Vierde deel van de brief over december 1949 van het Veulens Thuisfront aan onze jongens in Indië. Harry Hendriks was ook van de partij. Ook deze moest nog gaan 'biechten' in Oirlo vandaar dat hij de klok bij van Gassel ai bijna van de muur had gekeken maar ondanks zijn goed voornemen om zijn leven te beteren door in Oirlo een goede biecht te gaan spreken kreeg hij van de voorzitter van het gezelschap geen toestemming om zijn voorbereiding te gaan doen. Dit was voor Harry niet erg prettig en hij verzon een middeltje om toch met goed fatsoen weg te komen. Hij zat dan op zijn stoel diep in gedachten verzonken. Dan vliegt hij plotseling overeind. Hij heeft een knal idee wat Harry aangeboren schijnt te zijn. Met een diep ernstig gezicht stapt hij op de voorzitter toe. Hij verzoekt hem toestemming te willen verlenen om het gezelschap te verlaten om reden dat hij zich nog van een nieuwe broek moest gaan voorzien daar zijn huidig uniform niet de vruchten zou afwerpen welke hij van een goede Oiriose biecht verwachtte. De voorzitter, een man op jaren met levenservaring, ziet direct de moeilijkheden waarin een zijner comiteleden verkeert en hij verleent hem toestemming om zich van een nieuwe pantalon te gaan voorzien onder voorwaarde dat Harry zich dan direct weer zal komen meiden. Het is de wens van de voorzitter dat onze comiteleden ook op andere plaatsen behoorlijk voor de dag komen en een gunstige indruk achter laten. Harry lacht in zijn vuistje en denkt bij zichzelf 'voorzitter nu heb ik de kans, ik smeer hem.' En inderdaad nadat Harry zich had verkleed reed hij weer in de richting van van Gassel maar bij van Gassel aangekomen weigert het stuur en wil recht vooruit. Ook Harry zijn benen kunnen niet tot stilstand komen en zodoende zit er niets anders voor hem op dan doorrijden. Met een glimp ziet hij bij van Gassel de overige leden van het gezelschap in een vrolijke stemming waarbij de voorzitter met een ernstig gezicht zit te overwegen wat hij zal zeggen en doen als Harry weer binnenkomt. Intussen is Harry met een lachend gezicht al een heel eind op weg naar Oirlo terwijl de voorzitter tot de ontdekking komt dat hij door Harry in de luren is gelegd. In Oirlo werd Harry als biechteling vriendelijk ontvangen en deed rouwmoedig zijn belijdenis. Aangezien hij de enige biechteling was duurde het nogal lang en was het al de twaalf uur gepasseerd alvorens hij de absolutie ontving. De penitentie luidde als de voorgaande keer, doe geen gekke dingen, pas goed op maar kom a.s. Zondag weer. Dit wou Harry graag beloven en na 'n werd het deurtje dichtgeschoven. Toen het Veulen nog een 'vulleke' was (28) i§

Dorpsblad Leunen-Veulen-Heide | 1999 | | pagina 16