Als de lichtjes doven Op een slagveld klonk een stem, was van ver te horen, zong dat er in Bethlehem een kindje was geboren. In die nacht zo stil en groot zwegen de kanonnen, die zijn bij het morgenrood toch opnieuw begonnen. Kerstmis lijkt ons keer op keer vrede te beloven, maar kanonnen dreunen weer, als de lichtjes doven. Donkere Zuidafrikaan, honger moet je lijden, mag niet naar je vader gaan, bent van hem gescheiden. Wie dit hebben uitgedacht, komen allen samen, zingen plechtig Stille Nacht, zonder zich fe schamen. Kerstmis lijkt ons keer op keer vriendschap te beloven, maar dan gaan ze altijd weer 1 alle lichtjes doven. Turk en Sriek en Marokkaan, mogen die hier blijven? Mogen die hier ook bestaan of zal men ze verdrijven? Kerstmis doet ons telkens weer beterschap beloven, laat dan deze ene keer het lichtje niet weer doven.

Oostrum's Weekblad | 2010 | | pagina 17