Frankrijk en Rusland.
Hei gouden Bidsnoer.
Een en ander*
ZATERDAG 4 NOVEMBER 1893
VEERTIENDE JAARGANG.
No. 45.
Abonnementsprijs
tooi' Venuay
franco per post
voor het buitenland
afzonderlijke nummers
per kwartaal.
50 c.
65 c.
85 c.
6 c.
Uitgever:
Xj. A. SASSEN.
Deze Courant verschijnt iederen Zaterdag'.
Prijs der Advertentiën:
van 15 regels 30 c.
elke regel meer 6 c.
groote letters en vignetten naar plaatsruimte.
Advertentiën, Smaal geplaatst, worden Smaal berekend.
dvertentien of Ingezonden
Stukken gelieve men 's Vrij-
■dags vóór 2 uur 's middags
te bezorgen aan het Bureau van
»Peel en Maas"1 te Venray.
Hut historisch woord van Napoleon-I:
r Gratlez le Itusse el vous twuverez le
barbareschijnt sedert lang bij de
overgroote meerderheid der Franschen
allen zin cn betcekcnis te hebben ver
loren. 80 jaren zijn er verloopen sinds
de geweldige overlieerscber der Fran
schen, de overwinnaar in zoovele veld
slagen, die geheel Europa voor zijn
autocratischen wil deed buigen, aan
hel hoofd van een der schoonste legers
welke Europa ooit gezien had, naar
het onmetelijke Rusland toog om in
de vuurzee van het brandende. Moskou
niet alleen het einddoel van zijn tocht
inaar ook het ideaal van zijn roem
zuchtig streven in rook te zien vervlie
gen. Nog herinnert zich geheel jSüróp'a
het vermetele woerd', dat- dcïr?5v?r-
waande vuorstander van het cesaro-
jKipisme eens bij bet vernemen van
}s Pausen banvonnis heeft gesproken.-
"Die banvloek zal mijne soldaten de
wapens niet uit de handen doen val
len," zoo sprak de eerste Napoleon.
Maar nauwelijks was de dag waarop
dit woord in vermetelcn overmoed
werd gesproken, verjaard, of do trot-
sche cesar, van wiens lippen het
weerklonk, staarde met diepen wee
moed op de onmetelijke ijsvelden van
liet cenige Rusland en aanschouwde
Eeuilleton.
Oorspronkelijke Novelle.
met eigen oogen de lijken zijner dap
pere soldaten, die de wapenen lieten
vallen uit de verkleumde handen wel
ke ze niet meer konden omvatten.
Toen was de Rus de doodvijand
van den Frar.schman, die in hem de
eenige hinderpaal zag welke de weg
ter zegepraal door zijn heerscher tot
heden met zooveel succes bestreden,
nog kon versperren. Weinige maan
den later stonden de Russen in het
overmoedige Parijs om het verslagen
en vernederde Frankrijk de wet voor
le schrijven en de vijandschap tusschen
Franschen en Russen nam toe naar
mate de autocratische alleenheerscher
van het Russische rijk den Franschen
meer hunne diepe vernedering deed
gevoelen. De Kiimoorlog door den
derden Napoleon op het voetspoor van
zijn ongeëvenaarden voorganger tegen
het machtige Czarenrijk gevoerd, wak
kerde de oude vijandschap opnieuw
aau en leidde de beide volken er toe
elkander als erfvijanden te beschou
wen.
Sedert dezen oorlog dooi' Franschen,
Engelechen en P4emontoezeu in het
Zuiden van Rusland werd gevoerd,
zijn er bijna 40 jaren verloopen. 40
jaren, die bet aanschijn der wereld
in menig opzicht hebben veranderd,
maar die ook eene algeheele veran
dering in do onderlinge verhouding
der Europeesche volken en in betrek
kingen tusschen Rusland en Frankrijk
hebben gebracht» Nog waren de won
den door den Krimoorlog in menig
hart geslagen, niet volkomen geheeld,
toen Napoleon III opnieuw zijne heer
schare ten strijde deed trekken. In
«Je bent op dat punt al zeer ongeloovig,
■Jasper," antwoordde de boer, die zat te beven
als een riH, dat door den wind bewogen
wordt; «ooist moeten de menschen maar on
dervinden, zooals ik, dan praten ze wei
■anders.".
v.'Ocli, kerel, houd je mond toch met je',
kinderachtige vertelseltjes; donk jé dan, dat)
een verstandig man er een oogenblik geloof
aan slaat sprak de pokdalige Pulman, die
in zijne" soort ziekeen wetens'cliapiieljjk man
verbeeldde té zijn.
-Ja, je moet me nou niet kwalijk nemen:
maar wat Krelis ondervonden heit, kan jo
hem toch niet tegenspreken," riep Peter Kalp,
de hoefsmid.
