Doodsklok.
Limburgsch Nieuws.
Katholieke Sociale Actie.
Oorlog-.
Sprokkeling-en..
At de buren kwamen binnen; de winkel
liep vol.
Kijk, hoe netjes hy dit gedaan heeft, zei
de kapper, er is geen stippeltje meer te voe
len.
Iedereen onderzocht nu, betastte myn
gezicht. De een pakte me by mijn neus, de
andere lichtte mijn hoofd op; de gelukwen-
schen hielden niet op.
Ik had er genoeg van en liep naar de
toonbank om te betalen.
Mijnheer zei de kapper, een groot plezier
zou u ons kunnen doen. Ga met ons naar
de grootouders van Alfred; het zal hun
zooveel genoegen doen.
Ik heb geen lijd. Mijoe vrouw wacht
me.
liet zal niet lang duren; we nemen een
rijtuig. Zij wonen te MC'nilraontant.
Te Ménilmontant, riep ik. Een uur uit de
buurt.
We zijn er in een wip. Melina kleed je gauw
aan. Zijn de ouders mijner vrouw; groot
vader was ook kapper; toen ik zijne dochter
huwde, heb ik den winkel van hem overge
nomen. Och, wat zullen zy gelukkig zyn
als ze het werk van hun kleinzoon mogen
bewonderen.
Dolgraag had ik de plaal gepoetsl. doch
vader en zoon bewaakte rae van nabij. Spoe
dig zaten we met vieten in een rijtuig
Wat zal myn vrouw denken! vroeg ik me
af. Zij meeut zeker, dat mij een ongeluk
overkomen is.
We kwamen te Ménilmonlanl; naar de
vijfde vet dieping klauterden we.
-Grootvader', zei Alfred hij 't binnenkomen,
hier bteng ik u den eerelen heer. dien ik
geschoren heb.
Ja de eerste! herhaalde vader.
Met bowondeting vouwden de beide oudjes
de handen.
Ik moest gaan zitten; de bevende handen
vnn den grootvader gleJen over mijn ge
zicht.
Daar hebt gij een ryksdaaldeizei de oude
man tot Alfred, toen het onderzoek was afge-
loopen.
We gingen de vijf verdiepingen weer af.
Eindelijk zou ik vorlost zijn. liet rijtuig stond
nog voor.
Mijnheer zij de kapper, zou u nog met ons
mee willen gaan naar tante Josephina?
Neen zei ik kort af ik heb er ger.oeg van.
O mijnheer drong de kappers vrouw aan,
zijne tinto zal zoo blij wezon; zij woont te
Montroupe afstand van een uur met het,
rijtuig zijn we er gauw.
Ik werd in het rijtuig geduwd en zonk
als vernietigd in de kussens.
Tante Josephina was huisbewaarster; zij
huisde in een kleine loge, verpest door een
lucht van koolsoep.
Ik dacht om te vallen.
Toen tante Josephina het doel van ons
serwr o'.oitt&.zjj tranen, van aan.-
doening.
Laat ik u omhelzenl riep zij me toe.
Voor ik u beletten kon wierp zij z»ch
om mijn hals en wreef hare vochtige snuif-
neus langs mijne wangen.
Daar heb je een gullen, neef, zei ze tot
Alfred.
Toen ik buiten kwam, schepte ik weer een
weinig adem.
Mijnheer, zei de kapper, we zouden uw
portret willen laten maken, u met Alfred; een
mooie gedachtenis. Kunt gij dit ons weigeren?
Ik had weinig lust.
Er is een fotograaf naast de deu'\ zei hij.
Wij sukkelden er heen en wachten meer
dan een uu«*. Eindelijk kwam onze beurt.
Er werd besloten dat ik eene pose aan
nemen zou die de groote gebeurtenis
beeld bracht.
In een leunstoel word ik geplakt, het hoofd
achterover; een servet knoopte men mij onder
de kin. Alfred ging naast me staan de eene
hand op mijn schouder, de andere een scheer
mes vasthoudend.
Potsierlijk was 't in de hoogste mate.
