Uitgever
Munckhof, Venray,
Volksontwikkeling.
Zaterdag 24 Juli 1909.
SOöto .Taargang
No. 30
De tragedie van Deepville.
Abonnementsprijs per kwartaal
50 c.
65 c.
85 c.
voor Venray
franco per post
voor het buitenland by vooruitbetaling
afzonderlijke nummers
o c.
MAAS
Prijs der Advertentiën:
van 1 4 regels
élke regel meer
letters en vignetten naar plaatsruimte.
Advertentiën, 3maal geplaatst worden 2maal berekend.
20 c.
5 c.
Onder Volksontwikkeling verstaan
wij, met Pr. Hitze, de bewuste
harmonische ontwikkeliug van de
geestelijke vermogens van ons
volk, en vooral van deze drie
gemoed, versland en wil".
Wij willen liet vorstand ontwik
kelen, dat wil niet zeggen veel
feitenkennis bijbrengen, maar het
doen rijpen van een helder inzichl
in het gebeuren der dingen in het
verleden, om zoo tot beter begrip
Ie doen komen van hetgeen tegen
woordig om ons heen voorvalt.
Wij willen de ontwikkeling van
het gemoed. Liefde willen wij
wekken en sympathie voor alles,
wat waarlijk onze belangstelling
verdient. Wij moeten n:et ondergaan
in het alledaagsche gedoe Omhoog
het hoofd, naar den Hemel, tot
God Omhoog het hart, naar al
wat'edel is en schoon
En ook de wil moet ontwikkeld
worden. Id onzen tijd hebben we
noodig mannen van karakter en
mannen van stavast, mannen, die
weten wat zij wjllen, en die willen
wat zij weten. De karakters moeten
gestaald worden, arbeider, midden
stander en landbouwer moeten be
wust worden van hun menschwaar-
digheid. Menschen- adel en standseer
zijn niet het deel enkel van eenige
rijken. Geen hoogmoed willen wij,
maar zelfgevoel geen trotschheid,
maar bewustwording van de eigen
waardigheid. De eerlijke arbeid van
werkman en patroon, van handelaar
en industrieel, moet tot steeds
hooger eere worden gebracht.
Die ontwikkeling moet harmonisch
zijn. Niet enkel het koel berekenende
verstand moet ons leidon, een heilig
enthousiasme moet ons bezielen.
Maar het warm kloppend hart moet
Mengelwerk.
De baas uit „De Ploeg en de Sikkel'
stond in de deur zijner oude herberg en
zag met vijandelijke blikken naar he
nieuw gebouw, dat hem zoovele siapelooze
nachten hadden bezorgd, namelijk het
„Deepville Hotel."
Het is schande, mompelde hij, sedert
dit fijne hotel met zijn moderne inrichtin
gen ontstond, is een hard werkend, eer
lijk man, zooats ik, overbodig geworden.
Ik kon evengoed mijn zaak opgeven en
mij een andere broodwinning zoeken.
Zie daar komt weer een rijtuig met
toeristen. Dat is nu reeds het derde ge
zelschap, dat vandaag mijn deur voorbij
gaat en zijn intrek neemt in het nieuwe
hotel. Dat is onmogelijk uit te houden.
En de spreker keerde zich om en ging
zijn woning binnen. Een oogenblik later
evenwel kwam hij terug buiten, nog steeds
in zichzelven mompelend.
De zon was op het punt te verdwijnen
achter de hoogten van het „Deepville
Hotel" had men reeds het licht aangestoken
toen de misnoegde herbergsbaas getuige
was van een merkwaardig Feit, dat voor
zijn oogen gebeurde.
Twee mannen die er uitzagen als
toeristen, kwamen de straat afgewandeld
oogenschijnlijk zoekend naar nachtverblijf.
Hun oog viel natuurlijk eerst op het Deep
ville Hotelzij bleven voor het gebouw
staan en beraadslaagden.
Een van hen, een groot, breedgeschou-
weer niet te sterk het bloei ons naar
t hoofd doen stijgen en ons kalm
redeneeren belemmeren. Doch voor-!
uit, bewust van wat ze willen, en
vo„ral hiervan dal wat wij willen
goed is.
Waarom is dio Volksontwikkeling
noodig
Zij is vooreerst in 't belang dei-
der Sociale Hervormingen. Er wordt
in alle landen geklaagd dat de
sociale wetten zoo traag tot stand
komen. En ten rechte. Maar welk
gebruik maken wij van de reeds be
staande sociale wetten In alle
landen klagen de arbeidsinspecteurs
over de weinige medewerking, welke
zij hij de naleving der ai heidswetlen
van de werklieden ondervinden.
