
den zwaar beproefden man plaats ge
maakt. Maar de band der liefde, die
tusschen leermeester en kweekelingen
was blijven bestaan, verzachtte veelde
lieten voorkomen, alles zou terecht
komen.
De Rechtbank zat met de faillisse
mentsaanvrage verlegen. De voorzitter
merkte op, dat van de bewindvoerders
geen rapport was binnengekomen,
waaruit bleek, dat de vermogenstoe
stand der Bank sedert het verleenen
der surséance was achteruitgegaan en
adviseerde tot intrekking van het
request. Dit advies was niet opgevolgd
Het feit dat de bewindvoerders twee
maanden verlenging der surséance
verkregen (ze hadden er drie aange
vraagd) maakte het geval nog moei
lijker. De bewindvoerders hebben ech
ter tijdig nog een rapport ingediend,
met begeleidend request tot faillietver
klaring. Door indiening van zulk rap
port met request kwamen de heeren
bewindvoerders evenwel vierkant in
strijd met het begin Xovomber inge
diend verzoek tot verlenging der sur
séance. In wiens belang is zulke ver
lenging aangevraagd en ver.leend
Intusschen zal dit surséance-geval
weer eens afdoend hebben bewezen,
dit het instituut niet deugt en dat
wijziging dringend noodzakelijk is.
Surséance kost zooveel geld, dat zij
een afdoend middel is, om een zaak,
die wankelt, definitief ten val te bren
gen. Het zal ons benieuwen, hoeveel
de surséance der Hanzebank aan de
crediteuren kostze mogen vast op
twee ton rekenen.
Misschien is het instituut der sur
séance nog niet zoo verkeerd, als het
maar beter werd toegepast. In casu
waren de enorme verliezen geleden
door het geven van reusachtige cre-
dieten aan een stuk of acht personen
en hadden de bewindvoerders, voorge
licht door de directeuren, binnen veer
tien dagen een voldoend overzicht
kunnen krijgen om een conclusie te
trekken en de Rechtbank voor te
lichten.
Bovendien zijn de bewindvoerders
al spoedig overgegaan tot liquidatie
maatregelen. Dat was hun taak niet
en het is nog de vraag of zij daartoe
bevoegd waren.
De directeuren der bank hebben in
Juli verklaard, dat alles zou terecht
komen. Men vraagt zich af, of vier
maanden noodig zijn om in te zien,
dat zulke optimistische verklaringen
ten eenenmale valsch zijn, laat staan
dat er nog verlenging moet worden
gevraagd om zich over den toestand
der instelling te kunnen uitlaten. Een
haarfijn rapport vraagt de wet nergens.
Men vraagt zich af, hoe de duizen
den crediteuren van de Hanzebank
hunne schuldvorderingen aan de cura
toren zullen hebben op te geven. Wij
kunnen dienaangaande Y mededeelen,
dat daaromtrent nog geen enkele be
slissing is genomen, omdat het faiilis-
sements-vonnis eerst in kracht van
gewijsde moet zijn gegaan.
Echter is het voornemen ten deze op
dezelfde wijze te handelen als nu ook
door de curatoren van de Utrechtsche
Hanzebank blijkt te geschieden. Daar
wordt aan al de spaarders schriftelijk
verzocht hun spaarboekje als bewijs
van schuldvordering in te zenden. Door
daaraan alsdan te voldoen voldoet men
aan hetgeen door de curatoren in hun
oproep om de schuldvorderingen in te
dienen gevraagd wordt. Zij die in con
nectie tot de Hanzebank met bank
zaken staan, krijgen een slaat thuis
gestuurd, vermeldend0 hun vordering,
'oor dezen geteekend terug te zenden
hebben ook zij aan het verzoek der
Curatoren voldaan.
Ingezonden Mededeelingen
Noodseinen.
Geen wonder, dat Moeder bij tijden
prikkelbaar wordtHaar tobherig
werk binnenshuis, wasschen, strijken,
verstellen, poetsen en de eindelooze
huishoudelijke zorgen zouden door
geen man verdragen worden.
Wees voorzichtig! Prikkelbaarheid,
pij'n in de lendenen en zijden, hoofd
pijn, rugpijn, urinekwalen. zenuwach
tigheid, en duizelingen zijn seinen van
nierverzwakki ng.
Om zich te hoeden voor ontwikkeling
van de lange nasleep van nog ernstiger
nierstoornissen, is het tijd om aan
zichzelf te denken en de worstelende
nieren met Foster's Rugpijn Nieren
Pillen te helpen.