Zoo werd ik gefotografeerd; de kapper zei
mij ook een portret toe.
Daarmee namen mijne ellende een einde.
Hoeveel ben ik schuldig voor 't scheren?
vroeg ik.
AU gewoonlijk; vyftig centimes. Ik hoop
echter, dat gij mijn jongen niet vergeten zult
die op u zijn eerste proeven deed.
Kon ik anders dan hem een rijksdaalder
tce stoppen.
't Was acht uur, toen ik mijne vrouw
terugzag, die mij een sermoen hield, dat ik
me nog levendig herinner, al is t jaren
geleden.
Gij weet nu, waarom zij zoo lang gewacht
heeft.
Maar thans zelfs gelooft zy nog niet aan
mijn avontuur in den barbierswinkel van de
ruo du Chateau d Eau.
■>e iiieumo Drant<mel
on de Bierhuizen.
Ofschoon de eindbeslissing nog niet is
gehouden leidt 't geen twijfel, of de wet zal
met eene flinke meerderheid worden aange
nomen.
Thans kunnen wij de veranderingen be
spreken en voornamelijk die, welke betrek
king hebben op de bierhuizen. Want voor
Limburg is deze vraag van het hoogste belang.
Zoodra de nieuwe wet is ingevoerd, zal
voor iedere herberg, waar bier en andere
dranken, maar geen sterke dranken verkocht
worden, een verlof tot het houden van een
bierhuis moeten gevraagd worden aan Bur
gemeester en Wethouders. Dit verlof wordt
kosteloos verleend.
Maar niet aan iedereen, on niet voor elk
lokaliteit kan dit verlof gegeven worden.
Degene, die het verlof vraagt, moet be
wijzen gegeven hebben, dit niet onwaardig
te zijn; zcodat bv. gedurende 5 jaren verlof
geweigerd wordt aan iemand, die tot één
jaar gevangenisstraf of meer is veroordeeld
of die meermalen veroordeeld is wegens het
schenken van jenever zonder vergunning.
En om dezelflo reden moet een gegeven
verlof worden ingetrokken, zoodat weldra
de bierhuishouders in hun eigen belang wol
voorzichtiger zullen gaan worden met het
clandestien of «zonder vergunning" schenken
van een borrel, wyl dit hun het verlof tot
het houden van een herberg kan doen ont
nemen.
Maar ook de lokaliteit waarin herberg
gehouden wordt, moet aan eenige eischen
voldoen.
Want mot 44 tegen 38 stemmen (slechts
twee katholieken stemden tegen) werd een
amendement van de hoeren Bolsius en van
Sasse van Yssell aangenomen, dat luidt:
1. Bij algemeenen maatregel van
bestuur worden met betrekking tot ruimte,
licht cn luchtverversching eischen gesteld,
waaraan een lokaliteit moet voldoen, om
voor een verlof in aanmerking te kunnen
komen.
2. Bij plaatselijke verordening kan
bovendien de gemeenteraad eischen stellen,
waaraan een lokaliteit moet voldoen, om
voor vorlofin aanmerkingte kunnen komen.
Hieruit blijkt, dat vooreerst door de Re
geering eischen zullen gesteld worden, met
betrekking tot ruimte, licht en luchtver-
versching van de lokaliteiten, die al9 herberg
kamer zullen dienst doen. Maar wijl deze
bepalingen voor het geheele land moeten
gelden, zullen zij zoo mogelijk wezen: maar
dan kan de Gemeenteraad voor iedere ge
meente hoogere eischen stellen, indien dit
noodzakelijk geacht wordt.
Vlugschrift No 1 van de .Katholieke
Sociale nctia" is verschenen.
