Uitgever Vau din Munckhof, Venray. Rondom Kerstmis. De kleine Giacomino. Zaterdag1 21 December 1907. mm '3 0ste «Jaargang*. No. 51. A rbeidsstatistiekt Mengel werk irnitbntalinfe Abonnemen-tsprirs per kwartaal Pr ij der Ad verfentiën 20 c. 5 c. I. Laatste Zondag van Advent. den Weer verging in het kerkelijke jaar de' heerlijke tijd van voorbe reiding tot 's Heeren komst de Advent. De stemme der innigste opwek king liep het zoo rusteloos, zoo dringend^ zoo onweerstaanbaar «Bereidt don weg dos Hoeren Effent hel pad tol uwe harten Neemt weg wat don ingang tot uwe zielen zou bemoeilijken ecce ven/ l et non lardabil, ziet altijd haastor, altjjd dichter, komt IIij "en zal Hij niet loeven." Trillingen van vreugde sidderden in de ziel der Kerke, als zij dacht aan het heil, dat haar zou geschonken woV'den in Christus. Rijkdommen van genade, van beleving, van zege ning, van vei^iefing, van heiliging voert Hij, des Vaders eeuwige Zoon met Zich. En waar Hij in Zijn komen de zielen harer kinderen zou raken, zoudon die kinderen ontvangen zuivering, heiliging, verheffing. Hoe die Kerke zich voorbereidde op Christus' komst Daar zet. zich moede de nachte lijke reiziger neder op zijn afmatten- den weg. De duisternis bemoeilijkte den gang en de eentoonigheid van dat omringend zwart maakt atmat- tender den naargeestigen weg. Dan slaat de moede looper vol verlangen den blik naar het Ooaten, waar het herstellend, belevend licht zijn op- wokkenden gloed het eerst zal toonen En als dan het eerste grauwen aan don verren horizon het oentoonig zwart verbreekt, dan is het of de last des wandelaars verlicht, zijn leed verminderd wordt, En naar mate dö lichtstreep breeder, de lichtgloed sterker worden, dalen bemoediging, herleving, verkwik king in dien wandelaar. En als dat goud der zonne in keurigen overvloed de duisternis verjaagt; als warmte en licht in altijd oreeder rijkdom do luchten door tintelen, dan ook worden rijker in de ziel des wandelaars hernieuwing, bemoediging - en krachtMet het toenemen in kracht van der zonne licht en gloed, groeit ook de vreugde in zijn hart, totdat hij in nieuwe opgewektheid zijn weg vervolgt. Is dat niet de vreugde der Kerk Ziet, in de verre verte ontwaart zij het eerste grauwen van den beloofden dag Komt, kinderen, zoo roept zij vol van de blijdste vooruitzichten Komt en aanbidt den Koningdie komen zal! O God, too bidt zij in sidderend verlangen, verwek uto, macht en hom Bevrijd ons van den nacht der zonden Maar breeder en sterker wordt het licht, dat aan den gindschen hemel het somber grauw verjaagt. En sidd'ëremd van vreiigde voelt zij de aanstaande komst van het volle licht«Ziet kinderen, zoo roept zij, de Heer is nabij, o aanbidden wij Hem Aanbidden wij Hem En dringender wordt de lede van hóarjfenis, die God u beo verlangens Neig toch u/o oor, o Heerlot onze smeekingen en verjaag door uwe komst, ook de laatste duisternis onzer geesten En als al^bteedcr dé gulden glued zich ontwikkelt; als aan de uiterste grenzen het eeiste goud de blijde zonne meldt, dan roept zij in sidde rende; in geestdriftige bemoediging haren kinderen toe Nu, nu zult gij welen, dat de volheid des lichts zal «oor zijnen dienaar, dat de li »or en in zal Arm menschrnhaitin do. onthef fing uwer sehu'd z 1 u jubelende blijheid geschonken w.dd. n,- zal alle oorzaak van on-vroile -.worden weg genomen van u, zal hemelrust u ver vullen en verheffen. Zöti, zoo zult gij weten, dat tie Heer z fik omen Etriianc vidcbiUs glè ■iam ejus.... En -morgen zuil gt Zijne glorie aanschouwen De gl'o ie