WETTEN. De RENEGAAT, Buitenland. ZATERDAG 17 OCTORER 1891. TWAALFDE JAARGANG No. 42. Uitgever W. VAX DB MUiVCIvflOF-Sasscn. Deze Courant verschijnt iederen Zaterdag. Feuilleton. Frankrijk Stand «Ser $2 aam N.M. 2° Vrijdag E.K. 'Je Vrijdag V.M. 10 Vrijdag L.K. 23 Vrijdag. Sbmd dei4 Zo si. 1, 11,21, Sept. op 0,0; 1G; 0,S3; v/ra.; onder 5.39; 5,lT; 4.56; n/m. Abonnementsprijs per kwartaal, voor ViENaAY 50 c. franco per post voor het buitenland afzonderlijke nummers 65 c. 85 c. Prijs der A.dvertentiën: van 15 regels 30 c.- elke regel meer 6 c. groote letters en vignetten naar piaaf sroimto.- Advertentiun, 3maal geplaatst, worden Smaal berekend. Advertentiën of Ingezonden Stukken gelieve men "Vrijdag vóór 2 uur 's-middags te be zorgen aan het Bureau »Feel en Maas" te Venray. Siiuls over- en overoude tijden, se dert het oogenblili, dat do menschen zijn gaan denken aan iets moer, dan de stoffelijke voorwerpen in hun on middellijk tereik, hebben zij getracht een antwoord te vinden op de vrij na tuurlijke vraag, wat wij tocli eigen lijk op dit wereldje zijn komen doen. Lio vorm, waarin de vraag werd ge steld, moge even verschillend zijn ge weest en nog zijn als de richting, in welke men do oplossing zoekt, zeker is het, dat zij bij voortduring veler geest bezighoudt. Wat is het doel des levens? "Wijs- geeren hebben hot ons trachten te ver klaren. maar het bleek dat zij er toch eigenlijk zelf niet goed achter waren, want hun beschouwing werd weggere deneerd door anderen, wieu spoedig hetzelfde overkwam. Er zijn tal van dingen, die door toepassing van wetenschappelijke me thodes tot klaaiheid gebracht zijn, 011 waarschijnlijk is het aantal onbeken de zaken, die men eenmaal in het licht zal doen treden, nog veel grooter. Maar evenzoo gelooven we dat er zijn waarvan de kennis niet binnen het menschelijk bereik ligt; dat er een grens is, die het menschelijk weten nooit zal overschrijden, al vindt het geloof daar een ruim, een onbeperkt terreir, om de voorstellingen omtrent het onzienlijke en onnaspeurlijke te doen inwerken op het gemoedsleven. door JaN van riethoven. 10. Ondanks alle vertoogen en smeekingen der poldaten, die haar als eene zuster liefhadden, verliet zij hare terugtrekkende landgenooten, en trachtte door een ertgen bergpas de z li de- lijke helling van de bergketen te bereiken. inmiddels daalde de nacht neder; zuster Angeline bevond zich eenzaam en verlaten in het woeste gebergte. Aan voortgaan viel niet te denken, want behalve dai hare krachten uitgeput waren, liep zij ieder oogonblik ge vaar in de diepe rotskloven te vallen, welke overal voor hare voeten gaapten. De zwakke vrouw huiverde, toen zij zich alleen in die sombere wildernis bevond; in de verte klonk het vreeselijk gehuil van den leeuw en de nog onheilspellender kreten der Muselman- gche krijgers, houder'dwerf door de kale rots wanden weerkaatst. Toch verloor zij den moed niet. Met haar kruisbeeld in de hand lag '/.ij op den harden rotsgrond neergeknield, en bad voor haren broeder en voor haar zelve. Eindelijk viel zij in een diepen, weldadigen slaap. Toen zij ontwaakte, verlichtte de zon reeds de toppen der bergen; na een kort, maar vurig gebed hernam zij opgebeurd en versterkt den tocht, en bereikte nog vóór den middag een open plateau aan do overzijde van hot ge- Zoo zouden we er dan eigenlijk toe moeten komen, om to spreken van een leven zonder doel? Welk een sombere, troostelooze ho rizon Daar zijn er werkelijk, wier zoeken en peinzen hen op dat punt heeft doen uitloopen. Men vindt hen bij de vermoeiden van geest, die vergeefs naar bevrediging zochten, omdat zij aan het leven te hooge eischen stelden; bij de afgetreden kampioenen voor waarheid en recht, die zich niet vol doende hebben gepantserd tegen de slagen van den vijand, dien zij meen den te moeten bestrijden; bij de on- practische idealisten, die eenmaal ge