Het bevat oene heldere uiteenzetting van
wat do nieuwe organisatie zijn zal en doen
wil. Die uiteenzetting is op zich zelve een
aanbevoling, wijl eruit blykt dat deze
stichting, op den duur de werkzaamheid dei-
Katholieken op sociaal gebied ongemeen zal
versterken en uitbreiden, ett van meetaf
reeds "tot practisch handelen op sociaal
»ebied mot kracht en overleg" door monde
linge en schriftelijke voorlichting zal aan
sporen. Wü onthouden ons van citeeren,
omdat de belangstellenden er ongetwijfeld
voor zullen zorgen, dat liet kosteloos
verspreide vlugschrift algemeen gelezen
wurtt. - - t--'
Wij wensclien alleen nog een beroep te
doen op do weldadigheid der Nedeilandsclie
Katholieken; zonder hun finoncieelen steun
kunnen de slichtingskosien onmogelijk ge
dekt worden en kan nog reel minder liet
geheel onontbeerlijk, reservefonds gevormd
worden. Wanneer de zaak eenmaal flink
marcheert, zal de nieuwe organisatie'zich
althans in de gewone omstandigheden, met
de geregeld wederkeerend jaarlijksche in
komsten kunnen behelpen. Thans evenwel
zijn buiteogowone giften noodzakelijk.
Alle Katholieken van Nederland worden
daarom uitgenoodigd aan liet stichtingsfcnds
eene bijdrage in eens te geven. Slechls een
keer zal dit gevraagd worden.
Wij zijn er zeker van, dat de beproefde
en bekende weldadrghoid van bet Katholieke
Nederland zich niet onbetuigd zal laten, nu
het eeo zaak geldt van algemeen en hoog
belang, van het grootste gewicht, zoowel
onder godsdienstig en zedelijk als onder
stoffelijk opzicht, voor de toekomst van het
Katholieke volk in zijne verschillende rangen
en standen.
De jaarlijksche inkomsten zullen, behalve
uit de vijf cent bijdragen der aangesloten
leden, beslaan uit da giften van bescherm-
beeren on vrouwen (minstens f 25 per jaar;
en uit de kleine bijdragen der .Donateurs-
die slechts 1 cent por week betalen.
De meesten moeten de besnijdenswaardige
eer, om als Beschermlioeren en vronwen in
het jaarboek te worden opgeteekend, aan
anderen overlaten. Maar één cent per week
geven, dat kan iedereen en dat zal ook zoo
goed als iedereen, wanneer men algemeen
van liet nut dezer schoone stichting door
drongen is.
Geheel liet katholieke Nederland dient
deze nationale instelling, welke zijne geza-
manlijke actie op schier geheel liet openbaar
levensterrein wil omvatten, als zyn werk
te beschouwen en als zoodanig collectief te
steunen.
|tc vrijmetselarij in nood.
De vrijmetselarij is tot lieden de eenige
Congregatie, welke in Frankrijk mag bestaan.
Over die aangelegenheid meenden de afge
vaardigde Prache zijne Fransche collega's
te moeten onderhouden.
Om de interpellatie meer aarschouwnjk
te maken, deelden sommige leden der recht-
zijdo wat ma^onniek speelgoed rond: sloofjes,
trufl'eltjes, winkelhaakjes enz., waarmee deze
groote kinderen der Loge raanoeuvreeren in
allen ernst, terwijl zoovelen hunner don spot
dryven met de zinrijke ceremoniën der
Katholieke kerk.
Hoewel hy liever niet geantwoord had,
Lafferre, grootmeester-Kamerlid moest wel
het stilzwijgen verbreken.
De bewijsvoering van Prache weerleggen
kon hij niet. Op de gewone openhartige
vrijmetselaars manier wandelde hy een ander
wegje op. Hij begon te spreken over de
leden der Derde Orde onder de afgovaardigde,
een nieuw gevaar voor de Republiek.
Zoo boeiend was daarby zyn betoog, dat
weldra niemand meer luisterde en de kreten:
genoeg, genoeg, tot den volgende VrijdagI
ten laatste zóó heftig werden, dat de ma$on-
nieke Brisson wel genoodzaakt was de
zitting te sluiten.
Jammer, dat de interpellatie Prache
samenviel met de werkzaamheden der enquête
commissie en daarom minder dan zij verdient
de aandacht zal wekken der Franschen.
Om. en om, en wederom
Loeide hij bonzend op en neder.