Dit speciale niergene&smiddel is geen
alles genezend middelhet werkt
alleen op de nieren en blaas, en het
baat legen pijnlijke verschijnselen van
nier- en blaaskwalen als nierzand,
rheumatiek, steenvorming, waterzucht,
ischias, spit, blaasontsteking en urine-
zuurvergiftiging. Passend voor jong en
oud, diende geen huis zonder Foster's
Pillen te zijn.
Verkrijgbaar in apotheken en drogist
zaken f 1,75 per doos. 30
droefheid van het oogenblik, en was
aan de oase der woestijn gelijk, die
den afgemalten pelgrim in het midden
van zijn kommer en ellende in de verte
toelacht.
Mijne kinderen, zeide vader Am
brosius, toen hij zog dat beide jonge
lingen uit zijne woorden nieuwen moed
hadden geput, thans moét ik mij ver
wijderen om het II. Misoffer op te
dragen, ik zal u in de onbloedige
offerande indachtig zijn, en aan den
voet van den gekruiste» Zaligmaker
voor uw geluk op aarde bidden. Ver
eenig u dan in den geest met mij, op
dat ons smeekgebed als een geurigen
wierook tot den des Allerhoogsten moge
opstijgen, en spoedig verhoord worden.
Daarna Fulco, zal ik uwe zuster tot u
gelijden, en daardoor zekerlijk den
grootsten wensch uws harten bevredi
gen. Vaarwel, kinderen goeden moed,
en vertrouw op God.
Edele man! eerwaardige priester,
zeide Fulco toen vader Ambrosius ver
trokken was, aan hem hen ik alles
verschuldigd. Hij getroost zich lijden
en ontberingen om het lot zijner rnede-
menschen te verzachten, met liefde
kust hij de goddelijke roede die den
mensoh somtijds, in dit leven reeds,
voor zijne misslagen kastijdt; de offers,
die hij brengt rekent hij gering in ver
gelijking van de belooning, die hem
in een beter vaderland wacht. Geluk-
g hij, die reeds in jeugdigen leeftijd
ich zulk een leidsman heeft uitver
kozen die in den dienaar Gods zijn
vader, vriend en raadsman ziet, en
hem zelfs de geheimste schuilhoeken
„Kab mets-crisis".
Xaar aanleiding van bovenvermeld
feit dat door zijn langen duur veel van
zijn crisis-karakter verliest, rijmt
Clinge Doorenbos als volgt in de Tol.
Slaap Landje Slaap
Je Leeuwtje wordt een schaap:
Een schaap met wintervoetjes,
Drinkt melk van tongblaarkoetjes,
Slaap Landje Slaap
Slaap Landje Slaap
En gaap een reuzen-gaap;
Doe g'rust maar al je oogjes toe
En droom van klein partij-gecloe,
Slaap Landje Slaap
Sla-plantje slaap!
Waar blijft de ferme knaap?
Misschien heeft Duitschland wel
een man
Die kan wat hier een man niet kan.
Sla-plantje slaap
Maf landje maf!
En jakker je niet af;
De crisis maar op zij gezet,
Dan blijft voor U een «cabinet".
Maf landje maf!
Een rare ZwartePiet!
In de gemeente Redichem moesteen
hoofd worden benoemd voor de open
bare lagere school. Er stonden drie
zijns harten blootlegt, voor zulk een
is de dienaar des Heeren het kostbaarst
edelgesteente, hij is de man, die voor
hem de poorten der eeuwigheid ont
sluit.
Hij werd in zijne ontboezeming ge
stuit, door het geluid van de kleine
klok der kapel, die hare zilveren toonen
deed hooren, en vei kondigde dat het
offer der liefde, bij het laatste avond
maal ingesteld en op Golgatha vol
trokken een aanvang had genomen.
Fulco en Walter wierpen zich vol
geloovig vertrouwen op de knieën om
hunne gebeden met die des priesters,
die voor zijne vijanden bad, te ver
eenigen.
Ook Maria was in de kapel aan
wezig; met meer dan gewone godsvrucht
volgde zij de heilige geheimen, en den
smeekenden blik, dien zij van tijd tot
tijd ten hemel wierp, getuigde van het
kinderlijk vertrouwen, waarmede zij
bad.
Toen de H. Mis geëindigd was, wacht
te zij zooals gewoonlijk vader Ambrosius
aan de kerkdeur, om hem met vrien
delijken mond, haar morgengroet toe
te roepen.
Terwijl zij daar schroomvallig eenige
oogenblikketi de komst van vader Am
brosius afwachtte, want haar kwelde
immers de vrees, dut Heer Hensberg,
zooals op zekeren morgen gebeurd was,
baar weder onverhoeds met zijne
huwelijks-voorslagen zou overvallen,
wierp Fulco toevallig een blik door het
venster zijner kamer, dat op de binnen
plaats uitzag, en gaf een kreet van
vreugde toen hij zijne zuster herkende.