Regels voor het toepassen van de straftijd bij jeugdvoetbalo
-Toepassing van de straftijd, die steeds 5 minuten bedraagt
is alleen toegestaan bij junioren en pupilvoetbal, met uit
zondering van de A categorie
-De straftijd kan maar éénmaal per wedstrijd aan dezelfde
speler worden opgelegd.
-Op dezelfde tijd kan slechts voor één speler per elftal
de straftijd worden toegepast.
-De speler die 5 minuten straftijd krijgt opgelegd ver
laat het terrein aan de zijde van het speelveld waar
zijn eigen grensrechter is geplaatst.
-Na het verstrijken van de straftijd dient de speler
het speelveld te betreden ter hoogte van de middellijn,
aan de zijde waar zijn grensrechter is opgesteld.
-Met het verstrijken van de straftijd geeft de scheids
rechter of diens vervanger aan betrokkene een teken,
dat hij het speelveld weer mag betreden.
De GRENSRECHTEE mag de scheidsrechter van het verstrijken
van de straftijd in kennis stellen.
DE SPELER MG ZONDER TOESTEMMING VAN DE SCHEIDSRECHTER
HET SPEELVELD NIET BETREDEN;
-De scheidsrechter moet er op toezien, dat de straftijd
met reden op het ruilformulier v/ordt vermeld. Ter ver
eenvoudiging kan de reden worden aangegeven met een
letter, corresponderend met onderstaand lijstje van
mogelijke overtredingen.
De straftijd is bedoeld als afkoelingsperiode voor betrok
ken speler. Het is niet toegestaan, dat overtredingen,
waarop een officiële strafmaat (officiële waarschuwing
of uit het veld zenden) staat, met toepassing van de
straftijd worden afgedaan. -
Bijvoorbeeld, het slaan van tegenstander moet worden be
straft met het uit het veld zenden van de speler en
niet met toepassing van 5 minuten straftijd.
De straftijd moet dus worden gezien als een opvoedkundige
maatregel, waarbij ten opzichte van de speler corrigerend
kan worden opgetreden.
OVERTREDINGEN WAARVOOR STRAFTIJD KAN WORDEN TOEGEPAST.
De straftijd is van toepassing voor overtredingen die
opzettelijk en meermalen door dezelfde speler worden
begaan;
- 11 -
w.-» Ww mmm wmm
■r., vgw ,.m ,1., u..iuw - i a mi i fn i i
- «r-