Toch, zijn iiol en dof gebrom
Klonk haar schoon en innig teeder.
Luisterpeinzend zat zy 9tom
Onder 't vlokkend boom-geveder.
Toer. zijn droeve toon steeds klom.
Zei ze mij «Dat hoort ge weder".
Zwaar, en klam, cn mak en raóe
Prangend zeer mijn ziel verknypend
Droeg ik haar naar 't kerkhof toe.
Ai, weer dreunde hij openaf,
Elke klank me in in 't harte grypend.
Zacht zonk myn moeder af in 't graf.
KENNEMER,
Student.
Aan liet ftedcrlantlselie Volk.
Landgenooten.
De Zuid-Afrikaansche oorlog is pas achter
den rug. De Japansche vraagt weder uw
aandacht! Vol belangstelling volgt ge de
verschrikkelyke gebeurtenissen, en hebt geen
oog voor alles wat in uwe naaste oragevi ng,
in uw eigen huis, in uw eigen lichaam
zich afspeelt. En dat is wel do verschrik
kelijkste oorlog, dien ge maar bedenken
kunt, omdat daar nimmer een einde aankomt,
en die duizend en nog eens duizenden slacht
offers vraagt van rijk en arm, van jong en
oud.
Het is de strijd om het leven met al zijn
verschrikkingen! Of het dan zoo erg is? Luis
tert even
f
In ons k>ine landje sterven ieder jaar
circa 9(y woners, waarvan, nog geen
70ÜO"del» natü'u'rcijken"dóuti door Juucrdoiuè*
zwakte. Van de kinderen 35,000 nog voor
zij hun 4de jaar bereikt hebben, 7000 kin
deren worden ieder jaar als levenloos
geboren aangegeven, 12,500 menscheu ster
ven ieder jaar tusschen hun 20ste en 49ste
jaar, dat is in den bloei van hun loven! Dit
alles wist ga zeker niet?
Juist zoo is het; wy bemoeien ons wel
met buitenlandsche oorlogen, maar de vijand
in ons eigen land, in ons eigen huis, in ons
eigen lichaam maakt ons niet bezorgd!
De nimmer opdrogende oceaan van men-
schelijke ellende, lijden en zorgen, dio in
deze cyfeis ligt besloten, is met geen pen
te beschrijven. Mooten wy dat maar lijdelijk
aanzien. Neen! zoo roepen wij u toe. dat
raoogt ge niet, want er is eon weg om uit
dezen verschrikkelyken toestandHo geraken
Wy moeten dien machtigen vyand bestryden
door een tot den grond der dingen afgaande
gezondheidszorg. Wy moeten leoren inzien,
dat ziekte niet als een bliksemslag uit den
hemel valt, maar z'n oorzaak vindt in de
kleine dagelijksche zonden tegen de gezond- j
beid. Dien kant moet het op! Wij moeten
trachten ziekten te voorkomen, dat is veol
beter dan ziekten genezen! Laat daarom als
een nieuw evangelie overal weerklinken
de blijde boodschap: «Gezondheid voor allen!
Om dien sirijd tegen ziekte, en voor ons
aller gezondheid te voeren is ieders hulp
dringend noodzakelijk. Wilt ge ons hel
pen?
Onttrekt u niet aan deze heilige taak! Helpt
ons, zooveel in uw vermogen i?l Dit kunt
ge doen door als lid of donateur toe te
treden tot de -Natuurbond", een vereeni-
ging zoo als die in Duitschland reeds 25
jaar bestaat en daar meer dan 100,000
aangesloten voorstanders telt, welke Bond
wil medewerken aan de opheffing van deze
zoo slechte onnatuurlijke toestanden, waar
onder het Nederlandsche Volk gebukt gaat.
De «Natuurbond" wil zijn 't middelpunt,
waarom allen zich kunnen scharen, zonder
onderscheid van stand of richting! Sluit
u daarby aan! Wy rekenen op u! Ge kunt
u opgeven bij den voorzitter Dr. Boesnach
te Amsterdam of by den secretaris K. H.