«Nu, en wat heeft bij dar. ondervonden?''
vroeg de andere weder: «dal ze hem op een
avond in zijn nek gepakt eh eens goed door
elkander geschud hebben, dat is alles."
«Nu, dat is dunkt me genoeg," sprak
l'eter.
«Ja, maor daor komt nog bij' «door
wien," hernam de boer, rillende.
«Hoor eens, wil ik je wat zeggen, Kre-
lis, al die spookliistorietjes worden door lie
den ruet zwakke hersens èn eene ziekelijke,
overspannen verbeelding ia de wereld ge
schopt. Ik wil wel gelooven," sprak do we
tenschappelijke wagenmaker, «dat men je in
de nabijheid van «Efiebfeiiburg'' in je nek
heeft gepakt, maar zoo zeker als dat glaasje
daar voor me staat,, dat hebben de handen van
A 1
een levende gedaan. Die dood is, vrind, die
blijft dood en komt op deze wereld nooit
weerom stel je daar gerust mee."
«Ik weet 't toch niet, of ik je dat maar
zoo gaaf moet toegeven, Dirk," zei de hoef
smid, op die veelbetcekenende manier zijn
hoofd schuddende, welke zooveel zeggen wil,
als: -ik weet ook. van zulke zaken meer, dun
ik zeggen kan-"
Ik had deze woorden wisseling zwijgend aan
gehoord, die, het voorval wat met mij dien
avond had plaats gevonden, er mee in verband
gebracht, mijne belangstelling en nieuwsgie
righeid dermate opwekte, dat ik gaarne iets
meer van de zaak wildé weten. Daarom zoido
•jk tot den boer. wiens kluchtige angst mij
.niet weinig vermaakte: «Maar Blaau w, jo
schijnt van dié zaak meer te weten; wees jij
dan nu eens de verteller, dau kan Jasper wat
ï'usten."
«Meneer mot me niet kwaolijk nemen,"
sprak de boer, "maor ik spreek over die din
gen liever niet. Ik weet ook niet waurvoor
het noodig heit."
«Oeli, om kort te gaan, mijnheer, ik zal
't li inaar zeggen," sprak Jasper, met een
ondeugendeu glimlach, die opnieuw van zijn
ongeloof aan het verschijnen van geesten ge
tuigde. «Men zegt, dat het vele nachten in
het jaar, en bijzonder in den oudejaarsnacht,
om «Doeldenburg" spookt; en dat spook zou
niemand anders zijn dan jonker Itiohard, die
vanwege zijn slecht leven, geen rust in z:jn
graf kan vindon, eu nu de lieden, wien luj bij
zijn loven tot last was, na zijn doud nog niet
ongemoeid kan laten."
«Eu is bij dan door verschillende mon-
schen gezien?" vroeg ik, den ontstelden land
man aanziende, die te bibberen zat ot hij de
koorts had.
«Dat zou ik. denken," sprak Krelis, altijd
bevend, «ik ben de eenige niet, die hem ont-
do velden van Lombardije werd de
beslissende strijd gestreden, die Oos
tenrijk uit Italië drong en weinige
jaren later dreunde het geschut in
de omstreken van Sadowa, ten teelten
dat Oostenrijk de hegemonie in Duitseh-
land voor goed had verloren en een
nieuw Duitsch rijk weldra op de
puinhoopen van het oude Roomsche
rijk van Carlus Magnus en zijn op
volgers in Germania stond gesticht te
worden. Was de reuzenstrijd van
1870 de laatste verderfelijke zet van
den derden Napoleon op het politieke
schaakbord, dat hij tot hiertoe zoo
meesterlijk wist te bespelen; hij bracht
daarentegen Pruisens koning de kei
zerskroon, dien bem reeds eenmaal
was geboden en Duitsehland de een
heid, die het sedert lang,had begeerd.
In het hart van Europa had zich thans
eene nieuwe macht gevormd en de
gebeurtenissen der volgende jaren leid
den er toe eene algeheel;1 verandering
in de onderlinge verhouding der Eu-
ropeesche volken tot stan/i te brengen.
De oorlog in het Oos' A die nieuwe
f'ij ken schiep uit hW ou'dV vërmblruüfó
Turksche rijk en Oostenrijk de ge
legenheid bood in het Oosljen te her
winnen wat het in het Westen ver
loor, bracht eene toenadering tusschen
de beide deelen van den oude Duit-
schen stam, en Duitsehland en Oosten
rijk inéén bondgenootschap vereenigd,
vonden weldra een nieuwen bondgenoot
in Italië, dat, vergetend wat het in
1859 van Frankrijk mocht ondervin
den, zich bij de mogendheden van
midden-Europa aansloot en aldus hun
verbond tot eene triple-alliantie ver
moet heb."
