staan. De doelverdediger mag, behoudens blessure en tijdstraf, tijdens een wedstrijd niet gewisseld worden. De doelverdediger mag de bal nimmer uit de hand wegtrap pen. Binnen het doelgebeid mag de doelverdediger de bal op elke manier spelen. Is de bal de doellijn gepasseerd (en het laatst door een tegenstander aangeraakt) terwijl er geen doelpunt is gescoord, dan moet de doelverdediger de bal binnen 3 sec. vanuit zijn doelgebied onderhands in het spel brengen. De bal mag daarbij niet in een keer over de middenlijn worden gespeeld. Is de bal de zijlijn gepasseerd, dan hervat de tegenstan der het spel met een intrap, die binnen 3 sec. moet hebben plaats gevonden. De lijnrechter stelt zich links van het doel op, daar waar de zijlijn en doellijn elkaar raken. De lijnrechter geeft aan, wanneer volgens hem een doelpunt is gescoord of wanneer de bal de doellijn op zijlijn is gepasseerd. Lichamelijk kontakt en slidings zijn niet toegestaan. Vanaf de middenlijn mag direkt op het doel worden gescho ten. Daar buiten wordt een schot op het doel bestraft met een vrije schop. Overtredingen binnen het strafschopgebied kunnen worden bestraft met een strafschop (te nemen op de rand van het doelgebied) of met een vrije schop (te nemen op de plaats van de overtreding)Overtredingen binnen het doelgebied kunnen worden bestraft met een strafschop of een vrije schop (te nemen op een afstand van 3 meter buiten het doelgebied) Alle vrije schoppen, intrappen, uitworpen van de doelver dediger, strafschoppen en hoekschoppen moeten binnen 3 sec. worden genomen. Straffen zijn: vrije schop of strafschop ten aanzien van de overtreding - 2 minuten straftijd of bij herhaling 5 minuten straftijd en definitieve verwijdering ten aanzien van de overtreder. Een speler die door de scheidsrechter 12

Oostrum's Weekblad | 1989 | | pagina 12