Beylevelt te Zutfen. De contributie is geheel
naar verkiezing, en kan dus geen bezwaar
zyn. Stel uw toetreding niet uit! Uitstel is
maar al te dikwijls afstel! Allen op ten
strijde voor de goede zaak!
is een van de bloedigste krijgsbedrijven
geweest, zoo niet het bloedigste van dezen
oorlog.
Uit de berichten blijkt nl., dat de 5e
en Ge Japansche divisie hier in den strijd
zyn geweest, en deze divisies bestaan,
zooals men weet, uit veteranen van den
oorlog tegen China. Zy hebben hun naam
hooggehouden en zóó heldhaftig gevochten,
dat een gewond Russisch officier zou ver-1
klaard hebben «geen soldaten ter wereld
zijn tegen de Japanners opgewassen,
wanneer zy altijd vechten, zooals zij deden
in den slag van Wafangou."
Nu kunnen dergelijke verklaringen,
afgelegd na eer. geweldigen stryd, die op
eene wijze, waarvoor de beste Europeesche
keurkorpsen zich niet zouden behoeven
te schamen.
Van hun kant hebben ook de Russen
een moed aan den dag gelegd en eene
kalme volharding, die groote bewondering
moeten wekken.
't Is waar, dat zy 14 kanonnen hebben
moeten achterlaten, maar wanneer men de
omstandigheden in aanmerking neemt,
waaronder dit gebeurde, zal men toegeven,
dat zij niet anders konden doen.
Een gedeelte der Russische artillerie was
geen snelvuurgeschut. terwyl de 200 Japan
sche kanonnen alle van het nieuwste model
waren. Op een gegeven oogenblik concen
treerden 72 Japansche kanonnen hun vuur
op 2 Russische batterijen van 8 kanonnen
ieder.
Wanneer men nu rekent, dat ieder
Japansch kanon 10 schoten per minuut deed,
dan werd de Russische stelling iedere mi
nuut door 720 granaten getroffen. Iedere
granaat hevat 250 kogels, zoodat per minuut
180,000 kogels op de 2 Russische batterijen
neerregende of wel 3000 kogels por seconde!
Van de 1G Russische kanonnen werden
er dan ook 13 letterlijk t«t gruis geschoten.
Slechts 2 konden gered worden, daar bijna
alle bedieuingsraansclmppon en officieren der-
beide batterijen in een ommezien waren
neergemaaid.
Ook de Russische snelvuurkanonnen hadden
een ontzettende uitwerking. Wanneer de
granaten in de rotsen sloegen, waarop do
Japansche infanterie stond, scheurdon zich
geheele rotsblokken los en sleurden de
Japansche infanteristen mede.
Intusschen heeft Koeropatkine zijne troepen
ten Noorden van Koeroki's hoofdkwartier
versterkt en begint hij ook daar offensief
op te treden. Sairaa-ki is op 17 dezer weder
bezet door 5 6000 Russen, waarschijnlijk
om Moekden en Liao-Jang voor verras
singen te behoeden.
Tegelijkertijd zijn de Russen op den
grooten weg van Liao-Jang de Japansche
stallingen genaderd en hebben eene officiers
patroelje beschoten. Ook by Hsjoe-jen
wórd-u» ^^e.v<.vo.or,.postangevechtei) gerap
porteerd, zoodat alles er op wyst, dat thans
een strijd over alle linies te wachten
staat.
De
slag van Wafangou, door de
genoemd de slag van Telissoe
In afwachting van de eerste berichten
hieromtrent vragen wy ons af, hoeveel
troepen de Japanners bij Fort Arthur kunnen
hebben, wanneer generaal Okoe die eerst
gezegd werd by Port Arthur het bevel te
voeren met een zoo belangrijk gebleken
macht Noordwaarts rukt
Zijn er veel troepen voor Port Arthur,
dan raag men aannemen, dat Koeropatknie
in het Noorden de overmacht heeft, zyn er
niet veil troepen daar, dan staan aan deze
zyde ook verrassingen te wachten.
