Het Radicalisme.
Het gouden Bidsnoer.
De Brandnetel.
ZATERDAG 25 NOVEMBER 1893
VEERTIENDE JAARGANG.
No. 48.
Deze Courant verschijnt icderen
Abonnementsprijs per kwartaal.
voor Ven ray 50 c.
franco per post 65 c.
.voor liet buitenland 85 c.
afzonderlijke nummers 6 c.
Uitgever:
L, A. SASSEN.
Prijs der Advertentiën:
van 15 regels 30 c.
clko regel meer 6 c.
groote letters en vignetten naar plasitsruimte.
Advertentiën, Smaal geplaatst, worden 2maai berekend.
Zaterdag.
Advertentien «xf Ingezonden
Stukken gelieve men *s Vrij
dags vóór 2 uur "s middags
te bezorgen aan het Bureau van
•nPeel en Maas"' te Venray.
/Slot.)
Wij meen en op goede gronden, dat
juist de tijdsomstandigheden moeten
nopen om den Staat te houden buiten
•de maatschappelijke inrichting. De
radicalen zijn van oordeel, dat, svaar
«Ie ontwikkeling van de Maatschappij
leidt tot zulke uitersten, dat zooveel
.groote rijkdom naast <lc bitterste ar
moede gevonden wordt, waar door de
industrie vrouwen e:i kinderen wor-
■den mishandeld, de Slaat dient tus-
■schenbeide te treden met verbetering
van onze belastingen en van het on
derwijs, zorg voor arbeiderswoningen
en arbeiderspensioenen, drankbestrij
ding en afschaffing van monopoliën."
bit deze woorden blijkt ten duide
lijkste,'dat do radietden de bedoeling
hebben -om door -1Riddel van ch'A) Staat
■eene andere verdetling van de maat
schappelijke goederen te bewerken.
Het is een uitstekend middel om zich
de toejuichingen van de onbemiddelde
menigte te verwerven door te smalen
op den rijkdom van enkelen en eene
andere verdeeling van het kapitaal
voor te staan, waardoor aan do lage
re klassen der samenleving meer voor
spoed wordt voorgespiegeld, doch de
radicalen vergeten aan hunne voor
stelling der zaken toe tc voegen, dat
liet slechts droombeelden zijn, die zij
Feuilleton.
Ooi's-spi'onkelijlee Xoveile.
28.
-Na ccn paar minuten kwam Christiaan bo
noden, mot een excuus van zijn patroon, dat
bet licin zeer speet, tnanr dat hij bezigheden
had, welke nog een halfuur zoudjn aanhou
den, en de Vriing, of de Jonkheer wcnsclite
terug to komen, of zoolang wilde wachten.
Dit verdroot den junker niet weinig; toch
behield hij. ofschoon met moeite, een kalm
gelaat en zeide
-Neen, wanneer het niet langer dan een
halfuur duurt, zal ik inanr wachten."
»ln dal go val heeft mijn lieer mij bevolon
u te zeggen, dat do hoekon en de nieuwsbladen
welke daar op tafel liggen, tot uwe beschik
king zijn, zoo u lust gevoelt u dualmedo den
tijd te korten."
-Eon forsche knik, niet van spijtigheid vry
te pleiten, was het antwoord van den edelman
en Clu-istiaan vertrok.
-Al de boekwerken, voor hem op tafel uit-
gespreid, getuigden van fijn gevoel en goeden
smaak, en terwijl h'Ua iniTbrlyk do hoogste
waardo bezat, bekoorde liet uitwendige dooi
de rijke prachtbanden het oog. Meest alle
waren liet werken van wetenschappelijken
aard, maar poëzie en romantiek waren ook
ruimschoots vei tegen Woordigd, en wel door
bijdragen van ile boste dichters cn schrijvers.