«Jii, Bctje Ivilder van het blauwe erf,
die uit schoonmaken gaat, heit hem ook ge
zien, zooals jij zegt, metwaar, Krelis?" vroeg
de hoefsmid.
«Betjo KiMer en zooveul anderen," ant
woordde de boer, wiens tong^iu, eenmaal in
beweging gebracht, begon |door te slaan.
I-Koes Mangel, Piet Baardingfen nog zooveul
hebben om gezien, maar alieuiaol in eene an
dere gedaonto,"
«In eene andere gedaante?" vroeg ik,
«hoe bedoelt gij dat
-Hij meent in eene andere klcoding,
mijnheer," sprak de hoefsmid.
«Het duurt somtijds langen tijd," ver
volgde de nu spraakzamer wordende boer,
«dat do geest niet wordt gezien, maai' op oude
jaarsavond sluipt hij altijd om liet kasteel, en
al bood je ine al de schatten van de wereld,
ging ik er op dit oogenblik. ul was het ook in
jullies gezelschap niet hceu."
«Dat wil ik wel golooven, Krelis," zcide
ik, half spottend en met een glimlach. Toch
kwam do gebeurtenis van den vooravond mij
weer in de gedachten, en ik vond hot op zijn
minst opmoi'kelijlc en zonderling.
«Ongelukkig is het huis in ons dorp,
waorvoor hij zich vertoont, want daor gebeurt
altijd een ongeluk; dat heit nog nooit gemist,"
ging de boer weer voort. «Kómt icje tegen;
ot staot ie vour jo woning in 't rood, dan komt
er brand. Is io in 't zwart, chi) sterft er ie
mand bij je aon huis. Tref j'om in 'l blauw,
dan wordt je oogst door hagelslag vernield, jo
krijgt ruzie in je huishouden, of je word be
stolen."
"Dat alles is geen malligheid, Krelis,"
sprak ik. met een geloovig gezicht.
"Neen, dat zeg ik ook, inenoer, en ik
kan me der zoo k.waod om niaokon, hernam
Krelis, die meer cn meer vertrouwen in mij
TA
vormde. Het politiek evenwicht in
Europa was aldus verbroken, en Frank
rijk en Rusland, de beide toongevende
mogendheden van het Westen en het
Oosten van Europa, stonden geïsoleerd
tegenover de reuzenmaclit van het
centrum, die -de rust en vrede van
het betrokkeu werelddeel naar beide
kanten bedreigde. Wat was er nu
meer natuurlijk dan dat Frankrijk en
Rusland over de hoofden van de mo
gendheden der triple-alliantie heen,
elkander de hand reikten, en alle oude
veeten vergetend en met voorbijzien
van het verschil in landaard en regee-
ringsvorm, in eene eventueele vereeni-
ging van beider krachten, eengewenscht
middel zagen om het evenwicht in
Europa te herstelleu en een einde te
maken aan den toestand van isolement,
die voor beiden noodlottig dreigde te
worden!
Zoo is dan de -•'entente cordiale''
tusschen Frankrijk en Rusland liet
gevolg van de historische ontwikke
ling, en juist aait die omstandigheid
ontleent zij hare grootste kracht. De
kmftst Varï hét 'Rüssï-séhu'eskader-' óp'
de reede van Toulon, als eepe/jjeleefde
beantwoording van hot bezoek' dooi.' de
Fransche vloot voor 2 jaren te Cifoon-
stadt gebracht, drukt het zegel op
de vriendschapsbetrekkingen, die Fran
schen on Russen, de aartsvijanden
van 1S12 eu 1854, om utiliteilsrede-
nen sedert lang met elkander hebben
aangeknoopt.
begon te stellen, «dat de menschen je niet ge-
looven. Den laatsten oudejaarsavond is ie
voor do woning van Betje Kilden blijven stil
staan, en drie uur latei' lag haar huisje in da
asch toen was de geest m 't rood. Ze mug
gen nou zeggen, dat komt omdat haar kind
met lucifers heit gespeuld, maar 'l is dan toch
maor wonder, zeg ik altijd."
«Dat is het ook," stemde ik toe, met
een strak gelaat, dat hem vertrouwen in
boezemde.
«Voor Piet Baarding zijn koornvelden
is ie op Sunt-Jansavond verschenen do man
was zelfs nog in het land toe ie em stil zag
staon. Hij geloofde er ook niet amitoon was
de geest in 't blauw, en eenige dagen nader
hand werd, bij een onweer, duor hagelslag al
zijn graon wuiold,"
«Verschrikkelijk!" zeide ik, terwijl ik
de handen met gemaakte bewondering ineen
sloeg. «Maar zou dat niet evenzeer gebeurd
zyn, als de geest eens niet was verschenen
«Ik geloof het niet," zei de boer, wiens
zenuwen zoodanig m beweging waren, dat
hem dc tranen in de oogen stonden; «we heb
ben er al zoo .veui voorbeelden van gehad.
