De Doos van den Markies. Z ATERDAG 2S MA ART 1895. ZESTIENDE JAARGANG. No. Abonnementsprijs per voor VliNUAY franco per post voor liet buitenland afzonderlijke nummers kwartaal 50 c. Uitgever: Ij. a. sassen". Deze Courant verschijnt iedcren Zaterdag Prijs der Advertentiën: van 15 regels 30 o. elke regel moer 6 c. groote letters en vignetten naar' plaatsruimte. Advertoutiën, 3maal geplaatst, worden Smaal berekend. Advertentien of Ingezonden Stukken gelieve men *s Vrij dags vóór 2 uur 's middags to bezorgen aan het Bureau van ••Peel en Maas"* te Venray. Zij, die zich voor het volgend kwartaal abon- neeren, ontvangen de nog in deze maand verschijnende nummers gratis. Gelukkige en ongelukkige Huisgezinnen. Men kan wel zeggen, dat de gan- sche wereld uit huisgezinnen bestaat, want bijna iu elk luns woont eeue familie, beslaande uit vader, moeder, kinderen en dienstboden, ja cr zijn zelfs huizen, .die door twee en soms nog door meer gezinnen bewoond woiden. Maar houvelon zijn er onder dat onnoembaar getal huisgezinnen, die waarlijk gelukkig zijn? Gelukkig zijn, nomen wij hier niot op in den volstrekte» zin van het woord, maar zooals men het gewoonlijk verstaat. Want overal waar menselien wonen, treft men gebreken <n onvolmaakt heden aan, die echter niet altijd van dien aal'd zijn, dat zij het huiselijk geluk, merkelijk benadeelcn. Een huis waar nooit iels van dien aard voor valt, zal wol een witte raaf zijn, en dcszells bewoners, bij do Heiligen kunnen vergeleken worden. Zulke huisgezinnen hebben er zeerveel be staan en nog ten huidigen dage vindt men er, waar men zoo gelukkig met Feuilleton. NOVELLE uit den tijd van Maria Theresia. Terwijl aldaar de jonge tuinman zich door hel gevrel van slaap had la'eu overmeesteren, wandelden in een dei schaduwrijke lanen vau het park twee dames, d:c in ecu druk gesprek gewikkeld waren; buide waren jong, beide zichtbaar' van hooge» rang. en toch geheel verschillend iu gelaat en voorkomen. De ouds'e was eeue IroucUe gebiedende gestalt"; zachlbloiid, lichtgupueJcul haar bedekte een h jufd met edelo trekken, schitterende oogeii en eeii goedaardig lachen rondom den welge vormden mond. Ku tocl: lug op d it gelaat, hetwelk zich vriendelijk lot hare gezellin boog eeue uitdi ukkiug vhii ui justeit, welke iedereen aanstonds in liet oog moest, springen. Ken eenvoudig kleed niet. vi-ndblauw overkleed omgaf hare gestalte, als sleepte zij een pur peren mantel achter zich, cn voor het purper was de draagsto" geboren, w,mt hut was Maria Thereaia. keizerin vim Oostenrijk en koningin Van Hongarije -zelve, dio.met hare eereduino, do jonge gravin Falkenhurg in vertrouwelijk gesprek eoue morgenwande ling deed. -liet. wordt, tijd dat wij tcrugkeeren, Ludmiila," /.oido zij een zijpad iijslaande; liet. BUV voor liet onthijt nadert en graaf Voslau heeft eenigo in\loedrijl(e magnaten uitgenoo- digd, anti wie hij mijn half incognito bekend zal maken, voordat ik hot morgen in de ver gade ring dos adels geheid ontsluiere. Ach Ludinillu, liet is ecu zware gang, dien ik doe. elkander leeft alsof daar reeds de vom-smaak werd genoten, van hot eeuwig Geluk des Hemels. Zulke ge lukkigen treft men in allo standen cn rangen der christelijke Maatschappij aan, zoowel onder de armen als onder de .schatrijken, en onder de gewone burgers. Maar toch onder deze laat- sten wel het meest. Het geld maakt ijen monsch op de wereld niet gelukkig, ïooals velen van meening zijn, maar de tevreden heid des hanen, welke voortkomt uit het bewustzijn, dat men zijn plichten als christenuiensch zoo goed mogelijk volbrengt. En omdat iedereen dit doen kan, zoo kunnen ook allen aan dat geluk deelachtig worden, en dit zou ook het geval zijn, wanneer in de huisgezinnen daarop meer gelet werd. Nu zijn er Tele, en mogelijk wel de meeste gezinnen, die ongelukkig zijn. en sommige zelfs diep