Zuster kens. Over Uier. Uit de Raadzaal. f Zaterdaor SB Februari 1914. 35s te .Taargang. No. 9 Dit nummer bestaat uit TWEE BLADEN Uitgave van Firma W. Van den Ylunckhof, Venray. Vergadering Stoom- zuivelfabriek Oostrum, Abonnementsprijs per kwartaal voor VENRAY franco per post voor het buitenland bij vooruitbetaling afzonderlijke nummers 50 c. 65 c. 85 c. 4 c. Prijs der Advertentiën van 1—4 regels 20 c. elke regel meer 5 c. letters en vignetten naar plaatsruimte. Advertentiën, 3maal geplaatst, worden 2maai berekend. Hel liberalisme dat ook in ons land bij elke gelegenheid hoog op geeft van een gulden vrijheid, schrijft men in de N. D. Ct. verjaagt in Frankrijk Katholieke priesters, kloosterlingen en zusters uit hunne eigendommen, vergrijpt zich aan de goederen, scholen, gestichten en kerken, niets en niemand sparende, om het vraatzuchtige beest van ge loofshaat te kunnen verzadigen. In een nog lager daglicht komen de verachtelijke aanvallen te staan, wanneer men bedenkt wat die kloosterlingen gedaan hebben en nog steeds doen voor staat en ge meenschap. Nemen we als voorbeeld de zusters. Op een leeftijd waarop toekomst- geluk en huiselijke gezelligheid hun tegenlacht, nemen die edele vrouwen afscheid van aardsche goederen en rijkdommen, verlaten zij hei ouder lijk huis, zegger. zij hunne dier baarste betrekkingen vaarwel om zonder daarvoor eenig wereldscb loon te ontvangen, te gaan arbeiden in diensten naam van God, om zich te belasten met het heerlijke werk der ziekenverpleging, bij voorkeur de zieken behandelende, wier be smettelijke ziekte oorzaak is, dat ze hulpeloos alleen liggen, omdat zelfs rijk betaaldo krachten weigeren, het lot dezer ongelukkigen door liefde rijke verpleging te verzachton. Ook in Frankrijk was dat zoo. Ook in dat ondankbare rijk lieten velen hun leven op het roemrijke slagveld der ziekenverpleging. Nooit is er een stem opgegaan om deze fiere vrouwen te waardeeren. Nooit is in het Fransche parlement een stem gehoord, die hulde bracht aan haar verdienstelijken arbeid. Bij zeer hooge uitzondering heeft zich een stem verheven om ridder orden of versierselen van 't Legioen van Eer uit te reiken aan deze ge loofsheldinnen. De zusterkens behoefden dit niet. Met liefde en toewijding kweten zij zich van hunne moeilijke taak. Zelfs de dood, die keer op keer hare gelederen dunde, vermocht niet stil stand te brengen in hare offervaar digheid, nieuwe strijders stonden reeds gereed om de opengevallen plaatsen te bezetten En op een oogenblik dat de gansche wereld met eerbied en be wondering deze heerlijke vruchten van het Katholieke geloof gadesloeg, gaf de Fransche regeering last de liefdezusters als honden uit de ziekenhuizen te verjagen, als ware het een pestbacil, die gevaar op leverden voor de zieken en gewon den. Duur betaalde krachten namen de plaatsen in. Deze daad der Fransche regeering was slechts te bestempelen als een latïen aanval op hot Katholieke ge loof, een aanval die een storm van verontwaardiging deed losbarsten in de geheele wereld. Doch ook hier zou hel berouw komen na de zonde. Er zou een tijd komen dat men de wrange vruchten van een vlegel achtige daad zou plukken. De tijd is gekomen. Op het moment, dat wij dit schrij ven, heerseht er eene verschrikke lijke ziekte in het Fransche leger, de nekkramp. De behandeling van een lijder hieraan, staat bijna gelijk met een gang naar den dood. De arme aangetaste soldaten liggen hulpeloos en verlaten. Geen wereldsche verpleger of *»1 iefde''— zuster meldt zich aan. Hun begrip liefde komt hier wel in een eigen aardig daglicht