Hoewel het bezit dier werken nog volstrekt
geen bewijs is van verstandsontwikkeling ol'
't gevoel des eigenaars, deed dit. fraai gezicht
toch eene goedo uitwerking op zijn gemoed,
en de jongeling, dien hij zich tot schoonzoon
aan het volk voorhouden. Zij speculeeren
op de volksgunst door te spreken van
de mishandeling van vrouwen en kin
deren door de industrie en beweren,
dat zij alleen hart hebben voor de
belangen der onbemiddclden.
Ooit een middel tot het winnen van
de volksgunst is de beloofde medewer
king van het volk aan het Staatsbestuur,
liet volk moet medespreken, zeggen
de radicalen, en dan zal alles goed
gaan, want de tegenwoordige regeer
ders letten slechts op hunne eigen
belangen. De radicalen beweren, dat
men het volle dom wil houden en arm,
zoodat het geen macht kan verkrijgen
om tegen zijne verdrukkers op te staan.
Wij zouden verder kunnen gaan en
nog tallooze voorbeelden kunnen aan
halen van de wijzen, waarop ue ra
dicalen de menigte tot ontevredenheid
trachten op te wekken en haar te
prikkelen tot het verlangen naar ver
andering vair de bestaande toestanden.
Zelfs dè" misdadigers, die zich tegen
de maatschappelijke instellingen hebben
vergfcepou,^worden gevleid en geprezen
(tóïïr dö radicalen. Ue br. Vaü den
Bergh noemden hen, evenals de armen
de slachtolïeis van de maatschappij.
Hij meende dat ouder hen zeker wel
meuschen voorkomen die slecht zijn,
maar indien die personen eens be
hoorden tot de hoogstaangeslagenen
en als ze eene betere opvoeding hadden
gehad, dan zou het volgens hem de
vraag zijn, of ze misdadigers gewor
den waren.
Mr. Van den Bergh gelooft waar
schijnlijk, dat geld en onderwijs de
eenige middeleu zijn om iemand van
vervaardigde aan to nemen, rees daardoor
voor hem nog ineer in wuurde.
-Twintig minuien ongeveer had hij zich
daarmee beziggehouden, toen er voetstappen
in den gang werden vernomen, die al nader
kwamen, en weldra weid de deur geopend en
trad Keiuold binnen.
-Vergeef mij, jonker, dat ik u zoo lang
moest laten wachten, maar liet was my onmo
gelijk vroeger bij u te zijn," kloulc de ver
ontschuldiging van Keinold, vergezeld van
ceno diepe buiging, die met belachelijke stijf
heid door den lieer. Van Uocblenburg werd
beantwoord. -Waaraan, als ik u vragen mag',
heb ik de eer van uw bezoek te danken?"
-Kunt ge dat nog vragen, edele men-
scheuvrieiidWaar anders aan, dan aan de
zucht, om mijn uinigen dank te betuigen, voor
myn leven, dat gij, met gevaar vhii uw eigen
tc verliezen, hebt gered. Ik lieb u wel mijn
dank in eeilpaar lederen doen toekomen,
maar gereikhalsd naar hut oogenblik, dat ik n
mondeling mijne erkentelijkheid kon betuigen
en zoo gelukkig ben ik op beden." Dit zeg
gende. was hij naar den jongeling toegetreden
en diukte hem met warmte de band.
-Gy bewijst mij al te veel eer, jonker,
en ofschoon uw lof en dank mij zeker niet on
aangenaam zijn, moet ik u doen opmei ken,
dat de daad op zich zelve zooveel genoeg.loe
ning voor my mot ziclt Voert, dat ik reeds te
veel beloond ben voor hetgeen ik heb gedaan."
-Dat is uwe nederigheid, die u dit zoo
doet beschouwen, en de daad wordt or niet
minder om. Dil alles noomt ook niet weg, dat
ic mij zeer aan u verplicht gevoel, want liet
is niet de eerste keer, dat gij mij zulk een
grooten dienst bewijst; ook mijne dochter
beeft iiaar loven aan u te danken."