ongelukkig. Hetwelk des te meer ic betreuren is, omdat God, het huiselijk geluk niot alleen wil en verlangt, maar ook alle middelen aanbiedt, om dat geluk te bevorderen, liet hangt (lus, kan men vrijelijk zeggen, maar alleen van den mensch zelf ai', of dat hij hier ge lukkig of ongelukkig wil zijn. Want do beproevingen dés Ilecren zijn, hoe groot en menigvuldig ook, geen on geluk te noemen, integendeel, wan neer zij met geduld cn overgeviug aan Gods wil worden ondergaan, bereiden zij ons den weg naar den Hemel, waar het een waren christen maar om te doen is. In het algemeen, kan men zeggen, dal het ongeluk van een huisgezin doch waartoe de booze man, zoo noemde Maria Theresia en met ten onrechte Frederik II koning van l'iuisen, en de Beier- schc keurvorst dwingen! Doch mijne trouwe Hungaren zullen hunne koningin tuiniers niet verlaten, Ludmill.t Wie koude zijne verhevene vorstin zien. zonder door haren aanblik begeesterd te worden?' riep I.udniiila. Iiidicn ik eeh man ware, ik sprong oniuid O k voor uwe majes teit in de bres!" De keizerin wieip een half liefdevollen, half plagende» blik «p h«t jmige mei-je, uit welks donkere oogon schulksphheid cn levenslust spraken. -Hot is toch eigenlijk maar goed, dat gij geen man zijl," antwoordde de keizerin glimlachend; -uwe dolle stieken zouden mij liCvl wat werk gegeven hebben, cli ik zou niet zelden gedwongen zijn den trouyrsten mijner dienaars des wegen gevangen le laten nemen," -In eik geval zou mijn hart bij mijne dierbare keizerin hl ij veil! betuigde Ludmiila. Mtria Theresia drukte ontroerd de hand der maagd, terwijl 7,ij vroeg. -Kn zal uw Imrt.met evenveel trouw ann de afwezige vriendin denken? Öf hebt gij ver gelen. dat misschien reeds heden de door uwe ouders gezondene begeleiding aankomt. die u nuar het slpt uws v'aders in Bohème» brengen moet, om daar uwe zieke moeder tot steun en troost te zijn. -Wel zie ik met kommer dat oogenbiik van verwijdering te geinoel, ant woordde Lud- mila, on toch noem it liet. goone scheiding, wanf uw beeld, zal in on,uilwisehl>ure trekken voor mijn geest blijven en, al liggen ook bur gen en zeeën lusscben ons, zal uwe majesteit evenwel hij, mij zijn." -Waar hebt gij diit alles geleerd, meisje? vroeg de vorstin; waarlijk, indien ik niot voortkomt, uit gebrek aan brood (levensbehoeften), gebrek aan liefde en gebrek aan geloof. Gebrek aan brc-cd. Waar de ar moede zoo groot is, dat men zelfs geen brood meer in huis heeft, of andere spijzen zull-m kommer en el lende niet onthteken. Want het lichaam heeft zijne behoeften, die dikwijls zeer dringend zijn. Gelijk de lamp zonder olie niet kan bran len, en het vuur uitdooft uit gebrek" aan hout, zoo kan ook het lichaam z.-nder voedsel niet blijven beslaan. 1I< t zal verzwakken en eindelijk 6terven «Eten moet gij, zegt een oud spreak .voord, of het zal ras met u gedaan z;jn." Daarom heeft oo-v de Zaligmaker ons nietzonder reden leeren bidden. «Geef ons heden ons dagelijksch brood." Als wij da vragen, dau zal God, die onzen nclotl kent, ons ook iu zijhe oneindige [goedheid genoeg geven om van té lt't/en. «Gij, Heer! schrijft de psalmist](103, 14) brengt uit de aarde voort, opdat het hart van den 'rneuseh zou ver sterkt worden." Hoc komt hejh- dan, dat ofschoon God zijne zegenende Handen dagelijks over de wereld uitstrekt, er zooveel huisgezinnen zijn, waar zelfs groot gebrek aan de noodzakelijkste levens middelen bestaat Het is zonder twij fel zeer ongelukkig wanneer de nood zoo hoog gesLegen is, want daaruit ontstaan kommer en ellende. Eten willen allen, eten moeten allen," zoo wel de grooten als de kleinen, zoo wel de rijken als de armen. Een dag zonder eten doorgebracht, doet wist, dat uw bait u uwe woorden ingeeft, 70u ik verouder stellen, dat gij hij den markies de la Tour "de geheele hoogeschuol der compli menten dami'npeiT hadt." Do jeugdige