Wet en Recht- GRATIS. Plicht en Genoegen. doem SIBERIE. zaterdag iu september djou vijf en twintigste jaargang. No. 37. m Uitgever W. A. Van den Muxckhof, Venray. Let iveï PEEL Abonnementsprijs per kwartaal. voor Venray 50 c. franco per post 65 c. voor het buitenland bij vooruitbetaling 85 c. afzonderlijke nummers 6 c. MAAS Prijs der Advertentiën: van 1 4 regels elke regel meer letters en vignetten naar plaatsruimte. Advertentiën, 3raaal geplaatst worden 2maal berekend. 20 c. Zij, die zich voor 1 October op „Peel en Maas" abonneeren, ontvangen de nog deze maand verschijnende nummers Wel wordt er veel leeds gedragen in onze maatschappij, veel spijtig be rouw en hopeloos verdriet gevoeld, wel worden véle tranen geschreid, omdat men de noodzakelijke verstand houding niet wil erkennen van deze twee looverwoorden. Do wufte levensopvatting onzer da gen kent zoo weinig en wil zoo wei nig kennen het schijnbaar strenge woord van plicht. Dat klinkt haar te hard in de ooren. Maar het genoegen, dal is iets anders. Genieten zooveel wij kunnen, wij allen, overal zoo noodig zelfs in zwijmel roes vergeten dat dat er nog plicht bestaat. Maar louter vreugde, louter piei- zier van den eenen dag op dén andere dat is het ideaal. En toch do aarde is nu eenmaal een oord van ballingschap, loochene men het, zoo hard men wil. De aarde kent geen waar en zuiver genoegen dan waar dit gepaard levens gaat aan de vervulling der plichten, die den een meer, den ander minder zijn opgelegd. Van den schoolknaap af, die spelen wil zonder zijn taak te hebben vol bracht, tot den volwassen man, staande te midden van het ernstige zorgenvolle leven. De nederige van positie, de man die opgeklommen is tot waardigheid. De bemiddelde of degene, die met veel zwaren arbeid zijn brood verdient. Die alleen staat op de wereld, ol die voor een gezin heeft te zorgen. De man en de vrouw, de ouder of het kind ieder heeft een plicht te vervullen en zal slechte daarin zijn genoegen vinden. Iédere stap, dien gij zet in het le ven, getuigt het u immers, dat enkel en alleen degene die zijn heilige plichts vervulling hooghoudt en daaraan zijn genoegen laat ondei worpen zijn, de ware gelukkige is. Zie vooral hoe bij der. werkman het doen van zijn plicht jegens en in het familieleven een bron tan aller zoetste vreugde is, voor allen die van dien kring deel uitmaken. Waarvoor werkt hij tenzij voor vrouw on kinderen? Van Maandag tot Zaterdag drukt hem de dikwijls zware arbeid, waarmee hij dikwijls een niet al te groot loon heelt te verdienen. Met dat geld moet woning er, klee ding en voeding betaald worden zijner kleine maatschappij, waar een liefde volle vrouw met hem de zachte heer schappij deelt, en gewillige kinderen de toegewijde onderdanen zijn. En "t is een waarlijk gelukkig oo- genblik, als hij tehuis gekomen, hei verdiende, de vruchten van zijn zweet weet neer te leggen en dankbaarheid leest in den blik van zijn vrouw. Dan niet alleen, neen geheel de week door I het niet reeds déden, heeft iemand is 't hem een opbeurende troost dat'den moed tot -de ontbinding een voor hij werkt voor zijn dierbaren. Doch anderen sleept een verleidende zucht naar valscli genoegen mee ze behouden een veel te groot deol voor zich zelf alleen, meener.de op andere plaatsen dan in den schoot des huis- gezins eenig genoegen te kunnen sma ken. Maar vraag het hun op oor 011 ge weten, of in het binnenste van hun gemoed niet een stille, verwijtende slem zich laat hooren vraag het, of ze wel het ware genoegen vinden waar zij het zoeken. Natuurlijk men zal opwerpen, dat de toestanden van den werkman in het algemeen verre van