Tot de Ilooge Raad art. 1401
B. W. ontzielde, was langs civiel»
rechtelijken weg de bestrijding van
vele vormen van oneerlijke concur
rentie mogelijk, indien cïe midden
standers de handen maar ineen
hadden w illen slaan. Maar zij deden
het niet.
Ei bestaan fabrieken, waar op
last van de arbeidsinspectie, gezoml-
heidsinrichtingnn door de werkgevers
zijn aangebracht. Maar de arbeiders
maken er geen gebruik van. En onze
vakorganisaties Men maakt zich
druk over de vraag Katholiek of
gemengd-christelijk Maar onder
wijl blijven 90 pCt. totaal buiten alle
vakorganisatie staan.
En men klaagt, klaagt, klaagt en
doet niets of weinig.
't Is of or totaal geen fut bij de
lui in zit Wij moeten leeren de
handen uit de mouwen te steken, de
zaken flink aan te pakken en met
vasten stap te treden recht naar 't
juist geweten doel. Dien Jan Salie-
geest moet verdreven worden, die
laksheid, dat gemis aan inzicht zelfs
in de eigen positie en de eigen be
langen, moeten bestreden worden
derd man, wendde zich plotseling om en
wees op het schild boven de deur van
„De Ploeg en de Sikkel." Nu volgde een
korte aanspraak, waarop beide reizigers
de onaanzienlijke herberg naderden.
Dat was zoo buitengewoon, dat de
waard, Esras Clibborn, bijna omviel van
verbazing.
Kon hij zijn oogen gelooven V Waren
deze twee welgekleede heeren werkelijk
zijn gehaten concurrent voorbijgegaan, om
„De Ploeg en de Sikkel" met hun tegen
woordigheid te vereeren
Zoo was het werkelijk gelegen.
Clibborn deed poging om kalm tc schij
nen en ontving zijne gasten met een glim
lach.
Wij willen den nacht hier doorbron-
gen, zei de oudste der twee. Wij verlangen
een avondmaal en een kamer met twee
bedden, benevens een ontbijt morgenvroeg.
.Met het grootste genoegen, heeren,
zei de waard en hij bracht zijn gasten in
een lage kamer, de beste van heel het
huis.
Ha, uitstekend, juist, zooals ik ver
wachtte, zei dc man, die het woord voerde.
Alles draagt hier den stempel van vroeger
dagen en zijn doordringende oogen onder
zochten dc kamer.
Licht en verlichtingstoestcllen, zooals
men ze voor een eeuw gebruikte, en even
eerbiedwaardige meubelen. Bij deze woor
den wierp hij zijn valies in een hoek
en liet zich op zijn stoel vallen.
Zijn gezel, een slank, jong man, met
dichte lokken cn treurigen blik, had ins
gelijks plaats genomen cn begon een
sigaret te rooken.
De waard was bij de deur blijven staan
om te vernemen wat de gasten wensehten
door gestadige, harmor.i-che ontwik-
keling van geest, hart ei wil. Zonder
degelijke en breede volksontwikke
ling baten sociale actie noch scciaie
wetgeving.
Volksontwikkeling i vervolgens
noodig voor de volkswelvaart.
Twee boereu werken onder gelijke
omstandigheden van grond en gezin,
en de een wordt welvaren 1, de andere
arm. Waarom? De <vn is bij de
pinken, tamelijk ontwikkeld hij
weet zijn weetje. Hij lo eft de nieuw
ste werktuigen aangewend, rationeels
kunstbemesting toegepa it, deugde
lijk voer aan zijn vee gegeven. En't
ging hem goed
I)o ander scheen nooit recht
wakker, hij kon 't op zijn sloffen wel
af. Zoo zijn vader deed, en zijn
grootvader, en zijn overgrootvader
zoo deed ook hij. Van nieuwigheden
moest hij niets hebben, omdathij
er niets van afwist.
En 't gevolg, men iian het zoo
vaak zfen.
Neem twee winkeliers De een, 'n
pintere kerel, i3 er altijd als de
kippon bij, als er wa- .-verdienen
valt. Hij gaat mee me /yn tijd. Is
niet bang öm een du'öuf-ïijts'An gtfade
reclame te besteden, als hij vermoedt
er een kwartje voor terug te krijgen.
Hij heeft zich een flinke kennis van
zijn vak eigen gemaakt en zeil eenige
algemeene ontwikkeling, waardoor
hij aardig weet te praten. Hij boudt
goed boek en berekent precies wat
hij op elk artikel verdient. Tenzij
ziekte of tegenspoed hem treft, komt
die man er, en wordt een gezeten
burger.