vroolgklieid had bij Ludmiila «eeds weder do bovenhand gekregen. «Ik hoop" dat uwe majesteit beter van mijnen -smaak deukt!" riep zij uil; ecu ouder wijzer die iedereen verachtelijk moet locschij hen, een gek die zich inbeeldt onweerstaanbaar te zijn en aller oogen tot zich to tiekken, omdat hij meent zijnen ouderdom, zijne ge breken en bespottelijkheden onder goud eu bnllaiiteii te kunnen verbergen, uog liever ging ik op de kuiJerbanken zitieu by den eer waarden dorpsonderwijzer, als ik mg onder richt behoefde."' »G:j zyt 'gelukkig mijn kind, dat gij vermijden kuut wie gij wilt/' zeide Maria Theresia; -wij. vorstinnen', zijn zoo gelukkig niet, onze -neigingen worden geluid en be heosscht tl our' de staatkunde eil ik kan slechts vrij de stem mijns harten volgen' in do liefde lot mijnen echtgenoot Frans, tot mijn armen zoon, dien zij ree-JS in de wieg van zijne kroon Willen berotiYCM, en in dé genegenheid jegens trouwe Vrienden, onder welke, liet zij ijl ver trouwen gezegd, de markies de ia Tour up eenmaal mot behoort." -Als men van den duivel spreekt, is Lij b\j u ol omtrent!" riep Ludmiila,vair Fuiken- burg; -zie maar eens, uwe majesteit, daar komt juist' nuze dappere salimi idJer aan cn. naar liet scliynt, is hij liiet in de boste stem- tl)e markies had zich in het paik willen be geven, om daar ongezien met. behulp van zijn zakspiegrltje, dat hij steeds hij zich droog, zijn cemgszins in wanorde geraakt toilet in orde to bridgennier, w einig verschrok hij, toen hij de keizerin gewaar werd. Doch het was te laat haar le vormijden. reeds bitter wee. Honger lijden is gewis een scherp zwaard voor ieder een, maar vooral voor iemand die met de zorg voor vrouw eu kinderen belast is. 't Is hard voor een vader om te hooren, dat zij hém een stukje brood vragen, hetwelk hij hun niet geven kon. Zulke toestand verdient inderdaad ons medelijden. Ja, men moet met zulke menschcn groot medelijden licbbeu, maar wan neer men nu de oorzaak van veler on geluk van nabij beschouwt, dan is bet niet te verwonderen dat er dikwijls zoo groot gebrek geleden wordt. In de meeste gevallen toch zijn zij zelf daar van dn schuld. Zij bouwen een huisge zin in de lucht, dat is, zonder de mid delen te bezitten waarvan zij leven moeten. Dwaze liefde en grcnzeloozo lichtzinnigheid doen veleu het huwelijk aangaan, waar de bedelzak reeds aan don muur hangt. Zij zijn voor zich al leen niot in staal de kost te verdienen, en toch maar trouwen. Daarbij komt dan nog dikwijls, dat men te traag is om te werken, en het weinige, wat men soms nog zou overhebben, maar opgemaakt wordt. «Komt de dag, zeggen die lui, brengt de dag", en zoo gaat het van den eene'n tot den anderen dag maar voorwaarts. Bijzonder erg is daarenboven, en dat is tegenwoordig ook niet zeldzaam, dat in zulke huis gezinnen, de jenever-flesch ter dege wordt aangesproken. Daaraan wordt vaak tot den laatsleu cent toe besteed. Slot volgt. Maria Theresia deed moeite om vriendelijk te schyuen. -Ha! rle lieer markies! reide zij, terwijl zij den hoveling hare hand te kussen gaf; uaor liet schijnt deelt gij onzen smaak iu een zame wandelingen?" -Ik geef anders wel de voorkeur aan eo» vroolijk gezelschap." antwoordde de mar kies, -het bloed stroomt mij nog friscli en jeugdig iu de aderendat ik heden tot de een zaamheid getrokken werd. is. geloof ik, eeue gunstige schikking van mijne gelukster; ik zou hier in de plechtige stilte des wouJs mijne hulde moge brengen aan de eerste en schoonste der vorstinnen." -WooAle». markies, niets dan woorden! zeido Maria* Theresia, half lachend, half ernstig, -waarom wendt gij uw invloed liiet aan, opdat uw land mij zijne hulp vetluenb. in plans van mimen tegenstander, den kcutvoisi van lictoren, bij te springen?" De markies scheen een uogeubllk geheel ui', net veld geslagen, doch spoedig, hei ki.eeg anj zijne bezinning en iep op lioogdi a vendun toon -Laat dat aait mij over, uwe majesteit AI treedt ook Frankrijk Voor het uogonblilc r.og p'igciischynlyk als bondgenoot uws v ij - auds up. liet zal zich spoedig.undeis verklaren Laat rny echter tot zoolang niet voor de zon den mijner na'io boeten, en geloof aan mijne Jiepc verkleefdheid tQn uwen opzichte!". In dei) rug der keizerin klo.uk een onder drukt lachen Ludmiila van Falkenhurg kon zich niet, langer inhouden. Misnoegd wendde zich Maria Tgej-esia om. "Voiadiooiiiiig, uwe majesteit," riup liet jonge mei.