te staan. Ten einde raad smeekt de Fran sche regeering om verpleging. Doch geen geldelijk aanbod vermag hier uitkomst te geven totdat dezer dagen een Kalboiieke zuster van 70 jaar zich aanmeldde, om de laatste oogenblikken van het smartelijk lijden te verzachten. Dezelfde zuster, die slechts korten tijd geleden op de meest beestachtige wijze werd verdreven, redt hier de Fransche regeering uit hare benarde positie. Twee dagen later stierf zij den heldendood. Onmiddellijk word hare plaats door andere zusters ingenomen. Geen bloemstuk der Regeeiing, d:.t de eenvoudige lijkbaar versierde dat getuigde van waardeering en erkentelijkheid der overheid. Straks als de epidemie zal ge weken zijn, zal de overheid de «pestbacillen" van het Katholieke geloof uit de ziekenzalen verjagen als schadelijk voor Staal en ge meenschap. Tot het tijdstip, waarop men ze weernoodig heeft. 1 Bier is een soort volksdrank Tenminste onze Duitsche naburen beschouwen het gerstenat als hun nationalen drank. En in ons land is het bier al aar dig op weg om den jenever te ver dringen. Van het jeneverglas heeft men een zekeren afkeer gekregen en de drankbestrijdings-ideeën zijn niet vreemd aan het afnemend gebruik van alcohol. Bier wordt thans veel meer ge bruikt door de Hollanders, waaron» der thans al even groole bierzwelgers huizen als bij de Duitschers. Hoe het hierin de wereld gekomen is Volgens de geschiedenis hebben de oude Germanen het bier reeds gekend en dezen drank bij hun feestmalen in reusachtige hoeveel» heden gebruikt. Men is dikwijls geneigd geweest aan te nemen, dat het bier een Ger» maansche uitvinding is geweest. Deze meening is evenwel vaisch. I Reeds veel vroeger he-ft men dezen drank gekend. In de geschie- jdenis van de oude volken is reeds uit zeer vroege dagen bekend.dat die volkeren een soort bier ronken. Het schijnt dat van de jongste tijden af de menschen een zwak hebben gehad voor verdoovende dranken. Zoo kan men met zekerhei i zeggen dal de Chineezen reeds dmenden jaren geleden bier dronken. Ook de Egyptenaren brouwden reeds jaren voor Christus ren wijn» achtig aftreksel van gerst. Dit was ook een gegiste drank, welke ver» dooveade eigenschappen had. En ook de Indiërs ke den een dergelijk aftreksel van gfir't. Inde buurt van Konstantinopel k nden de Thraciërs en andere volas tammen een biersoort. De Jo'der. hadden reeds vroeg twee soorten a.j hier, een wit, licht bier, dat zith. n werd genoemd-on eon rood, aw'o;sr, dat cowin heette. Aristotelds heeft een beschrijving gegeven van deze dranken, waarin hij ook zegt, dat zij de eigenschap hadden, de men» schei) dronken te maken. Van nog vele andere volken is bekend, dat zij gebruik en misbruik van bier maakten, nog voorde Ger» manen er aan dachten. Aan de Ger» manen heeft het bier overigens wel zijn tegen woo rdi gen naam te danken Zij noemden deze gerstenmoutdrank bier, of ook wel pior. Do oude Ger» manen noemden het bier ook wel alu of aio, waaruit -zich weer het Engelsche ale moet hebben ontwik» keld. Daar zijn geschiedschrijvers welke zeggen, dat het bier vroeger in Vlaanderen een voedingsmiddel was voor de arme menschen. Ook in andere landen moet het zoo geweest zijn en het woord bierdrinker was daar een scheldwoord. De fijnproevers van het oude Rome moesten van het bier niets hebben en dronken maar liever wijn. Langen tijd heeft men beweerd, dat de hertog Johan van Brabant de uitvinder is geweest van het bier, die dan ook den bijnaam van Cambrinus droeg. Uit het voorgaande blijkt, dat dit niet zoo is, maar zijn verdienste is geweest, dat hij het biersmakelijker