15
Vierde deel van de brief over februari 1950 van het Veulens Thuisfront
aan onze jongens in Indië.
SPORT: 't was Carnavalszondag, 't Veulen werd wakker en de Piëlhaas
spitste de oren. De vroege voorjaarszon scheen heerlijk en nodigde de
Piëlhazen uit om met de fiets richting den bekker te gaan, want om half
twee zou het startschot van de eerste Veulense wielerronde klinken. Het
parcours strekte zich uit van de kerk tot de steenoven. Die afstand
bedroeg 2 km. Er moesten 4 ronden, dus in totaal 16 km verreden
worden. Na het startschot vlogen 8 Piëlhazen als een raket richting
steenoven. Het peloton bleef in het begin mooi bij elkaar, op Jeu en
Harrie (den dikke) Verstesgen na. Deze lagen 'n dikke honderd meter
achter omdat ze een halve minuut te laat aan de start verschenen
waren. Piet Hendriks wilde bij de Steenfabriek Jeu Versteegen van de
weg fietsen met als gevolg dat Jeu een schuiver maakte en z'n goede
kansen in rook zag opgaan. Niettemin fietste hij door, hoewei zijn fiets
zo scheef was dat hij met het voorste wiel links van het pad en met het
achterste wiel rechts van het pad reed. Er werd door de Piëlhaeskes van
't Veulen een mooi stukje wielersport ten beste gegeven. De wedstrijd
werd gewonnen door Piet van Meyel die zich ontpopte als een onge
kende Veulense Bartelli. Ook wist Piet van Meyel de enige uitgeloofde
premie (beschikbaar gesteld door Sjang Thissen) in de wacht te slepen.
Beide prijzen bestonden uit sigaretten zodat Pietje de hele vastenavond
van zijn verdiende sigaretjes heeft kunnen genieten. Thei Groetelaars
was goede tweede, op de voet gevolgd door Jan Janssen (knecht bij
Bovee)Dit alles had voor het lof plaats. Na het lof werd verzamelen
geblazen voor het genkrijden. Dit had plaats tussen Kunen Thies en
Muyzers Mareejke (wed. van Meyel). Je snapt 't natuurlijk al. Het ging bij
Thies voor de deur langs en daarna bij Mareejke over de binnenplaats.
Aan een paar bomen was een touw vastgemaakt waaraan in het midden
de genk hing. Er waren 14 jongens te paard die probeerden de kop van
de genk af te trekken. Op zeker moment had Gerrit van Kempen de nek
van de genk in zo'n ijzersterke greep, dat hij de kop van de romp trok.
Triomfantelijk maakte hij hiermee een ereronde. Vijf gulden en de kop
van de genk was de buit die Gerrit in de wacht sleepte. De genk, die
daarna onder het aanwezig publiek werd verloot, werd gewonnen door
Jan Burgers, die hem spontaan ter beschikking aan de kerk stelde.
Daarna werd hij bij opbod verkocht. Hij bracht 17,- op en de nieuwe
eigenaar werd Lei Thissen. Of hij goed gesmaakt heeft, is niet bekend
maar wij vermoeden dat er wel een zeepsmaak aangezeten zal hebben.
Toen het Veulen nog een 'vuileke' was (36)
J