-ju ouder dun strengen blik der kei zerin liiet. haie zucht lot lachen kampend ;- maai' hui s'nal ook al Ie koddig, do pruik van den lieer markies zit Iieefemaal scheef. Do liovcling'verbleektu ouder net opgelegde Iels ovcp hel spillen van den luin. 'l Is schier wwral de gewoonte den tuin iu het voorjaar le spitten, hoe wel de kleigrond er ongetwijfeld dank baar voor zal zijn, wanneer hij reeds in het najaar met de riek wordt om gezet. Hel hindert volstrekt niet a!s daarbij kluiten ontslaan, omdat de vorst die toch uiteen doet vallen. In het voorjaar kau dan het eigenlyko spillen ten uitvoer gebracht worden. Dc bedoeling van het spijlen is eea tweeledige men maakt n.l. den grond diep los, opdat de planten wortels zich ongestoord naar omlaag kunnen be geven en opdat dc Jucht, de warmto en het water genoegzaam in den grond kunnen doordringen. Deze dtie, in \crccniging met een diep lossen grond, zijn machtige factoren voor den groet en waar zij de plantenwortels onvoldoende kunnen bereiken, daar kan van een energiek leven in den grond geen sprake zijn. Het spaten is hot besta middel on* den grond voldoendo voor den groei der planten los te maken, mits het men verstand en op den rechten tijd ge schiede. Met verstand: blijkens hun wijze van doen, meonen velen nog, daf spitten cn het bloot omwerpen van deit grond zaken van gelijke beleekenis zijn en toch is niets minder waar. Spitten is niet een bloot mechanische werk zaamheid, maar eischt wel degelijk kennis en overleg, Te vaak nog worden de spoten veel te dik en te ondiep genomen en daarna eenvoudig omgekeerd, zonder meer. Welzeker, dat is ook spitten, maar hoe in verlegenheid greep hij naar blanketsel zijii hoofd. -Ik wist waarlijk nie'...." stamelde hij doch het is waar, een lummelachtige tuiniers- jongen legde opzettelijk lakker, iu mijn weg, zord.it ik gevaileu heit eu daarbij is ntyii toilet waai schyiilyk iu wanorde geraakt. Yersclioo- ïiing. usve majisteil, dut ik liet gewaagd heb -Ontrust u daarover niet, heer markies, sprak M;u ia Tneresia op goodigen to'-neen ongeluk is zoo spoedig gekomen ook voor u, spiivogel. Wendde zy zich op ernstige» t-jou tot Ludmiila; overigens zie ik bij uiijne getrouwen mot op Lel' hoofd, maar op tiet hart." -Ru het hart van den markies is als dat der trou «sten uwer cinuerdaiiui:,'" liep do eureduiiio, op* wie Uu terechtwijzing van de vorstin juist n.et vevl indruk sc:.eeu gemaakt lo nebben, fs het waar, hoer markies, z. u vuer zycrtilitiUseli voort, ïs bet w.mr wat men zeg u it gij u van do doos, u dooi* ham in.'j :sumi geschonken en met haai pontes versierd, skems tn-dient, nadat, gy cel biedi" uw hoofd hebvoiuWoot, on gy mel de whurdeu 'ter cere van- Maria The-esi»! r een suuilje -neemt De markies poogde to lachen,'docli bracht liet slechts tot ecu luolyken gryns, -De jonkheid wout, wat jonklieid wil, uwe majesteit," zeide hy-laat toch de lieve jonkvrouw begaan Dal echter is de waarheid dat uwe majesteit mij ieu hoogste gïltikkig heeft fumaaki niot hii.r porlref nit yd draag ik liet bij mij .en wilde men beproeven n iiiyneu lioogsla» schat le oi»Wiemen, ik zju hem verdedigon met rnijn bloed Opnieuw ha-1 Ludmiila een spot'end u woord <ip haro lippen, doch'de keizerin vour- kwa n haar, Wonll vervolgd.

Peel en Maas | 1895 | | pagina 1