Weekblad voor T en omstreken. Uitgave van Firma W. Van den Munckhof, Venraj. De valsche rijksdaalder. aterdag 27 .Januari 1913 33ste J ai rgang Dit nummer bestaat uit TWEE BLADEN. HULDE aan 0 L.Vrouw van Oostrum Mengelwerk. Huisindustre. No. 4t. Abonnementsprijs per kwartaal voor VENRAY 50 c. franco per post 65 c. voor het buitenland bij vooruitbetaling 85 c. afzonderlijke nummers 4 c. Prijs der Advertentiën 20 c. 5 c. van 1—4 regels elke regel meer letters en vignetten naar plaatsruimte. Advertentiën, 3maal geplaatst, worden 2maal berekend. uit Baringa, H. Congo. o Mary, Queen and Mother We salutu Thee, hail our own, Our love, our Virgin Guardian Our Queen of Oosteroom From ages past dsar Mother Thou hast chosen here to bide And we have learned to love Thee Our Virgin Queen and Pride. By many favours Thou hast proved By miracles Thou hast shown. That Thou hast truly chosen Our village as Thine own. And through those many centuries In sorrows and in cares Thou wert as ever with us To hear and grant our prayers. The chronicles record us Our ancestors have shown Their love, and named Thee Mother And Queen of Oosteroom. And we shall imitate them Then Mother hear our prayers Guard, keep, defend and save us Throughout .ife's joys and cares. o Maria, Koningiü en Moeder Wfi groeten U, wij roepen aan onze eigene Onze liefde, onze Maagd Bewaakster Ooze Koningin van Oostrum. Sedert eeuwen, dierbare Moeder, Hebt gij verkozen hier te verblijden En we hebben geleerd U te beminnen Onze Maagd koningin en troost. Door vele gunsten hebt gy bewezen Door wonderen hebt gij aangetoont Dat gy inderdaad hebt uitverkoren Ons dorp als het Uwe. En door deze vele eeuwen In smarten vreugden en zorgeB Waart gij als altijd met ons Om onze gebeden aan te hooren en te vervullen. Do chronieke verhalen Onze voorzaten hebben gehoord Hunne liefde en noemen U Moeder En Koningin van Oostrum. En wij zullen U navolgen Hoor dan Moeder onze beden Bewaak, behoud, verdedig en red ons Gedurende 's levens vreugd en smarten. De vriendelijke lezer zal zich nog herinneren, dat wij in de dagen van de hernieuwing der H. Missie ge legenheid hadden giften aan dit Blad op te zenden voor de arme Missie van Father Victor van Haeren te Baringa, Ha .te Congo-Belge. In dank zenden ons nu deze Missionaris m zijn engels in confrater Father Duggan bovenstaande poeëtische ooezeming. Wij geven onmiddel- onder dit Engelscb gedicht de ^rlijke, Nederlandsche vertaling. Vie iets meer over de vier missie- es in den belgischen Congo n wil (r.l. Lulanga, Bokakata, open J hoogst belangrijke kerstnummer van de mooie «Annalen van het Missie huis te Roosendaal", XXII jg. afl. 9, gewijd aan de Congo missie. Wij vinden daarin het portret van den Z.E. Overste F. Oomen, (bladz. 103] van wien we in dit blad melding maakten; een bezoek aan een opper hoofd door den dichter van deze Mariahulde, Fath. J. Duggan (bladz, 105); een zeer interessante kaart van de vier staties; een korte beschrijving van de Baringa missie aan de Ma- ringarivior door Fath. V. van Haeren alsmede hem zelf onder zijn jongens en zijn woning in beeld. Lulanga en Baringa zijn respectie velijk het begin en de eindpost der vier missiestaties, tusschen beiden in liggen Bokakata en Basankusu. Om een denkbeeld te geven van de afstanden aiene, dat, als men te Lulanga van wal steekt met een boot met 20 roeiers, die 12 uren per- dag roeien, men na 10 dagen te