L n PIET "Piet.Zwarte Piet, zie je dan niet, wij willen graag mooie cadeautjes; auto's, poppen, treinen, bootjes.... PietZwarte Piet, als je die in dé winkel ziet, zou je ze dan voor ons willen kopen? Ja, dan doen wij onze deur vast open'. PietZwarte Pieterbaas, bedank je dan ook Sinterklaas? De Sint zal ze wel moeten betalen, want jij mag ze alleen voor hem halen! DE ZONDAGSE MANTEL VAN SINTERKLAAS. Nog eventjes en het is weer vijf december, Sinterklaas loopt over de boot om te kijken of alles klaar is voor de reis naar Nederland. Alle cadeautjes zijn al ingepakt en het mooie witte paard trappelt vol ongeduld op het dek. Iedereen is aan boord, behalveéén piet, die de zondagse man tel van Sinterklaas uit de stomerij moet halen. "Potverdriepepernoten, waar blijft Piet toch met mijn mantel," moppert Sinterklaas "we kunnen de kinderen in Nederland toch niet laten wachten, het is al lang tijd om weg te gaan!" Eindelijk, daar komt Piet met de zondagse mantel netjes opge vouwen in een groot papier gepakt, aangehold. "Puf, puf, o Sinterklaas, ik kan het niet helpen dat ik te laat ben. Het is zóóóó druk in de stomerij!" "Ja, ja, ik begrijp het wel, Piet," zegt Sinterklaas, "jij kunt er niets aan doen hoor. Jij hebt je best gedaan. Zet het pak met de mooie mantel maar vlug in mijn kamer neer." Dat doet Piet en de andere Zwarte Pieten halen vlug de loop plank in en tjoek, tjoek, daar begint de boot te varen. Door het haastige vertrek heeft Sinterklaas geen tijd meer om nog even naar de zondagse mantel te kijken. De hele lange reis blijft die mooie mantel in het bruine papier liggen. 0, o, 11 r tr

Oostrum's Weekblad | 1980 | | pagina 11