En zijn buurman, met eenzelfde
zaak, slaat ten slotte failliet. Een
man zonder fut, zonder kennis, zon
der begrip van zijr, tijd en zijn zaak.
Hij denkt dat de menschen wel in
zijn winkel zullen kom n, net als ze
bij zijn vader zaliger, die nog weinig
voor het avondmaal.
Geef ons maar wat gij hebt, blonk
hel antwoord, koud gevogelte, liefst met
een flcsch wijn.
De waard ging heen cn kwam korten
tijd later lerug met het gevraagde en niet
het vreemdelingenboek.
De oudste heer schoof het boek naar
zijn gezel.
Mijn neef, Richard Hallet zal onze namen
inschrijven. Mijn naam is Ralph Burman.
De jonge man schreef dc namen in het
boek en gaf het terug aan den waard, die
daarop de kamer verliet.
Zoo... ik heet Hallet Richard
Mallet waarom vroeg do jonge man fluiste
rend.
Spreek niet zoo luide, bij den duivel.
Deze oude huizen zijn vol geheime deuren
en kijkgaten.
Zwijgend werd de maaltijd verorberd,
waarop Burman zei
Wees nu voorzichtig. Ik zal praten
met den baas. Gij weet waarom.
De andere haalde dc schouders op,
maar gaf geen antwoord. Burman belde,
en de waard trad le voorschijn om de
tafel af tc nemen.
Nog een flcsch wijn. geachte waard
cn gij zult ons genoegen doen. indien gij
een glaasje met ons wilt drinken.
Eenige minuten later zaten de drie
mannen aan tafel te rooken, te drinken cn
te praten.
Ja. zei Burman, als antwoord op
een aanmerking van den baas er zijn
'zooals gij zegt, vi el schoonc plaatsen in
den omtrek van deze oude stad. Daar
hebt gij namelijk dat zonderling oud huis
tusschen de boo men, aan dc overzijde
der rivier.
concurrentie had, gekomen zijn.
Van boekhouden weet hij niet», en
leeft uit de la. En 's avonds zit hij in
de café en drinkt daar meer biertjes
dan voor zijne hersens en beurs wel
goed is. Een bra^e man, maar die
eiken dag een stap nader doet lot
zijn ondergang, gevolg zijner geringe
ontwikkeling van verstand, gemoed
en wil.
En bij de werklui ziet men precies
't zelfde. Do een, een flinke kerel,
die schik in zijn werk heeft, en
maling aan 't eeuwig gemopper der
andt?ren, heeft zich kennis van zijn
vak eigen gemaakt, en weet er ten
slotte meer van dan zijn baas. Met
hart en ziel legt hij zich toe op zijn
werk, leest thuis met plezier zijn
krant, volgt de politiek, is een stevig
lid zijner vereeniging, kan een borrel
laten staan, en is gelukkig met zijn
vrouw, die trotsch is op haar kra-
nigen man.
En een ander is te lui, om uit zijn
oogen te kijken, te dom, om zijn
werk naar behooren te vervullen, te
loom om flink aan deu gang te gaan.
Den halve tijd een pijpje opsteken,
en dan van haast je maar langzaam,
g\Murig Op lijh iiutiuge kijken of i»Cl
nog niet haast middag of avond is,
en in de café's vindt men dat soort
het meest, waar ze tevens ook met
hun leuterpraat het grootste gelijk
moeten hebben.
Welke verschillen
Inderdaad, volksontwikkeling is
noodig in eiken stand, willen wij
hebben een vol, rijk, gelukkig leven.
Maar noodig is die volksontwik
keling ook in 't belang van gods
dienst en zedelijkheid. Hoe vele
katholieken staan met een mondvol
tanden, als ze in de fabriek, of werk
plaats, of winkel eens aanvallen
hooien op hun geloof. Vraag eens
aan onze geestelijken, welke diep*
treurige ervaringen zij vaak opdoen
De waard lachte.
Gij zult zeker het huis niet "van
dichtbij hebben gezien, anders zoudt gij
niet zeggen, dat het schoon is, zei hij.
Neen wij zagen het skchls van den
top der hoogte. Maar hoe ziet het er uil
wanneer men het van dichtbij ziet
-- Sedert vele jaren is het geheel ver
waarloosd. Ai de vensters zijn min of meer
gebroken en sommigen zijn zelfs loege-
spijkerd antwoordde de baas niet minach
ting.
Gij verbaast mij zei Burman. Is het
huis dan onbewoond
Neen het huis is niet heelemaa! onbe
woond, maar er woont slechts een man
alleen.