rooskleurig zijn. En wie eerlijk is, moet dat. volmon dig toegeven. Doch dan nog staat men voor de nuchtere vraagof van hot weinige, zij het zelfs te weinige loon een goed deel voor iets anders besteed mag worden, dan waarvoor de beschikking van boven en onze eigen volkomen vrije wil ons verplichten te zorgen. Plicht en genoegen. Mocht men die woorden toch beter begrijpen, mocht men meer zich er op toe leg gen, hun gezonde verstandhouding in practijk te brengen, er zou voor een belangrijk deel, ook zonder loonsver- hooging of verkorting van arbeidsduur in de maatschappelijke nooden gene zing zijn aangebracht. den aard op de wereldmarkt fe bren- sen wist bij toch dat het steods de wet bloei van hot land 011 dat hg er zich met stel te doen, wat met verholen gretig heid dankbaar word. aangenomen. 't Is op nieuw klatergoud geweest, waarmede wel een kind kan blij gemaakt worden, maar dat de echte kenner als waardeloos reeds lang ter zijde werpt. Omdat de groote woorden niet ge rugsteund werden door krachtige da den. Waren voor do vele praters in de plaats, weinige wei kers geweest, de zaak zou een kleinen maar vasten grondslag hebben gekregen. Waarop hechte geitouwen met dikke muren hoog in de lucht konden op getrokken worden, die de eeuwen trotseerden. Zooals men nu nog huizen ziet uit vroegere jaarhonderden, die nog lang den lijdtand kunnen trotseeren. Maar 't was eou revolutie-bouw, éénsteens muren, slechte kalk 't was een kaartenhuis, bij eersl-opkomende stormen ter neder geworpen. lieden meer dan ooit bestaat er behoefte aan werkelijke mannen van de daad. Die achter stilzwijg: vllieid misschien, toch diepdenkeii vor'i/ergeii, maar de kracht ook bezitten te doen, wat zo zich voorstellen. Die bij de eerste moeilijkheid niet gen. Tusschen den l'ral eit 't Baikelmeer strekt zich een uitgestrekte zone uit voor landbouw, bestemd om de koren schuur dor aarde le worden en een winstgevend veld voor veeteelt. De woudrijkdom van Siberië is on noemelijk groot. In de noordelijke wouden vindt men naaldhout, sparren, edeldennen, ce derhout, terwijl langs de moerassen wilgen groeien en aan de randen dor wouden berken weelderig opschieten. Vooral moeten wij de aandacht vestigen op den groot en rijkdom aan mineralen in Zuid-Siberië. Hier rusten onnoemlijkehoeveelheden kostbare mineralen in den schoot der aarde, wachtende op de hand van den mijnwerker. Men vindt hier goud, zilver, koper en ijzer verder kwik zilver en tin, steenkolen, bruinkolen, graphiet, zwavel, napiita en keuken zout. Bovendien is Siberië rijk aan edelgesteenten, goud- en zilvervelden. Siberië is dus rijk aan grondstoffen voor allerlei bedrijven. Doch de nijverheid kan zich hier slechts weinig ol niet ontwikkelen. Wanneer ergeuoeg arbeidskracht en voldoend kapitaal zniieti éestami, -"^Womleér do' Ver keersmiddelen het gansche land zullen doorkruisen en verbinden, dan mogen wij terecht Siberië noemen i liet liet hoofd verliezen of den moed1 Amerika der toekomst, het land waar Voornemens en beloften, wufte woorden verschillen zooveel van uit voeren en volbrengen, van krachtige daden. Een man van de daad wordt iemand zoo spoedig geheeten. Maar zie rond, zoek iu den wijden kring uwer kennissen en vrienden en tel ze, die mannen van de daad, zoo ge ze tellen kunt. Het woord is gauw gesproken, het kost weinigde daad vraagt arbeid en moeite en zelfopoffering. Het schijnt wel alsof onze tijd van veel woorden, gesproken, gedrukt, gelezen, bijzonder arm is aan daden. Niet alleen in bet persoonlijke, ook in liet. geen onze dagen kenmerkl, het vereenigingsleven. Hoevele vereenigingen opgericht voor nut of