Baringa is. De Congo-missie heeft onze be langstelling noodig. Daar moet in de naaste toekomst met alle kracht gewerkt worden. De Congo-neger is niet conservatief; hij heeft geen duide lijk omlijnden godsdienst, waaraan hij hardnekkig vasthoudt, zooals verschillende stammen in Azië.. Hij is in een staat van overgang, en wij, Katholieken, moeten doen wat wij kunnen, om dien overgang iD goede richting te keeren. Daar wordt hard gewerkt, onge- '\ujfeld. Ondanks het ongezonde klimaat hebben verschillende missie congregaties en kloosterorden een deel van het bekeeringswerk op zich genomen. Men vindt er de Witte Paters en de missionarissen van Scheut, de priesters van het H. Hart en de Paters van den H. Geest, de Jesuieten, Redemptoristen en Benedictijnen, de Trappisten van Westmalle, de Norbertijnen van Tongerloo en de missionarissen van Mill-Hilldaarenboven verschillende congregaties van missiezusters en broeders. Maar ook in het vijandelijke kamp heeft men niot stil gezeten. Talrijke, goed betaalde zendelingen van allerlei secten zijn er binnenge drongen en trachten er aanhangers te winnen; en zelfs de vrijmetselaars loge doet er haren onzaligen invloed gevoelen. En dan de beschaving, welke voor den neger ook altijd hare keerzijde heeft. Vooral thans, nu ook Duitsch- land grondgebied heeft gekregen, dat op twee plaatsen aan den Belgischen Congo grenst nu van Duitsche zijde stappen worden gedaan tot inrichting van een motorboot dienst op de Congo rivier vooral thans zal de neger meer met beschaving in aanraking komen en hiervan den invloed ondergaan. En om dien invloed ten goede te keeren, moeten wijzorgen, dat een der eerste blanken waarmede de neger in aanraking komt, de Katholieke missionaris zij. De Belgische regeering heeft een oog voor het goede, dat de werkt hen niet tegi i. Laten we daarom de handen ut den mouw steken, terwijl het nog lag is: want mocht de linkerzijde aan het bewind komen, de heftige Conijodebatten in de Belgische Kamei heiben bewezen wat de Katholieke missiën van haar te verwachten hebben. Hun, die voor de,3 missie iets willen bijdragen, zoud'n wij vooral willen wijzen op twé dringende behoeften, waarvan d) volgende brieven spreken: sleerm misaiege» bouwen en meer Catecbsten. Met dankbaarheid moeten wij melden, dat het gel benoodigd voor den aankoop vai een motor» bootje, bijeen is. Wij sluiten ook h ir met de woorden van Fath. vai Haeren' op bladz. 118 »Met Godshulp en den bijstand onzer weldoen» s hopen wij op verderen voortgang.' het strippen van tabak. ackusu 'en Baringa) leze het missionarissen tot stand brengen en Door de Di-ectie var, den Arbeid is als no. 7 harer ui javen dezer dagen gepubliceerd het ^erste deel van «Onderzoekisg,:.. dc toe - standen in de Nederlanische Huis» industrie. In dit deel wo-den behan« deld de bedrijven, die zich bezig houden met de bereiding van genot» en voedingsmiddelen. Het onderzoek heeft zich over de geheele huisindus» trie uitgestrekt. In het geheel heeft het onderzoek zich uitgestrekt over circa 18,000 gezinnen. Na eenige beschouwingen over de huisindustrie in hetalgemeen worden achtereenvolgens de volgende bedrij» ven behandeld Erwten en boonenlezen en moeder»» koren zoeken; koffie verlezen; rijst en cacaoboonen uitzoeken: het be» werken van groenten; het uitjes schillen; tabak en sigaren; het ver» pakken van suikerwerk, en saccha» rinetabletten, bet garnalenpellen. Aan de hand van