-Onder liet sproken van deze woorden had
den beiden plaats genomen.
-Men it niet voor zich zeiven alleen op
bet verkeerde terug te houden. Hij
vergeet evenwel, dat ook onder «le
andere standen iu de samenleving
misdaden voorkomen en dat in dit
opzicht het bezit van geld en het
genot van goed onderwijs al zeer weinig
invloed uitoefenen.
Al deze redeneeringen moeten echter
dienst doen om zooveel mogelijk zieltjes
te winnen voor het radicalisme. Zelfs
de socialisten, do personen die tegen
orde en wet den strijd hebben aan
gebonden, willen de radicalen tot zich
trekken. De hr. Van den Bergh zeide
ten minste, dat de socialisten zeer
veel hebben gedaan voor de nieuwere
begrippen door hun critiok, en dat
iu hun strijdprogram veel te vinden
is, dat ook de radicalen onderschrijven.
Zoo stelt het radicalisme zich voor
door het scheppen van luchikasteelen
en het vleien der menigte zijn macht
te vermeerderen en zijn invloed te
vergrooten.
Wij hoopen echter, dat men zich
hierdoor niet op ecu dwaalweg laat
leiden. De beginselen -J-'.y'het radica
lisme, welke in net BtaaWver-
heersching kunnen v-vg^n'^^migevat,
zijn noodlottig voor\lutnl en volk.
Hoe schooner du radicalen hUnne leer
stellingen inklooden, boe'meer men
zc moet wantrouwen en hoe sterker
zij moeten worden afgekeurd. Men
houde slechts in gedachte de woorden,
door den welbekenden hr. Gerritsen
op bedoelde vergadering gesproken
Is het radicale program met zijne
hervormingen uitgevóferd, en laten de
toestanden dan nog zooveel te wen-
schen over, dan zullen zeker verreweg
de wereld, ook anderen hebben i'oclit op onze
hulp; het is ongelukkig, dat velen dit met be
grijpen," antwoordde de fabrikant.
-Gij hebt gelijk," sprak de jonker;
-menigeen denkt, dat hij slechts voor zijn ge
noegen op do wereld is; ik moet oprecht be
kennen, ik kan mij er wel eens een verwijt
van makelij dat ik mij zoo weinig uuttig weet."
-Och, dat zijn van die zaken, zei Rei-
nolil, -afhankelijk van gebobfte en opvoeding,
en men is daar dikwerf zelf do schuld niet
van. Volgens mijn begrip isliet do arbeid,
die adelt. Lieden v&n uw stand denken er
weer anders over."
-Ja, zeg maar do waarheid voluit," riep
de jonker, -zy schamen rich te wolken, alsof
hun geslachtswapen daardoor bezoedeld zou
worden. Dit zyn van die valsclie begrippen,
maar weikc edelman heeft' den moed zich
daarboven te verheffen
-Ik wenscli mij daaiwvór geen oordeel
aan te maligen," sprak do jongeling bedaard;
-mei) vindt onder allo standenjgoede ïuctisdum.
iZoo is dé edclm.m, die, hodwel bij zelf u'iots
arbeidt, maar don werkman veel laat verdie- j
nen en zijne schatten in omloop brengt, niet'
zoo te veroordeelcn, als de fabrikant of koop
man, die hard werkt maar door oneerlijke
middelen rijk zoekt te worden."
-Zeer waar, cn dat gebeurt toch maar
al te veel," sprak do jonker.
-Zij zullen «cliler eoiimnnl rekenschap
van hunno daden moeien afleggen." hernam
llciiiold, zijn vinger opwaarts heffende.
-liet onderhoud werd op deze wijze nog
eenigeu tijd voorlgoze:. De jonker was altijd
vooi komend en zeer beleefd, en Remold gaf
hem hierin: niets gewonnen. De jonkman bad
somtijds oogenblik kon, dat; bij innemend
vriendelijk was, on do cdelmjm trof hem dien
morgen in dien toestand aan. 1 lij verkeerde in
dat benijdbare humeur, wat sol beminuclijko
de meeste radicalen zich bij de soci
alisten aansluiten."
