Nog blaast fn gure koucle wind
z'n gesel over land. en weiden*
Het is of ft getij zijn draai niet vindt
de winter kan maarvmaei z aam "schei den
Tt Nieuwe voorjaar in 't verschiet
vervult ons weer met nieuwe hope»
Dat 't nu gauw keren zal, --en ziet
de zon breekt al de wolken open*
En in de vroege morgendauw,
ligt wachtend den geploegden akkero
Tt Nieuwe leven komt nu gauw;
een vroege merel zingt ons wakkere
De boer zaait op ?t nieuwe land,
gerijpt door milde voorjaarsregen,
zijn koren uit met gulle hand,
vertrouwend op Gods rijke zegen*
Zo wisselen steeds de jaargetijden,
niets kan die regelmaat verstoren,
noch 't politiek gedoe der natie's
mislukte kabinetsformaties*
Niet de protestmars, niet 't staken,
't gebakkelei steeds om de centen*
De tijd gaat onverstoorbaar voort,
maar brengt ons ft Paasfeest -en
de lente*
JoJ
E U tOOH eooooeeoaeeoao WO U d t lGIli/G o