genoegen, die spoedig weer in hel niet verdwijnen, juist en alleen om deze oorzaak. Een gedachte wordt geopperd schoon is zo in schijn, ze vindt weer klank hij anderen. Onmiddelijk in de eerste geestdrift wordt de vereeniging geboren een bestuur gekozen, een reglement ont worpen, een doel nader bepaald. Dat zal iets worden, dat zal oen verandering geven, een verbetering, waaraan lang, zooals het heet, behoefte bestond. Maar de roes gaat voorbij, de eene dag na den andere brengt meer afkoe ling der warmte, welke eerst ioovelen bezielde. Men begint te twijfelen, men bezoekt minder de vergaderingen, men ver flauwt meer en meer. Eindelijk, zoo de omstandigheden laten zinken, maar allen tegenspoed bekampen met fiere kracht. Die vast van karakter en stour van wil vooruitgaan blijven op hut pad, dat ze kennen als het goede, eu dat ze zich kozendie offers weten te brengen, groote offers, als hun edel doel ze vraagt. Hen deert geen laster en geen kwaadspreken, geen tijdelijke nood, hoe nijpend ook, geen oordeel der menschen. Omdat zij hun krachten putten uit een gemoed dat gesterkt werd en voed door den waren adel van oprecht Christelijke beginselen. Maar zóó zijn zo ook geheel en onverdeeld, en de eigenschappen die ze in bun bijzonder leven niet verloo chenen, strekken tot vaste waarborg, als ze zich geven aan het heil der gemeenschap. Met zulke mannen wordt de phalanx gevormd van een machtig leger zonder zulke blijven het huurlingen, vluchtend bij 't verschijnen van den vijand, onmiddellijk. Dat mogen de oprichters van vereenigingen in onze dagen bedenken, dubbel en dwars. de natuur wacht op den werkmau en de werkkapitalen, om deze renteloos liggende schalteu te ontginnen en ze heerlijke opbrengsten te doen ople veren. Wanneet Rusland in eeu nieuw tijdperk van vrede zal treden, zal hier de hand aan 't werk geslagen worden. De ontgingou zullen er machtig toe bijdragen, om de geplunderde staatskas wederom te vullen en de bijzondere ondernemers kunnen hier fortuin maken. Waarschijnlijk bestaat er geen ge deelte der aarde, waaromtrent de heerschende voorstelling in korten tijd zooveel veranderd is, als Siberië. Tot voor weinige jaren stond Siberië be kend in West Europa als een onvrucht bare streek met ijzig klimaat, met schier eeuwige sneeuw en ijsvelden. Doch sedert liet verkeer verbeterd is, heeft men kijkjes ervan dichter bij kunnen doen op deze uitgestrekte gewesten, die alleen wachten op oen bedrijvige bevolking, om een overvloed van voortbrengselen van verschillen- nan kon onttrekken. Hij kende ook den hardvochtigen kooper. c Was een lage, lompè snoeshaan uit de buurt, lentenier Jones genaamd. Jones overhandigde Anderson de 5 pond. sprong in liet zadel en reed weg. Toen de lieer Anderson zijn geliefkoosd ros te midden eener stofwolk zag verdwijnen, keerde hij, zeer gedrukt, huiswaarts. Geen twintig stappen had hij gedaan, of daar schoot hem eene streelende gedachte te binnen. De wot kende wel voor 5 pond hot paard aan Jones toe maar deze was met zadel en breidel verdwenen, en daarvan sprak de wet toch niet. Anderson's gezicht klaarde merkelijk op en met lichten tred begaf hij zich naar een nabij wonend rechtsgeleerde, tevens rechter. Daar verklaarde hij hot voorgevallene en vroeg een aanhoudingsbevel teg*n Jones, die. een roovor gelijk, op den openbaren weg, een breidel eu een zadel ten zijnen nadeele had gestolen. Het geval was klaar on duidelijk, en de rechter leverde het gevraagde bevel in handen van een oflicior dor publieke veilig heid. Mr. Anderson ging naai* huis en wacht' den afloop der zaak af. L)e officier intus9chen, had ras Jones huis bereikt