Zijner lirdo.glorie komen on aanstonds, annstonds zuU' ZyIU,r mt.dcdeo|zaa nbijI, de glorie gij zijn volle glansen zien. i Zijner kracht, do - io. ie 'zijner E'1 jn vervoering hmt z.J met j verheffing, de glorie zij .er heiliging hare kimloteu. o God tl'1 J'"< idat aijC8 zaj u geschoi iten*worden, terwij! de toestand plaatselijk zeer 1,100 <»'■- 1 Vie "4* i ajg jj neoiknioit in bh"de ver»ach- verschillend was in kunstboterfa» wachltng van de komst (Jws Loons,\ wij vcrw ringen om Hem te begroeien als onze •richten Hem in bigde«id.le-'nS 0D ln »el«n 1Ieln binnenvoert door het I Sacramen' trio hohuorend i bedrijfsttkkoti «"er vrij aigemeen vernioordering van werkzaam bed en waargen omen lu de bedrijven van schoon en zadelmakers was de locs1 and plat selijk zeer verschillend, hier druk elders slap. De toestand in het bak kerslied i ij wordt, bcheersoht door den hoogen prijs van het meel, waarmede de broodprijzen gvor het algemeen nog i-iet in overeenstemming zijn ge* bracht. Seizoenslapte doe.I zich gevoelen in het veldbed rij/ en ia bierbrouwer rijen en mineraal watér fabrieken, VerlosserDe lieer zal komen Kinderen, gaai Hem tegemoel, en zeg het Hem -, Gij zijl bel groot Begin. Daar is geen einde aan Vio rijk Godt Sterke, Ilcerschcroorsprong des vredes A lleluja Principium pacis. Oorsprong des vredes. Juist dat is de verklaring dor jubelende Kerst-vreugde, die in stijgende vervoering trilt door 's menschen ziel. Principium pacis. Oorsprong des vredes. O zeker, vrede zal Christus brengen in de samenleving en hare ontroerde doelen; vrede, in dat warrelend spel der persoonlijke belangen, vrede in de groote begin» selen eener rustige, geordende maat schappij, vrede, door de macht terug te dringen binnen de redelijke grenzen van een rechtvaardig ge bruik, door de onderdanigheid te leiden op wegen eener redelijke in schikkelijkheid; vrede vooral door' af te trekken au hetgeen vergaat en te wijzen op heigeen blijft in eeuwigheid; rede, niet zopals de monsch dieri naakt door een penne- kras op het papier, maar zooals alleen een God die werken kan door Zijn invloed op de haiton. Principium pacis. Oorsprong des vredes. O vooral voor U, nwfaschenh&rt, brengt het Christus-kind vrede'door zijn hervonnenden invloed. Vandaag in deze dagen vóór het groote feest op Woensdag, zult gij welen dal de Heer zal komen, Zeker gij zult dat weten, als gij u neerzet in strengste ingetogenheid om te onderzoeken, wat gij misdeedt legen God, tegen u zei ven, tegen den naaste. Gij zult het weten, als gij u maar wilt 'onderwerpen aan den invloed van Gods genade. Door de voorlichting dier genade zult gij inzien, hoe gij zelf oorzaak zijt van het verstoren des vredes in u. Hoe uwe zonden, uwe zedelijke onregelmatigheden u dien vrede des harten ontnemen. En als gij dan vermorzeld van berouw uwe afwijking beweent; als gij neerknielt in 'vernedering, uwe schulden belijdend, dan zult gij het hooren in de bobdschap der vergif- de» Altaars. Kerst-/mf is kerst- reugde voor allen, die dit oprecht wil,en. Trilt niet reeds door kojde winter- luchten die he ilijke zan, der heme!" schc geesten: Pax homlibus bonae volumlalis Vrede vrede deii sehen van goeden toil Vi.. 291 JAN. brieken, branderijen, distilleerde» rijen en likeurstokerijen. Ia tabaks en sigarenindustrie bleef behoudens enkele uitsonderingen, overal zeer bevredigend. Slapte in de bedrijven, ressor* toerende onder de Kamers van Arbeid, voor de winkelbedrijven en den kleinhandel duurde over het geheel nog voort. Dezer dagen verscheen aflevering 11 (jaar 