Bij Mina Pinkel, die 'n snoeptafeltje doet,
heit ie, drie jaor geleden, veur de deur go-
slaon cn den eigünstoil nacht sturf haor kind
aan de kroep. Toon was ie akeliger, ia 't
zwart. Ik wou maor met dat al, dat do pastoor
ereis de mis opdroeg, om dien boozeu geest
to verdrijven, mtor luj geleuft or ooic niet
aon. Onze pastoor is een gocje man, meneer,
en 'k hou veel van ein, maor dat io niet go-
leuven wil, wat ik met rnon eigen oogen bob
gezien en van menschen gehoord, die er niet
om zouen liegen, kijk, dat kan ik non maor
niet uitstaan. En ik luid den besten man met
Piet Baarding soms al lang een mooie nieuwe
communie bank, die ie erg in zen kerk noodig
heit, as 'n geschenk gegeven, maor, onder ons
Mos aan Vruchtboomen.
Dit is rneest een teeken, dal bij den
boom niet alles goed in ordeis. Gewoon
lijk zijn zulke boomen ziek, ól omdat ze
te diep geplant zijn, 6f omdat ze ip een
grond staan die voortdurend vochtig is.
Soms ligt de oorzaak aan den slechten
niet passenden toestand van den grond.
In dergelijke gevallen helpen op den
duur noch het afkrabben, noch liet be
strijken met kalk water, omdat hot tnos-
lelkens weer te voorschijn komt. Aan
oude boomen hindert het minder, behal
ve dat het ongedierte herbergt; voor-
jonge boomen is het daarentegen zeer
nadeelig. Tegen dit ongerief zijn, als
men de boomen niet wil ol" kan verplan
ten, maar weinig afdoende middelen.
Een daarvan is, den grond lot op de
wortels weg te nemen en de leegte met
goede aarde aan te vullen, maar slechts
zoo hoog, dat de wortelen hoogstens
een duim daarmede bedekt zijn. Als er
steeds water blij-ffcs.Uian, kan men ook
op een aisland'van dei» boom, daar waai
de 'wortèi&u hief kómen, 'een'" 'snT&rfR'
groeve om den boom graven en dien
met kleine stoenen of oud kalkpuin aan
vullen.
Het Ruien.
Hel ruien is de jaarlijks terugkomen
de toestand der vogels, waarbij de oude
veeren uitvallen en plaats maken voor-
nieuwe.
Iu dit gevoelige tijdperk moet men.
1 de meeste zorg en oplettendheid wijden
aan de dieren, die onzen pluimhof be
volken.
Toch wordt dan juist in den regel de
gezeid, nou heb 'k 't land en 'k doe 't niet om
dat ie me niet wil geleuven. Zoo'n precent-
kosf ook 'n boel geld
«Dat is uu niet goed van je. Krelisik.
zou inijn spaarpot nog maar eens nakijken, en
geven de communie'bank, als zij er zoo noodig
is. Misschien ontmoet de pastoor, tot je be
looning naderhand ook eens het spook, en dun
ben je in je eer hersteld."
«Jao, meneer, u zeil daor zoo iets, ilc
heb dat ook al bedoeht ik zal ereis met Pie-
ter over sprekenwie weet óf 't niet gebeurt,
'k zou 't zoo graag ereis willen*"
«Foei, dat is ondeugend van je." hernam
ik, «om den pastoor te willen beangstigen
nis het nu bij toeval zoo eens gebeurde, maar-
dit Le wensehen, is niet mooi."
«Jao, meneer, 'k kan 't niet helpen, ik.
kan me zoo kwaad er om maoken
«Maar, Krelis. nu van jo eigen geschie
denis," vie! ik hem in de rede; «hoe heb jij
het spo'ok ontmoet? Welke kleeding droeg
het treil?"
«Toe was ie in't blauw,antwoordde
de boer, met een vlijmenden zucht.
«Dat heefc ie gedaan ter eere van jou,
Krelis, om dat je Blaauw heet," riep dc wa
genmaker spottend, die al dien tijd ons ge
sprek zwijgend, maar met een onderdrukten
lach had aangehoord.
«Maar Ime ging *fc zoowat in zijn werk?
venei ons dat eens," hernam do hoelsmid met
eene belangstelling, welke Krelis tol mede-
doel ing npop'e.
«Wel," antwoordde de landman, die nu
op zijn dreef kwam, «ik heb 't je tocli al meer
verteld, mapr meneer won 't zeker O' k wel
ereis hoorei». Jullie moet dan weten, 't was
op 'n ouwéjfiorsAovor.d, net als nou; 't is, leuf
'k, van aovond drie jaor geleden.
Wordt vervol ff d.