eu vond dat waardig boerschap, te uiiJden van vilenden, toen dezo zijn buiten kansje besprak ^Ziet toch eens wat oen paard ik héb dat den domuien katholiek voor 5 pond afgedwongen." Hij proestte het uit van 't lachen en voegde erbij •'Zegt mij vrienden, kent gij in ganscli den omtrek een paard zoo schoon, zoo vol vuur als dit -Neen zulk een prachtexemplaar bestaat er niet tien uur in de ronde. Tienmaal zoovoel op zjjn minst levert mij dat dier op. Als men maar Jones heef, ziet ge, en dan een katholieken baan met gouden veeren ontmoet Hij zag den politieman uit een zijweg aankomen, en wenkte dezen, eens le komen zien naar den prachtigen koop, en nu hoorde deze man der wat, de eigen beschuldiging van Jones aan. Jones dacht, in dien tijd van haat tegen het katholicisme, den protestantschcn amb tenaar aangenaam te zijn met hem de partij kenbaar te maken-, welke hij, aan de hand der wet tegen een katholiek had getrokken. -En dit voor 5 pond schaterde hij nog maals" en 't schoonste van de zaak is, die katholieke ezel heeft mij met breidel en zadel laten wegrijden." -Hoor, man der wet op die schoone, die winstgevende wet drinken we een glas whisky. En do gelukkige kooper schonk de glazen vol. Tot nu toe had de officier toegekeken en toegeluisterd, tot by eindelijk zeide -Ja, de wet mort worden ten uitvoer gph'gd, en daarom zijt gy myn gevangene Bij deze woorden voer iets, als een electrisolie schok door Jonés leden, eu de whiskyflesch. rinkelde in twintig stukken over don vloer. -Ik. nu gevangene Ik de hevigste protestant uit den omtrek Wat heb ik misdaan -Lees dit stuk breidel en zadel zijn ten nadeele van M. Anderson geroofd op den openbaren weg en u zal mij toelaten in herinnering te brengen, dat de wet zulks strafe inet koord en strop." -Maar de wet goef'r. mij toch liet paard voor 5 pond Zeker, dat doet d-* wet, maar zadel en breidel. Jones word gearresteerd. Toen de vrienden van Jones do zaak zoo zagen keeren, trokken ze er stillokens van door. Het paard als of het alles had gehoord, begon te brieschen en te snuiven, Jones, de grappige Jones wilde thans breidel en zadol teruggeven met het paard ci nog bij Doch de officier wist dat hy Hechts te Hugo Anderson van Nasebij reod in stillen draf de breedo baan op, die naar Stratfort leidt. Menig heerschap moest hem, die op zuIk prachtig zwait ros was gezeten, wel benijden. In werklijkheid schoon was de vmige min, toen hij, snuivend van ongeduld, den fleren nek krijgshaftig kromde en de lenige pooten deed trappelen van diift, omdat bij niet in dolle vaart vooruit mocht.stuiven. Het was een heerlijke zomerdag en heer Hugo hield zich met aangename gedachten bezig, toen eensklaps eene stem bezijden den weg hein uit de zoete mijmering deed ont waken. -Dat paard heeft eene waarde boven de vijf pond sterling Mr. Anderson, zoo ri<-p een man -en gij weet, dat, volgens de wet, geen katholiek een paard mag hebben, waarvan de waarde hoven dien prijs gaat. Gij weet ook, dat de wet mij het recht verleent uw paard voor 5 pond af tc koopeu. Hier is het geld i"b pond st.) en ik eisch het paard." Mr. Anderson keek den man zeer ontsteld aan. Het was toen in den tijd der vervol- gings wétten tegen de katholieken in Engeland. Er was, onder andere, eene wet die luidde »Geen katholiek raag een paard bezitten van boven de 5 pond waarde. En, als gevolg van deze bepaling, mocht men iederen katholiek dwingen zijn paard voor dien prys af te staan. Ofschoon Mr. Anderson geruimea tijd j gehoorzamen had aan de wet en Jones werd dien maatregel niet meer had zien toepas-1 achter slot en grendel gezet.

Peel en Maas | 1904 | | pagina 1