loofden de wereld te kunnen vervor men naar het beeld hunner fantaisie. Die allen eindigen met den kreet; IJdelheid der ijdelheden. En anderen, die nooit de moeite van het nadenken hebben ondervonden, nooit gekwetst werden omdat zij van strijden geen idee hadden, en nooit illusies verloren omdat hun ziel te dor was om ze te kweeken, vinden er toch een ziekelijk behagen in die woorden na te galmen. Ook zij vragen, maar op heel andoren toon: Waartoe dient toch eigenlijk het leven? Hun ernst is gelijk aan dien van zekeren jongen man, wien do geneesheer we gens eene lichte ongesteldheid aanbe val de sigaar te laten rusten en die toen klaagde: Och, dokter, verbiedt mij asjeblieft het rooken niet, 't is het eenigo wat mij nog een beetje aan het leven hecht! Het zij ons geoorloofd de dingen eens vau een anderen kant te beschou wen. En dan vragen we: zou het niet eene wijze, een gelukkige be schikking kunnen zijn, dat het doel van ons leven ons niet vooraf wordt bcrgt.e. Onzeker naar welken kant zij hare schreden richten zou, zag zij eensklaps een 1 niter met groote snelheid op haar afkomen. Aan den tulband op zijn hoofd bespeurde zij. dat hij een Muselman was. Deze, verwonderd in het gebergte een vrouw aan te treffen, hield, in do nabijheid van zuster Angeline ge komen, zijn ros in en staarde eene lange wijl die onverwachte verschijning aan. «Van waar komt gij, vrouw, en wat voert u hier?" vioeg de ruiter eindelijk. Zuster Angeline, die allengs van haar eers ten schrik hersteld was, antwoordde: «Ik kom uit de stad Algiers en wilde Ilassan bezoeken. Kent gij hem?" «Of ik. hem ken! zijn landhuis bevindt zicli op slechts een paar geweerschoten af- stands van deze plek; ik zelf ben zijn inten dant." «Voer mij tot hem," hernam de liefde zuster; »uw meester zal uw gewis dankbaar zijn voor den dienst, welken gij mij daardoor bewijzen zult." «Maar misschien zijt gij eene Christinne." sprak de Turk wantrouwend, «althans uwe vreemde kleeding on uwe gebroken uitspraak doen liet mij vooronderstellen, en in dat ge val zijt gij de vijandin van mijn meester. Hoe zon ik u dus tot Hem durven geleiden?" «Vrees niets," hervatte zuster Angeline, «Hassan uw meester is mijn vijand niet, en ik durf u verzekeren, dat hij het u ruimschoots vergelden zul, indien gij mijn verzoek in willigt." «Welnu, ik wil u gelooven," was het antwoord «volg mij De ruiter reed stapvoets terug, door dc medegedeeld, zopilat ve als liet ware te werken hebben naar een vast pro gramma, niet als bouwmeesters, maal ais metselaars en opperlieden? Is bet niet een negen voor de mensehbeid, dat zij zelve haar weg zoekt, zelve haar idealen stelt, - Up gevaar af van menige dwaling, naar dan ook in het uitzicht van menige glansrijke overwinning op do moeilijkheden, die den voortgang op hot ingeslagen pad belommeren Uit zoo zijnde, hobbén wij ons niet bovenmate te verontrusten over hetgeen buiten den kring van óns weten valt. Er is in elk geval één voornaam doel, naai hetwelk wij ons kunnen richten, en dat waarde geeft aan het bestaan van ieder individu. Het is met een enkel woord aan te wijzen: de ver edeling van ons geslacht, Ziedaar een arbeid, die ons aller krachten vordert, ons alter belangstel ling waard is, ons aller geluk botielt. Welk aandeel elk voor zichzelf daar van verricht, is niet uk te maken, l)e koraaldiertjes op i T bodam- des oceaans werken ook,' en wat ieder doet is alleen met het microscoop waar te nemen. Maar als na verloop van eeuwen liet rif zich boven de opper vlakte verheft, en 11a nog meer eeuwen een begroeiden bodem vertoont, wie zal dan durven beweren dat het werk van één dezer kleine wezens onvrucht baar is geweest? In liet algemeen genomen zweeft ooit deze voorstelling onzen tijdgenooten als een aantrekkelijk beeld voor den geest. Men wil gestadig de totaliteit des menschdoms vooruit biengen, tot hooger peil