1907) van het maandschrift van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Uit het overzicht van den stand der arbeidsmarkt gedurende October 1907, naar de inlichtingen van de Kamers van Arbeid en als vervolg van hetgeen daaromtrent over de maand September in aflevering 10 wordt bekend gemaakt, blijkt o. m. dat de toestand in de bouwvakken in nog slechts enkele gemeente be» vredigend was. Nagenoeg overal nemen slapte en werkloosheid groote verhoudingen aan. Van de meerdere drukte welk het schildersbedrijf in September ondervond, was in Octo« ber niets meer te bespeuren. I)ö'toestand in' do bontindustrie pryle'rging blijkbaar geen verbeten ring. Slechts in de meubelmakerijen was over het geheel voldoende werk, terwijl overigens de drukte plaatse* lijk zeer verschillend was. In het. groot -bedrijf der metaal be werkers bleef do toestand over het algemeen bevredigend; or word ge» regeld, hier en daar zelfs druk gewerkt; echter werd ook door som» mi gó fabrieken over slapte geklaagd. De verlevendiging in het kleinbedrijf bleef aanhoudend In smederijen bracht het seizoen overal meerdere drukte. Daarentegen bleef in de rijwiel» industrie slapte heerscben. In den scheepsbouw schijnt de drukte te verminderen. De toestand in de textielnijverheid onderging geen verandering. Van drukte kon niet worden gesproken. Do slapte in het kleermakersbedrijf duurde nog voort. Slechts in enkele gemeenten trad tegen het einde van October verlevendiging in ln de overige tot dekleodingindus» 50 c voor Venray franco por post voor het buitenland b:j afzonderlijke nummers van l l regels elke regel meer letters en vignetten naar plaatsruimte. Advortentiën. 3raaal geplaatst worden 2maal berekend. Van nc nvrnat' u iv» uvuue, -f.* Een gedrongen figuur, herkulische schouders, plat gezicht, niet mooier ge maakt door een breed litteeken, loopend over het linkeroog, een ronde, gespikkel de baard, groote handen, op d9ti kalen schedel een scheefstaande, slappe hoed, de rest van den - man in een grooren, versleten mantel gehuld, zoo vertoon de zich de Eenoog. Zoo noemden hem allen, sedert hij uit de gevangenis teruggekomen was met een oog minder en een straf meer. Zijn tegenstander van toon was in een afge legen straat gevonden met een zware wonde in hot lijf. Van dien tijd af was de Eenoog een soo't volksheld geworden, wien de geheelo stad dankbaar was, wijl hy haar had verlost, van een gehaten geweldenaar. Daar echter, naar het schijnt hot volk niet zonder goweldonaar kan blijven, ha! de Eenoog, als bij stilzwijgende overeenkomst de plaats van den gedobde ingenomen en beheorschfe nu de wijk tot een derd>, steikere hem zou verdringen. Zelfs de politie nam zich wel in acht hem1 in den weg te loópcn efi dus ge beurde het zelden, dat hij weer een poosje achter slot en grendel werd gezet, en de bevolking herademen kon. Maar nauwelijks had Eenoog aan do justitie een schuld afgedaan, of hij begon op nieuw op te stapelen, al kon hij alleen onmogelijk allo misdaden hebben begaan, die men hem toedichtte. Van beroep knap metselaar, nam hij van tijd tot tijd ook eenig werk aan, om den sphyn te bewaren en zijn niet onaanzienlijke verdienste te verklaren. Hij woonde^ geheel alleen, zonder familie, zonder Wiedden, maar omgeven door een bende gevaarlijke knapen, wier aanvoer der hij was. en die hij alleen met een blik van zijn cono oog heheersehte. Weliswaar stond hij onder politietoe zicht maar dat belette hein niet ook op verboden lijd zijn huis te verlaten en in een kroeg glas op glas te drinken, zonder dat hy, noch de waard, telden hoeveel het er waren. Hij dronk altijd zwijgend, en als hy er was, spraken ook de andere slechts half luid, opdat er geen ruzie kwam. 