een groote hoe» veelheid cijfermateriaal wordt van bijna ieder bedrijf aangetoond, dat aan de huisindustrie eigen zijn: lage loonen, lange werkdagen en kinder» arbeid, in vele gevallen ook over» matige arbeid van de huisvrouw met als gevolg verwaarloozing van het gezin. Speciaal voor de bereiding van voedingsmiddelen valt bovendien het licht op de onsmakelijke en voor de gezondheid der verbruikers niet altijd onschadelijke werkwijze. Tabak en sigaren, groenten en erwten, suikergoed en garnalen worden dikwerf bewerkt in een om» geving, die daarvoor allerminst ge« schikt is. Het allerbeklagenswaardigste lot van honderden kinderen, die hun jeugd vergald zien door eindloos erwtenlezen, tabakstrippen of gar» nalenpellen vult wel de zwartste bladzijden uit dit toch al sombere boek. Daarnaast verschijnen uitvoerige mededeelingen over een groot aantal arme oudjes, die hun levensavond in een moeilijken strijd tegen broodsge« brek doorbrengen met het lezen van erwten, het pellen van garnalen of Mijnheer van Walen, een deftig Amster dammer, kwam thuis in een allesbehalve pleizierige stemming hij had bemerkt dat ze hem een valschen rijksdaalder in de haod hadden gestopt hij wist zelf niet waar was een gemeen stuk lood, maar zoo mooi nagemaakt dat je 't waarachtig voor 'n eebten rijksdaalder zou houden. Misschien bad hij het al lang in den zak zonder het te weten. Wat scheelt eraan, vroeg mevrouw van Walen, toen ze zag, dat hij zoo leelijk keek. Niets zei hij, want hij kende zijn wederhelft. Niets Waarom kijk je dan zoo Ik zal 't je zeggen, ik heb een ongeluk gehad. Je hebt zeker weer je parapluie laten staan Neen, ik heb niets laten staan. Ver beeld je, ik weet zelf niet hoe 't gekomen is. Dan hebben ze je portemonnaie gerold? Neen vrouwtje, ze hebben me valsch geiri ui tianden gesiopi. Valsch geld, en je bent onnoozel genoeg geweest dat aan te nemeo Hoeveel was 't Misschien wel een gulden Neen, zei van Walen. Een rijksdaalder soms Ja, een rijksdaalder. Heb ik het niet gedacht Een rijks daalder. Schaam je je niet, op jouw leefiyd, datje je eigen beet laat nemen als een kind. Laat eens kijken. Van Walen gaf het geldstuk aan zijn echtgenoote. Twee gulden vijftig weggegooid, riep mevrouw. Wat ben je toch een lomperd, je kan zien en voelen, dat dat stuk van lood is. Wat ga je er nu mee doen Ik zal *t maar weggooien. Weggooien, 't zit er nogal aan bij ons. om een rijksdaalder weg te gooienik heb een nieuwen hoed noodig en Marietje moet een paar laarsjes hebben. Wat moet ik er dan mee doen Het laten wisselen, ze hebben het jou immers ook in handen gestopt. Maar je mag geen valsch geld uitgeven Dat weet ik ook wel maar je moet maar zien, dat ze je niet snappen als je 't een beetje handig aanlegt, raak je dien rijksdaalder gemakkelijk kwyt. Ja. dat is waar en ik zie niet in, waarom ik er schade bij zou moeten lijden. Wacht, ik zal de meid wat sigaren laten halen. Treesje, riep Mevrouw van Walen. Treesje kwam binnen. Hier is een rijksdaalder, zei mijnheer van Walen ga hier op den hoek 10 sigaren halen van vijf cent. Het meisje keek hem verwonderd aan. Mijnheeftme nog nooit naar een sigarenwinkel gestuurd, zei ze. Geen praatjes. Doe maar wat je gezegd wordt. Brommend ging de meid heen, maar na vijf minuten kwam ze terug ze was woedend. Ze hebben me je rijksdaalder geweigerd, riep ze, die is van lood. Van lood riep van Walen, onmoge lijk. Van lood, herhaalde mevrouw. Is