Wat? een man alleen in dat groote
huis. Maar hij heeft toch wel dienstboden
Neen hij woont geheel alleen.
Die man moet zinneloos zijn.
Erger, het is een gierigaard, ant
woordde de waard
Hola.
Ja een gierigaard met .meer geld
dan eenig ander bewoner onzer stad, den
burgemeester meegerekend. Het eenige
wat hij met zijn geld doet is het tellen en
het nogmaals, nogmaals tellen.
Een kleine bengel klauterde op zekeren
dag op een boom nabij het huis en zag
den ouden Shvlok, zoo noemen wij
hem hier, in een zijner kamers zitten
en groote stapels goud tellen.
Kom dat is interessant. Dat herin
nert mij aan Caspar in Cloches de Corne-
ville zei Burman. Na een korte pauze
ging hij voortEn is die man, die Shylock
zooals gij hem noemt altijd een gierigaard
geweest
Dat weet ik niet zeker, antwoordde
wanneer ze jonge paartjes, dio
trouwen gaan, een klein examentje
afnemen.
De socialisten zeggen wel eens: ho«
dommer, hoe vromer, maar dit is
onwaar. Wie dal zeggen, kennen of
de domheid, of de vroomheid niet
Niemand minder dan onze H.
V ader Pius X heeft gezegd «Hel is
niet waar dat de vorderingen der
wetenschap het geloof verstikken,
maar veeleer de onwetendheid;
daardoor komt het, dat waar groo»
tere onwetendheid heerscht ook het
ongeloof groolore verwoestingen aan»
richt."
Ieder dio uit zijn oogen heelt ge»
keken, in eigen kring weet dit, In»
dien een katholiek zijn geloof verliest
dan is dat in den regel of uit hoog»
moed, of uit domheid. Bij het laat»
ste geval zal dit het meeste voor»
komen.
Beschaving en godsdienst gaan
hand in hand. Een volk, waarbij het
christendom verloren gaat, gaat
langzaam maar zeker in beschaving
terug. En omgekeerd.
Ziedaar, waai om volksontwikke»
ling noodig is als brood in de kast.
Hoe naar te bevorderen
Daar zijn zoovele middelen. Eeni»
ge willen we slechts kort aanstippen.-
1. De leeslust moet bij het volk
opgewekt worden. Vele menschen
lezen graag, maar wat ze lezen,
heeft zoo bitter weinig om 't lijf. Ze
lezen een locaal krantje, waarin al
't pietluttigs, dat in 't plaatsje voor»
valt, staat vermeld, benevens allo
ongelukken in onbekende buiten»
landsche dorpjes, kolommen vol
advertentiën, speciaal over kwak»
zal versmiddelen. Zoodanige leeslust
doet niet veel bij tot volksontwikke»
ling. Verkeerder nog is 't, wanneer
de leeslust zich werpt op volstrekt
niet onzedelijkeromanlectuur.
2. Door volksbibliotheken, wordt
dc waard hij woont hier sedert 14 jaar.
Het huis waarin hij woont en het bijbe-
hoorend land, werden hem bij testament
achtergelaten door den vroegeren eigenaar
een verren bloedverwant van hem.
Tijdens heel deze samenspraak had de
jengeling zitten luisteren en rooken. terwijl
een eigennaardigen glimlach om zijn lippen
speelde.
Ten slotte stond Burman op, nam zijn
valies en verzocht den waard hem den
weg tc wijzen naar de slaapkamer. Clib
born bracht zijn gasten naar een kamer
met twee bedden, wenschtc hun goeden
nacht en ging heen.
Nauwelijks was het gerucht der voet
stappen van den baas weggestorven of
Burman sloot de deur en begon vroolijk
te fluiten.
Zijn kameraad daarentegen zat stil cn
in gedachten bij het venster verzonken cn
en staarde droomend naar dc juist opko
mende maan.
Wat is er Tim vroeg Burman
ongeduldig.
Ik weet niet, maar ik heb een voor
gevoel, dat er ons dezen avond een onge
luk zal gebeuren.
Onnoozelc wij hebben nooit voor
een gemakkelijker werk gestaan Wij heb-
hen slechts een half uurtje weg af tc leggen
om een massa geld te bereiken, dat be
waakt wordt door een oud, kinderloos
man.
Stel u gerust en help mij dc toebereid
selen tot ons bezoek bij den ouden Shy
lock maken.
De jonge man stond met een zucht op
cn opende het valies. Hij haalde er een
aantal glimmende, ijzeren gereedschappen