Deze uitspraak teekent het radica
lisme naar waarheid. Zij bevestigd
onze meeuing, dat deze richting even
groote bestrijding verdient als de
sociaal-democratie zelve. Gr.Ct.
De brandnetel is een koslhare plant,
die lang niet genoeg volgens hare ver
diensten gewaardeerd wordt. Stellig zal
er een tijd aanbreken, waarop zij, in
plaats van in een vergeten hoekje ver
scholen te blijven, geregeld verbouwd
zal worden; dan zal ze minstens evenveel
opbrengen als de meer geëerde planten.
Waarom is ze nu niet geacht Omdat ze
zich wellicht met hare wapens verdedigt?
Maar de roos heeft toch ook stekels en
wordt er niet minder om aangekweekt
De steken van de brandnetels genezen
spoediger, dan men de dorens van de
wilde of tamme roos heeft uitgetrokken,"
Ileeft tncit zich aau del) ra initiale Is Te-
brand, dan heeft men altijd weegbree
bij de handden 't sap van de weegbree
verdrijft het brandgevocl van de jjotel.
Met veel kosten zoekt tnen miereneie-
ren, om de jonge fazanten te voederen,
die men in den pluiinhof heeft, om de
vogels, die men in de kooi of in de vo
lière houdt op to kweeken, maar men
wendt zich af van een boschje netels,
dat den weg verspert. Een Potneraan
zou zeggen: Hoe zouden onze vogels
aan den kost komen, als wc geen brand
netels hadden?"
Zoo gaat het eveneens met voeding
glimlach om sommige lippen tooverf, tsijj ieder
woord wclluidcnder doet klinken dun men
meestal van ons gewoon is.-
-Daar ik weet, lioo kostbaar u de tijd is,
wil ik u niet langer ophouden; echter moet ik
vóór ik van hier vertrek, mij nog van een
enkelen plicht kwijten.'1
-Keinold zag vreemd op, cn dackt wat
heeft dit te beduiden? Hij zoidc echter niets,
maar zag den spreker met verwondering aan.
-Gy moet my veroorlooven," vervolgde
de jonker, -dut ik nog eens terugkom op uwe
onverschrokkenheid en mensclilièvónriheid,
waarmede gij my het leven hebt gered."
-Ik heb daarvoor immers reeds uw dank
ontvangen, jonker Zeilker," antwoordde Kei
nold -indien gij hot echter noodig aelit, ver
klaar ik, niet aandacht naar u te zullen luis
teren."
-Toen gy mijne dochter het leven hadt
gered, is er tusschen u beiden eonc teedore ge
negenheid ontslaan, die zich in een nnnzock
om Constance's band oploste. Ik lieb gewei
gerd, en meende goed gebundeld te hebben.
Het meisje
-Laat ons daar liever over zwijgen, jon
ker," sprak Keinold, -herhaal toch, wat ik u
bidden mag, geene oude geschiedenissen,
welke my nimmer tc binnen komen, of zij zijn
mij hinderlijk."
-Hot meisje;" vervolgde do jonker weer,
met zijne hand 'den tegenstand van zijn toe-
hooi der bedwingende, -was baar vader ge
hoorzaam cn bödwong door haar verstand
haar hart. Hoeveel htt haar zal gekost h-'b
ben, behoef ik u niet to zeggen, en ik geloof,
dat de moeite, welke zij heeft aangewend om
u te vergeten, sedert al dien tijd vruchteloos
is geweest. Geld hebt gy in overvloed, gij
hebt dit van mij niet noodig, en ik zou liet u
niet durveu aanbieden als een bewijs van er
kentelijkheid voor den twooden dienst, dien
van de kalkoen.