dat dezelfde wel, dien myn man je gegeven heeft Ja zeker, ik heb geen andere. Denk je dat ik voor een dievegge wil worden aangezien Let een beetje op je woorden, riep van Walen. En ik wil niet met de politie in aanra. j king komen wegens uitgifte van valsch geld. Wisselje valsche rijksdaalders voor aan maar zelf, snauwde Treesje. Wat een onbeschaamdheid, riep me vrouw. Denk je soms dat ik wist dat de rijksr daalder valsch was vroeg mijnheer. Ja zeker, daarom heb je mij sigaren laten halen, wat ik anders nooit hoef te doen. Ik zeg je dan den dienst op, zei mevrouw van Walen, over acht dagen kun je vertrekken. Dan zal ik direct wel gaan mevrouw, ik heb hier genoeg vin. Zij ging de kamer uit en smeet de deur met een slag dicht. Zeg eens pa, waarom hebt u de meid een valschen rijksdaalder gegeven vroeg de kleine Willem, die het gesprek had afgeluisterd. Daarom, zei pa, en gaf den jongen een oorvijg, die klonk als een klok. Zoo zal je die onbeschaamde vragen wel afleeren, voegde mama erbij. Wim zette een keel op alsof hij levend gevild werd en de familie ging aan tafel. Wat denk je nu te doen vroeg me vrouw aan haar man. Ik ga straks even uitloopen. In den donkeren zal ik het stuk wel gewisseld krijgen. Het diner verliep in stilte alleen zat Wim tusschenbeide nog te snikken. Wil je nog een draai om je ooren hebben vroeg papa maar de jongen gaf geeu antwoord. Na tafel nam mynheer van WaleB zijn wandelstok en ging de straat op. 't Was al donker voor een café op het Leidsche plein giDg hy aan een tafeltje zitten in een donker hoekje en bestelde een glas bier. Houd maar twintig centen af, zei hij tegen den kellner, terwijl hij hem den valschen rijksdaalder gaf. De kellner grabbelde in zijn tasch, maar hij had geen kleiD geld om terug te 2even en ging aan 't buffet wisselen. Hij kwam spoedig terug en zei Die rijksdaalder die u mij gegeven hebt deugt niet. Wilt u mij voor den gek houden Mynheer van Walen betuigde zijn onschuld hij wist er niets van. Hij betaalde twee dubbeltjes en ging heen, wantrouwig nagekeken door den kellner en de gasten van de naburige tafeltjes. 't Was betrokken lucht en er vielen enkele druppeltjes regen. Van Walen wenkte een koetsier en liet zich naar het Damrak brengen. Op het donkerste ge deelte achter de Beurs stapte hij uit en stopte den koetsier den rijksdaalder in de hand. Hou maar af, zei hij. De koetsier betastte het stuk. Dat is een looden lap, riep hij, ouwe schobbejak. Bedaard, bedaard, zei mijnheer van Walen met veel waardigheid. Bedaard. Met een valschen munter riep de koetsier. Wacht maar. ik zal je naar het bureau brengen. Van Walen betaalde een gulden en trok er gauw van door, jvaüt de koetsier begon hoe langer hoe harder te roepen en enkele voorbijgangers bleven al stilstaan. In het gewoel op den Dam kwam de ongeluksvogel weer tot bedaren vastbe raden sloeg hij de Kalverstraat in met haar vele koffiehuizen overal dronk hij bier, koffie, klare of cognac, maar nergens wilden ze zijn rijksdaalder wisse len. Teleurgesteld besloot van Wa. m maar weer naar buis te gaan, 't was bij tweëen, en hij had al 8 gulden 75 centerteerd. In den gang kwam de vrouw hem tege moet. Een mooie tijd om thuis te komen voor een huisvader, 's nachts om twee uren. Mijnheer van Walen ve.telde zijn avonturen, een verhaal dat herhaaldelijk onderbroken werd door de toornige uit vallen zyner vrouw. 1 EEL MAAS

Peel en Maas | 1912 | | pagina 1