Zenuwspannend zyn de berichten over
Het Wl&diwostock-Eskader,
dat zich na zijn vernielingsiocht, die in
Japan grooten indruk gemaakt heeft, Noord
waarts heeft begeven.
Eerst meldde een telegram uit Tikio
«Admiraal Kamiroera is gisteren terug*
gekeerd zonder de Russen gezien te hebben."
Maar een later telegram luidde
«Bericht «ordt, Jat admiraal Kamiroera
met de Russische kruisers op de hoogte
van Osjima slaags geraakt is.
••Het departement van marine is niet in
staat dit bericht te bevestigen, ofschoon de
autoriteiten de hoop hebben, dat den Russen
de terugtocht afgesneden is."
Osjima is een eilandje bij Jezo, het
Noordelijkste groote eiland van Japan. Hot
bericht kan dus waarheid bevatten, ofschoon
het vlakaf in strijd is met het voorafgaande
telegram.
Wonderlyk genoeg wordt tegelijkertyd
nog uit Tokio bericht
«Berichten uit Simono9eki melden, dat
daar geschutvuur gehoord is men vermoedt,
dat dit heteekent, dat het wladiwostock-
eskader zich weer in de golf van Korea
bevindt."
Siraonoseki ligt geheel in het Zuiden
van Japan wanneer het Wladiwostock-
eskader by Osjima in botsing is gekomen
met admiraal Kamiroera, kan het niet
legelykertyd hij Simonoseki gevochten
hebben. Men zou dus eerder genegen zijn te
denken aan schepen, die uit Port Arthur
gekomen zijn en thans in de Straat van
Korea londspoken.
Wat er van zy, al deze berichten doen
met koortsachtige spanning uitzien naar
nadere telegrammen, die ons volledig zullen
inlichten over hetgeen ter zee gebeurd is.
Te meer omdat voor de Japanners alles
afhangt van hunne positie ter zee.
op alcoholisch gebied.
Aleoliol en misdaad,
\olgens de -Alliance News" kwamen in twee
weken de laatste van 1903 en de eerste van 1904
op rekening van den drank de volgende misdrijven
7 gevallen van moord
28 - zelfmoord
73 n zware verwonding
42 - beschadiging
26 roof
67 - verzet tegen de overheid.
41 mishandeling vau vrouwen,
10 w mishandeling van kinderen,
65 plolselingen dood op jeugdigen
of mannelijke» teeltijd.
142 - zware drankzucht,
26<0 - gewone dronkenschap,
20 herbergiers die de drankzucht
bevorderden.
Al deze gevallen zijn bij de politie aangemeld of
bekend geworden. Hoeveel gevallen zijn nog onbekend
gebleven? O die ongelukkige drankzucht.
Nog een aialhllsk.
In een voordracht gehouden in Februari 1903 te
Berlijn verklaarde Prof. Aschaffenburg: f»2 pet. tot 70
pet. van de misdrijven: mishandeling en verwonding,
vergrijp tegen de zeden, storing van den huisvrede,
beschadiging, verzet tegen de overheid worden bedre
ven door menschen, die min ol meer in beschonken
toestand verkeeren.
Merkwaardig is het volgende; 60 pet. van de tenge
volge van drankmisbruik gepleegde misdrijven vallen
op Zondag, 26 pet. op Zaterdag en Maandag. 14 pet-
op de vier andere dagen der week.
Dus de drinkdagen zijn ook de dagen van misdrijf.
Treurig.
In Duitschland en Zwitserland in andere landen
is hel niet beter sterft de 10de man aan de gevo1-
gen van het alcoholisme. Niemand zal beweren, dat
de 10de man een drinker is, maar men wete, dat men
misbruik maakt van drank niet alleen dan, ajs men
zich bedrinkt, maar ook als men te dikwijls, te aan
houdend, te ruim drinkt.
I'oriwijn.