'i Is slandiger den K-oaog tien gl.zon te geven, dan tien agenten in Inns to hebben om één glas, plaehtten de tappers le zeggen. Inde wijk had, E»nong meer eozag dan de geheele politie. Hy wisi. dat natuurlijk en was slim genoeg, er zijn voordeel m^e te d >rn In een kouden naveligen November- nacht sloop Eenoog door de Kastanj«laan en school achter een boom. toen l,y bekende.' regelmatige stappen achter zieh hi orde do carabinieri. Maar de ge vreesde or debe waard ets gingen vom hij zon Jer hom to zien. Daar merkte Irij, die zijn adem inhield, dat aan zyn voeten zich iels levends bevond hij meende een licht zuchten to moren. Hij bukte en mompelde een verwcnschitig. Daar lag .een kind. Wat te doen De carabinieri kon hij niet terugroepen en doorlo «pen of hij niets gezien had, was ook niet mogelijk, Al gaf hy weinig om een roenschonlevoo, een kind was toch ie's andeis! Hij tilde het op, maar in de duisternis kon hy niet veel zien. Hij voelde enkel, dat iets warms zicli in de armen bewoog. Benige, wat hem te doen stond, was erugkeeren en het over te geven aan den eerste den beste dien hij ontmoette, maar vlug, kant hij had geen tijd te verlie zen. Met den levenden pik onder den arm uelde hy heen. Een klok sloeg elf; hy bleef een moment weifelend stam toen mompelde hij -Ze zullen wel wachten. Jen liep door tot zijn woning, zonder dat hy iemand had ontmoet, Een waar noodlot In zijn eenzame kamer gekomen, zag hij bij de kaarsvlam een van koude blauw gezichtje, heel klein, turen om een om hulling van lompen. Het lichaampje was enkel vel en been. Met een verwensching aan het adres van hen, die het kind de voudeling gelegd hadden, nam hij een deken, wik kelde het warm en legde het op zjjn bed. Hjj voelde zich niet bijster op zijn ge» mak by wist niet goed sliep het kind, of was het stervende En als het bier eens stierf 't Was wat moois. Naar den duivel W6nschte hij de gen» darmes, die hem achter dien boom gelro- ven hadden. Hij dacht er aan de oude buurvrouw te roepen, zijn trouwe hulp in huiselijke omstandigheden, daar bewoog het kind sperde do blauwe oogen wijd open en riep; Mama... mama Eenoog werd woedend. Ha nu heb je een stem om te Schreeuwen Had haar maar vroegor geroepen, je lieve mama Stil Verschrikt zweeg het kind. maar de oogen vol dikke tranen, zagen hem zoo angstig en treurig aan. d >t hij berouw kreeg over zijn heftigheid en zich niet meer duifde verroeren. Doch het kind bleef hem aankijken zijn angst veranderde in nieuwsgierigheid. Da warmte deed het ontleven 't begon zondèrlinge geluiden uit te brengen, waar van Eenoog den zin niet vatte. Hy vond 't echter grappig en deed de kinderge luiden na. Daar bedacht bij,' dat 't kind honger zou hebben. Hij gaf 't een stuk br< od doch 't bezeerde zich aan de hatde korst en begon weer to woenen. Dat maakte don man zenuwachtig. Hfj snelde de deur uit, naar do herberg, waar hij een flesch melk vroeg, die hij met een paar stuivers betaalde zonder oen woord verder te spreken, liep weer boen, kastelein en gasten veibaasd ach terlatend. Melk en geen drank had hij gevraagd on dan nog betaald ook. Wat kon dat te beduiden hebben Toen Eenoog weer de groote huurka zerne betrad, waarvan hij een bovenkamer bewoonde, hoorde hy op de trap den kleioe al schreeuwen... Als de buren het hoorden, zouden ze denken, dat hij 't kind had gestolen.

Peel en Maas | 1907 | | pagina 1