opvoeren, gelukkiger doen worden, en in liet Kedendaagsch geroep om maatschappelijke hervorming vin den wij een weerklank van dat streven. liefdezuster gevolgd, die al de vermoeienissen der vorige dagen vergeten had, en nu onder het gaan menig stil gebed tot God opzond, opdat Hij hare pogingen mocht zegenen. Door boscbjes en weilanden, langs tarwe- en maïsvelden volgde zuster Angeline haren geleider; overal zag zij slaven, met harden arbeid bezig, en haar hart kromp ineen bij de gedachte, dat het haar broeder was, die aan al die ongelukkige» de dierbare vrijheid ont hield. Eindelijk bereikte men het landhuis, en werd zij in eene ruimo zaal golaten, onder wijl Hassan door zijn intendant mot liet zon derlinge bezoek werd bekend gemaakt. Nadat de zuster omtrent ecu halfuur in angstige spanning gewacht had, deelde een slaaf haar inede, dat Hassan haar wachtte. Met een kloppend hurt volgde zij den bode, en trad het vertrek binnen, waar haar broeder zich bevond. Bij do wederkcerige ontmoeting deinsden broeder en zuster beiden eeno schrede terug. De eerste, hoewel hij zijne zuster niet herken de, ontstelde hevig, toen hij zoo onverwacht eene religiouse uit zijn voormalig vaderland vóór zich zag; de laatste was niet minder omzet over de geweldige verandering, welke hot gelaat van haar broeder ondergaan had. De eertijds zoo vroolijke en levenlustige jongeling, met zijne zachte blauwe ongeil en het open gelaat, waarop bestendig een glim lach speelde, had nu geheel het voorkomen cn het uiterlijk van een strengen Muselman: het gerimpelde voorhoofd, de norsehe en terug- stootende oogopslag en de zware baard, welke zijne kin bedekte, gaven hem daarenboven een verouderd uitzicht, ofschoon hij, zooals Dit is thans de formule, waaronder men zich de bereiking van het ideaal denkt; andere tijdon zullen misschien weer een nieuwe in het aanzijn roepen. Maar dan is het ook van veel be lang, dat men zich rekenschap geeft van elks bijzondere taak. Men denke aan het koraaldiertje, dat wel onbe wust workt, maar toch zelf werkt. Als redelijke wezens hebben we iit in ons voordeel, dat we over doel en middelen met elkander van gedachten kunnen wisselen, en bij de toepassing vereeniging en samenwerking zoeken, Die vereeniging heeft echter ook haar schaduwzijdenvooreerst doet zij het gevaar ontstaan, dat men veel over de dingen praat en er weinig aandoet, in de tweede plaats geeft zij voedsel aan de meening, dat het voldoende is zich bij anderen te voegen om wat noodig geoordeeld wordt gedaan te krijgen, zoodat de persoonlijke hande lingen achterwege blijven en de indi- vidueele verantwoordelijkheid wordt verzwakt. In diezelfde fouten vervallen degenen; die het oog' eenzijdig gericht houden op den arbeid der staatsgemeenschap, in het vertrouwen dat deze wel voor allen zal behandelen. Zij is liet, die het gezamelijk geluk, het algemeen welzijn heeft te bevorderen; wij, do bur gers, doen genoeg, als wij slechts na rijp beraad de mannen aanwijzen, die dat alles voor allen in orde zullen brengen. Het middel, waarvan die staatsgemeenschap zich heelt te bedie nen, bestaat xoornamelijk uit wettelijke voorschriften, voor welker uitvoering dan ook door ons, zoo noodig, zal worden bijgedragen, Wij zullen do laalsten zijn om aan den ontzaggelijken invloed van de wet gOving' op het volkswelzijn te ontken- wij weten, nog geen dertig jaren telde. Ein delijk. van zijn® verslagenheid bekomen, slaak te liassan een kreet van toorn en wueue. «Vrouw," liep hij met donderende stem, «wie liet u hier binnen? Wat wilt gij V' "Charles," sprak do bevende liefdezuster, «Charles Guéret, herkent gij mij niet'?" "Ik ken u niet, vrouw, en wensch u niet te kennen!" was het norsche antwoord: «maar zeg, wat voert u hier in het hol van den leeuw, dien gij schijnt te kennen, en toch durft naderen «Ik kom tot u in den naam van al wat u eens dierbaar was: in den naam van den verspaden christelijk®» godsdienst, het ver raden vaderland, en uwe treurige ouders!" «Vrouw, durft gij den leeuw nog ter gen! Hu!" voer Hassan in klimmend® gramschap voort, en stampt® met den voet op het tapijt, «zoo gij een inan waart, iiad mijn zwaard u reeds den schedel verpletterd. Maar terg ook gij mij niet langer, want, bij Mahomed, ook u zou geen beter lut te beurt vullen «Neen, Charles, gij kunt mij niet doo- den; gij zult mij aanhoort»), waul ik beu uwe zuster «Gij inijne zuster gij!' kreet de ver baasde Hassan; «gij mijne zuster," sprak hij nogmaals, terwijl zijn toorn allengs bedaarde; «maar wat voert u hier uit uw vaderland Wat kunt gij van mij verlangen "Kunt gij mij dat vragen, CharlesIk wilde, met Gods hulp, den verdoolde tot den schoot dor moederkerk teruggevoerd zien, en den verloren zoou tot zijne bedroefde ouders!'* «Mijne outlets leven zij nog die nen, en te betwisten dat op dit gebied nog veel kan gedaan woulen. Doch wetten zon n?en kunnen noemen do' ruwe schels van de schilderij der maat schappelijke hervorming; de fijnere toetsen moeten de loden der gemeen schap zelf aanbrengen, elk voor zich, in zijn eigen kring, door persoonlijke handelingen# De wetgever moet niet onze liedsrnan zijn, maar omgekeerd; hij is het, die de' strooming in het frissche sociale leven volgt, die zijn voorschriften in overeenstemming brengt met hetgeen bij de bestem on zer een vaste overtuiging is geworden. Wij, do leden van het groote huis gezin, zijn elk voor zich verantwooi- delijk dat het edele doel van ons zijn wordt nagestreefd; wetten, voor zoover zij iets meer zijn dan bui.-* houdolijke regelingen, dienen alleen om zekere vastheid te geven aan het gebouw dat wij gezamelijk optrekken. Wie zegt: *lk zal, hetgeen van mij gevraagd wordt en waarvan ik het nut erken, alleen doen als de wet er' mij toe verplicht/' is goei; burger maar een slaaf. Louis JBrentnno te Frankfort bezat veertig miniaturen van Foucqnet,- uefke hij voor 300,uOO francs heeft, verkocht aau den-hertog van Aliunde. Zij zul leu nu gevoegd worden bij do kunstschatten van het kasteel Chant illy, dat, naar men weet,, na don dood van den prins liet eigendom wordt vaïr de Acaclómie fr an raise Jean of Jchnn Foueq.uel de Tours was do meest beroemde Framcne miniatuurschilder der 15de eeuw; «poititre ct enlumiueur - Yorluchter du Roy" L odewijk XL vraag ontsnapte onwillekeurig uit don boezem van den renegaat. Mo', onbeschrijfelijke vreug de ving zuster Angeline dio vraag op: het was haar con bo wijs, dat bet hart baars broe ders nog niet geheel voor zachtere aandoenin gen gesloten was. Mot meer vertrouwen- naderde zij Hassan en antwoordde: -Onze lieve ouders levuii. Charles, ei* wenscheit vurig den verloren zoon terug lo zien. Ik ben hun bode, om u tot hen terug te voeren." «Nooit,! nooitsprak de Muselman. in lievige opgewondenheid, terwijl hij met groote stappen do zaal op en neder liep; «nooit, Ma- tlitldo! Mijne ouders zijn dood voor mij. r nimmer kan of mag tk hen wederzien!" «O, spreek zno ni»t. Charles! Vaderen moeder zullen u met liefde vergeven, en mor. open armen ontvangen. Ook der Christenen God is barmhartig!" «God!" l iep Hassan en voelde zijn toorn weer aangroeien, «vrouw, wat tergt gij: mij! Allah slechts is God - ik wil- geen anderen God meer kennen. Ila, indien gij mijne zuster niet waart, ik joeg u schandelijk mijn huis uit, of maakte u tot mijne slavin, om den beleedigdeti profoot te wreken. Weg- dus, zeg ik u, mot uwe hatelijke herinne ringen!'' Zuster Angeline zag d »t zij op dit oogoiv- biilc niets op het vei slokte hart baars broe ders vermocht daarom haastte zij zich, aatï het gesprek eene andere wending te geven. -Brooder, ons wederzien moest anders zijn Uwe liefhebbende zuster vraagt u dei* welkomstgroet en de gastvrijhoid." Wordt vervolg.!,-

Peel en Maas | 1891 | | pagina 1