Tot nu toe heeft men nog niet nage
gaan, op welke wijze men het best ge
bruik kon maken van den brandnetel.
Men kookt ze voor het vee, voor jonge
ganzen, jonge kalkoenen en andere vo
gels, wier maag prikkelender voedsel
behoeft dan meelspijzen eu zelfs dan tijne
meikevers; de jonge netelspruitjes wor
den klein gehakt en onder bet deeg
gemengd. Ze maken zelfs volwassen
vogels vet. Ma*r dat is niet voldoende.
Daar moest een ondernemend persoon
gevonden worden, die, na ingewonnen
aclvies bij een scheikundige, een univer
seel voedsel in den handel bracht, ver
vaardigd van brandnetels, voor alle
insectenetende vogels; eu dat zijn ze
allen in hun eerste jeugd.
In onzen tijd van strijd om *t bestaan.'
moeten we trachten, nieuwe bedrijven,
te scheppen. Hij, die iets weet te geven,
dat miereneieren vervangt, heeft voor
zich en zijne kinderen stellig het kostje
gekocht.
Stengels van brandnetels zijn spinbaar
j minder., stork dan die van heunep
en'vfas, maar daatxun niét minder waar
de bij het vervaardigen van papier.
Een tiental nctelworiels 's ochtends
en 's avonds gebruikt, verhinderen
zwaarlijvigheid en 't opzwellen van den
hals.
Het afkooksel der bloemen en wortels
doodt de wormen bij kinderen. Thee
van gedroogde brandnetels helpt legen
slijm. Iu 't voorjaar geven de jonge
scheutjes, als salade gereed gemaakt»
of als spinazie gekookt, eeu goede bloede
zuiverende groente. Ieder weet, dat het
slaan met brandnetels op hel lijdende
gij mij niet alleen, maar ook mijne dochter
bewezen hebt; want ik zou vreozen u te be
leed igen en uw fijn gevoel te kwetsen. Al zou
ik u bet kasteel -Doeblenburg", wat bijua
weer geheel is opgebouwd, ten geschenke
geven, gy zoudt het wanrschynlyk niet veel
tellen, want gij bewoont op uwe wijze insge
lijks een kasteel, en kunt u al het genoegen
veroorlooven, wat liet leven veraangenaamt.
Maar de groote schatnaar welken gij een
maal hebt gehaakt, do jonkvrouw Constance
Zeilker Van Doeblenburg, wordt u niet langer
geweigerdbaar vader stapt over alle bezwa
ren, den adelstand betreffende, u ten genoe
gen. been."
-Hij deze woorden trad de edelman die ge
heel in geestdrift was geraakt, op Keinold toe,
gieop zijne hand en drukte die op eene wyze,
welke eene bevestiging mocht lieolen van do
taal door liéra gesproken. De fabrikant zweeg
en staarde zwijgend voor zich hoen. Zyn bo-
zoeker bad in dien tussciientyd weor plaats
genomen, toen de jongeling eindelijk opzag en
het zwygen verbrak.
-Het spijt mij jonker, bet spijt mij zeer,
dat ik, als belooning voor uwe gulle taal. u
grieven moet. Jonkvrouw Constance beeft my
vroeger nooit bemind, want liefde vraagt naar
geen stand of geboorte. Zij beeft mij eens op
een morgen, na dat ik uw weigerend antwoord
had ontvangen, mot eene koellioid bejegend,
welke alleen haar oorsprong vond in adeltrots.
Wanneer ik mij ooit in den echt zou begeven,
wil ik nimmer huwen zonder oprechte liefde,
zelfs al ware het ook met eene prinses. Jonk
vrouw Constance verhief zich toen op hare
adellijke geboorte, en zoo zy mij dientenge
volge toen niet lief kon hebben, zy kan het op
heden nog niet, want dat bezwaar is thans
niet, en zal ook nooit ovorwonncn kunnen
woidsn. ff
If or dl vervQlaai,