en daardoor meer populair heeft gemaakt. Daardoor heeft deze zoo welbe» kende koning Cambrinus, welke naam ontstaan zou zijn uit Jan Primus, zich gemaakt tot 'n ver» klaarden schutspatroon van ver» schillende brouwerijen. Groot is de ontwikkeling van de bierbrouwerijen geworden na de volksverhuizing in de middeleeuwen, toen de Middel Europeesche volken bekend werden met den hop. De hop toch werd al spoedig een veel verbruikt product naast het oorspronkelijk gebruikte gerst. Het 1 is bekend dat reeds tijdens Pepijn de Korte hopvelden werden aangelegd. Vooral in Beieren en Saksen werd veel hop verbouwd. Zooals bekend is, deden in de iMiddeleeuwen ook de kloosters veel aan de kunst van bierbrouwen. j Tegenwoordig wordt het bier wel izoowat in alle landen gedronken. jDe grootste bierdrinkers zijn de Duitschers, die jaarlijks TB raillioen H.L. bier produceeren. Iedere Duit» t8cher kan 127,3 L. jaarlijks voor zijn rekening nemen. De meeste brouwerijen zijn in Beieren, n.l. 5000 van de 13200. [Ingezonden) Men kent de kwestie. In October '13 had de Raad met 8 tegen 5 stemmen twee kruideniers uit het Armbestuur ge weerd. De armenraad baloorig daarover dreigde in z'n geheel weg te loopen als ze niet herbenoemd werden. Het Dag. Bestuur partij kiezende voor de ontslagen kruideniers, maakte voor twee vacante plaatsen eene voordracht op van 4 winkeliers. Gevolg, weigerings voorstel, dat esfcter roe» 1 «tem.minderheid verworpen werd. Toen s'emmeD, maar nu speelde de minderheid de dwarsfluit en stootte met onverholen minachting de stembus verre van zich. Liever de lucht in dan stemmen. Tweede gevolg, de verjaagde winkeliers herkozen. Het Dag. Bes'uur triomfeerde Maar toch hing er een gedrukte stemming in den zaal, geen woord van waardeering der bewezen diensten of iets dergelijks, zooals bij herverkiezing voor school-, gezondheids- of armencommissie steeds gebruikelijk is, noch voor den eenen, noch voor den anderen. Maar vlug verder, 't was alsof men voelde dat het stemmen -volgens eed en geweien, zonder lastgeving of ruggespraak" zooals de wet zegt, op zijn zachtst geno men. hum, wat zal ik zeggen, zeer rekbaar is. Als het hinkende paard nu maar niet ach'eraan komt, want naar verlu d zijn meerdere Middenstanders voornemens om het Dag. Bestuur, dat zoo zeer zijn principe weet door te drijven, ook voor de gevolgeD verantwoordelijk te stellen en bij de jaarlijfcsche armencollecte den Armenraad beleefd doch dringend naar Burgemeester en Wethouders te verwijzen. Die de lusten heeft moet ook de lasten dragen is hunne leuze. De booze stemming was echter weldra geweken want de heer Slits wilde er een feestje van maken om deD grenspaal, dien Horst weder rechtelijk verwijderd had, op zijn plaats te zetten. Verbeeld je, de Raad in gala rondom den paal, de veldwachters in groot tenue presenteepen het geweer, redevoeringen worden gehouden en terwijl ieder op zijn beurt den weer gevoudeu schat omhelst speelt onze fanfare, -Gij, gij ligt mij aan 't harte." Maar de Voorzitter hield niet van feesten maar prakizeerde er over hoe de dertig gulden die dat zaakje gekost had, weer zonder kleerscheuren zouden zijn binnen te loodsen. -St. Raphael" was n >g steeds boos op den heer Slits, en nu deze blijkbaar maling j heeft aan hare papieren brieven meende r zij niet beter te kunnen doen dan bij den Raad aankloppen. Ook -al boter aan de I galg gesmeerd, want het eenigste gevolg was een reeks van liefelijkheden aan het adres van zekere -groep', die de krant benutte om allerlei grieven en ditjes en datjes te uiten aan het adres van