Portwijn behoort niet tot de gedistilleerde dranken
en is daarom niet verboden in de 3tatuten van h«t
Kruisverbond. Toch het is m. i. eer. misbruik, als
eeu lid dier vereeniging den jenever afschaffend,
Portwijn er voor in de plaats stelt. Voor die meening
heb ik verschillende redenen.
lo Portwijn heelt een hoog alcoholgehalte en
verdient daarom geen aanbeveling. Den jenever ver
vangen door port herinnert men zich aan de bekende
spreuk: den duivel uitdrijven doormiddel van Beel
zebub.
2o Portwijn is duur. wat tot gevolg heeft, dut
men door het gebruik van Port zich' zeiven en
anderen op hoogere onkosten drijft.
3o Men doet het Kruisverbond in de achting der
buitenwereld dalen. Ik ken een heer, bij wien eei:
Kruisverbonder een paar glaasje port gedronken had.
Na vertrek van den ga3t, kon men uit den mond
van den hospos hooren: «die Kruisverbonders zijn
nette lui; jenever drinken ze niet, maar port lusten
ze wel". Hierbij komt nog. dat de fout van deu
eenen, ook al is hot dan ten onrechte den
anderen leden wordt aangewreven.
Om al die redenen ban ik van meening, dat een
Kruisverbonder als regel moet huldigen: afgezien
vin heel buitengewone gelegenheden, gebruik ik geen
port of soortgelijken drank.
Om een hygiënische reden ga ik nog een stap
verder en geel ik den raad voormiddags zooveel
mogelijk hoegenaamd geen alcoholischen drank te
gebruiken.' Waarom? Q«ulat de academi<uvan genees
kunde te Parijs fu huar rapport-ovo.
quaestie als haar meening uitspreekt, dat alcoholsche
dranken vooral gevaarlijk zijD, als ze voor eten
gebruikt worden, daar ze dan sneller worden opga
slurpt en krachtiger zijn in huu vergiftigde werking.
Amicus.
VENRAY, 25 Juni 1904.
Naar wij uit goede bron vernemen zal
onze ZeerEerw. Heer Pastoor Schmeitz
Maandag in ons dorp arriveeren.
Deze week arriveerde onze vroegere
dorpsgenoot de ZeerEerw. Heer Pastoor
P. van Ueystert, die al sinds 13 jaren iu
Amerika is werkzaam geweest,
Woensdag morgen had het 8 jarig
zoonije van den heer Th. J. alhier het
ongeluk van de zoldertrap te vallen, zoodat
hij zijn rechterhand brak.
Zondag namiddag bad alhier het gewoon
jaarlyksch Prys en Koningschieten plaats
onder Je leden der Handboogschuiterij Diana.
Eene talrijke menigte volks was aanwezig
op het mooi versierde terrein van den doel
en volgde met groote belangstelling het
verloop van den wedstryd.
Het feest werd opgeluisterd door de
Stafinuziek "het Zandakker", die door het
uitvoeren van vroolyke marschen eene
prettige stemming wist te brengen onder
het publiek en de schutters.
Hardnekkig doch vriendschappelijk werd er
gekampt om de mooie prijzen, doch voorna
melijk om de eer van het Koningschap.
De heer W. Kateraan had het genoegen
het meeste aantal punten te schieten, namelijk
98 in 32 schoten, tengevolge waarvan hij
tot Koning van -Diana" gekozen werd.
Na afloop van den wedstryd werd het
woord gevoerd door den heer Joh. Gitzeis
PiesiJent van «Diana", die het publiek'
bedankte voor de belangstelling, benevens
de Stafmuziek voor de opluistering, en
vervolgens den Koning versierende met
het teeken zyner waardigheid, hora bartelyk
feliciteerde met zijn succes, daarbij zijne kunst
7an schieten ten voorbeeld stellende aan alle
leden van -Diana".
Na een donderend driewerf herhaald -leve
de Koning 1" hief de Stafmuziek het Volkslied
aan. dat door alle aanwezigen met outbloot
hoofd w>?rd meegezongen.
Daarna werden onder vroolyke toespraken
door de verschillende Bestuursleden de pryzen
uitgereikt aan de volgende schutters:
W. Kateraan, Koningsprys met 98 punten.