het gemeentebestuur. Maar daar trekken de heeren zich niets van aan, ze nemen nooit notitie van de krant. Waarom komen de klagers zelf niet bij het Bestuur, dat was nog eens iets anders. Maar kan een bes'uur, dat iedere gelegenheid te baat neemt om in besloten vergadering over te gaan, dat aanbestedingen van een boerderij van tienduizend gulden en van honderd school banken van 'n gulden of veertien per stuk, in geheime vergadering -bespreekt", wel openhartigheid eischen. Van de krant neemt men geen notitie, maar toch wordt het krantenverslag te baat genomen om den Voorzitter der Middenstandsvereeniging eene veeg uit de pan te geven en hem in verband met de gaskwestie aan 't verstand te brengen dat ie de kunst van regeeren nog lang niet fiks is. Dit zal natuurlijk voor den Mid denstand een rede zijn te beweren, dat men eerst maar voor eigen deur moet vegen alvorens bij een ander te begionen, want dat er reden te over was om het raadslid, dat zijn collega voor -prulkèl" uitschold, tot de orde te roepen. Van z'n raadsleden beleeft de Midden stand weinig plezier. Gedurende een jaar tijds verzond de M. V. drie rekwesten naar den Raad en heeft al bitter weinig steun van zijo leden genoten. Over de gaskwestie gaf do Voorzitter hun het woord in den mond, dien ze echter wagenwyd dicht hielden, misschien wel eorr-i'- ^vsyj ds aar wakheid van den gasinspe! tor in de publieke pijpeniaai. De keurmeester, boven wien de burge meester z'n beschermende vleugelen spreidde, mag in dienst vrij trammen, dat brengt wel niets in de gemeentekas, maar baalt er toch ook niets uit. Nadat den beeren nog op 't gemoed was gediukt toch asjeblieft niet meer aan te komen om kiosken, vuilniskarren of wie weet wat voor andere uitvindsels, want er is geen geld en zal er wellicht ook nooit zijn, ging de Raad na een zitting van bijna vier en een half uur, in defiige d. i. geheime zitting over. Er wordt gefluisterd dat er het volgend jaar een post op de begrooting komt Hoofdstuk zooveel, post zooveel, -zalf tegen -doorzitten" voor Raadsleden" zooveel gulden. gehouden op 18 Februari 1914. De heer Ant. Litjens, voorzitter, opende de vergadering met den christelijken groet en sprak als openingswoord het volgende: Geachte vergadering, ik heet u allen namens het bestuur hartelijk welkom en dank u voor de trouwe opkomst, voorde belangstelling en oprechte medewerking die gij ons toont niet alleen, maar ook voor het vertrouwen, waarmede gij het bestuur hebt vereerd. Nu ruim een jaar geleden riep ik u toe -victorie! ons de zegen", het anker onzer coöperatie werd gelicht, wij stoomden de haven uit en hoewel aan moeilijkheden blootgesteld, kwamen wij onder de be scherming van Maria, waar het roer aan toevertrouwd is, na een tocht van e!f maanden veilig de haven binnen. Zeer terecht ja»g ik sprekeo van een zegevierende tocht, geachte leden, want verleden zomer heb ik van leden vat) 't Hoofdbestuur der Mijn mogeu hooren dat onze boter gewild is en mee in de voorste rij staat. Dit bewijzen dan ook onze boter- prijzen, de hooge punten op de keuringen en ook do behaalde prijzen op de tentoon stellingen te Sittard en Den Haag. Wij mogen dus terecht met vreugde terug blikken op het eerste jaar en den Hemel danken voor do zegeningen, die Hij over de fabriek liet nederdalen. Ik meen dan ook, geachte leden, dat ik bier wel als tolk van deze vergadering, een woord van dank en hulde mag brengen aan onzen directeur met zijn personeel voor zijn onvermoeide zorg en ijver en die PEEL MAAS Weekblad voor Venray, Horst en omstreken. 1

Peel en Maas | 1914 | | pagina 1